Een betere samenwerking, versterking van leefkracht en meer flexibiliteit. Dat moest bereikt worden met de nieuwe kantoorinrichting van zorgverzekeraar Menzis. Vanaf 2016 zijn de Menzis-kantoorpanden in Enschede, Wageningen en Groningen omgetoverd tot moderne, dynamische werkomgevingen, waarin deze thema’s centraal zijn komen te staan. Een ambitieuze exercitie, waarbij de werkomgeving direct werd gekoppeld aan strategische organisatiedoelen. Zo ambitieus, dat Menzis het belangrijk vond om te laten onderzoeken of de samenwerking, leefkracht en het werkklimaat ook daadwerkelijk verbeterden in en dankzij de nieuwe werkomgeving. De uitkomsten zijn niet alleen relevant voor Menzis, maar voor alle organisaties die hun werkomgeving doelgericht vernieuwen; vandaar deze whitepaper
DOCUMENT
Corona geen invloed op overstap naar andere zorgverzekeraar: het gaat om de prijs.Zo’n een op de tien inwoners uit Noord-Nederland geeft aan vrijwel zeker over te willen stappen naar een andere zorgverzekeraar. Het motief is vrij plat: het is goedkoper.Dat blijkt uit een onderzoek van Marklinq (onderzoeksgroep van de Hanzehogeschool Groningen) onder ruim duizend Drenten, Groningers en Friezen, in december 2020. Het is de tweede maal dat het regionale onderzoek is uitgevoerd.Een opmerkelijke conclusie is volgens onderzoekers Karel Jan Alsem en Tom Fischer dat corona amper van invloed is geweest op de keuze van noorderlingen om over te stappen naar een andere zorgverzekeraar. Terwijl toch ruim 11 procent van de ondervraagden aangaf zelf met de ziekte te maken hebben gehad. Uit het onderzoek bleek dat degenen die direct met corona te maken hebben gehad niet vaker of minder vaak willen switchen. ,,Corona blijkt amper of geen enkele invloed te hebben op waarom mensen overstappen naar een andere verzekeraar. Mensen zijn niet bang dat ze met alleen een basisverzekering niet geholpen worden", zegt Alsem. Ruim een op de vier noorderlingen, zo blijkt uit het Marklinq-onderzoek, heeft geen aanvullende verzekering bovenop de basisverzekering. Het is ook vaak deze groep die jaarlijks wisselt van verzekeraar. En het motief is vrijwel altijd: het scheelt in de portemonnee.Zo'n tien procent heeft aangegeven voor 2021 over te gaan naar een andere zorgverzekeraar. ,,Het is wel een interessante groep, want het zijn vooral mensen die denken geen zorg nodig te hebben. Ondanks dat zij de laagste prijs zoeken, kan dat vaak ook wel uit voor de verzekeraars", zegt mede-onderzoeker Fischer. ,,Ze gebruiken namelijk relatief weinig zorg. De groep die loyaal blijft aan de verzekeraar zou je uit financieel oogpunt juist kwijt willen." Want de noorderling blijkt eigenlijk wel heel erg tevreden over de lokale zorg. Die tevredenheid is ten opzichte van vorig jaar zelfs licht gestegen: van 78 naar 83 procent. De betrokkenheid bij de zorgverzekeraar is dan ook hoog: bijna drie op de vier noorderlingen vindt het kiezen van een zorgverzekeraar heel erg belangrijk. De loyaliteit is ook vrij hoog: 57 procent zit al zeker vijf jaar bij dezelfde zorgverzekeraar.Opvallend is ook dat Drenten, Groningers en Friezen erg verzekeraar-gebonden zijn. Er is echt een locatie-effect. In Drenthe zie je vooral Univé, in Groningen Menzis en in Friesland De Friesland", vertelt Alsem. ,,De klantenkring van deze verzekeraars is ook veel loyaler."Dat het aantal noorderlingen dat overweegt over te stappen stabiel is gebleven, past ook wel in het beeld dat Zorgverzekeraars Nederland eerder naar buiten bracht. Volgens de brancheorganisatie zijn er zo'n 1,1 miljoen overstappers. Het percentage overstappers is, ondanks corona, vrijwel hetzelfde als voorgaande jaren.
DOCUMENT
Aniek Lentferink is currently conducting a PhD research project called Quantified Self @Work, a collaboration between Quantified Self Institute, Hanze UAS, the University of Twente, and Menzis. The goal of this research is to develop an intervention in which sensor technology and persuasive eCoaching are combined to increase sustainable employability of employees by improving their stress management. Aniek has written a blog about her experiences in this project so far.
DOCUMENT
Noorderlingen zijn behoorlijk tevreden over de zorg en de zorgverzekeringen. Slechts 10% overweegt serieus om te veranderen van zorgverzekeraar. Prijs en dekking zijn hierbij belangrijke factoren.
DOCUMENT
Het zorglandschap In Nederland is momenteel sterk aan het veranderen en dat heeft grote gevolgen voor het vastgoed en voor de locatie waar de zorg in de toekomst zal worden verleend. Zo moeten de zorginstellingen hun vastgoed verrekenen in hun bedrijfsvoering, wat voor die tijd niet het geval was. Tegelijkertijd krijgen de huisartsen steeds meer functies toebedeeld, wat er toe leidt dat zij steeds meer gezamenlijk vanuit centrale praktijken zullen moeten gaan werken, waar ook specialistische kennis en apparatuur aanwezig is.Om de concurrentiepositie van ziekenhuizen te verbeteren worden steeds meer onderdelen van de ziekenhuiszorg verplaatst naar de eerstelijnszorg. Dit vraagt om een nauwere samenwerking tussen het ziekenhuis en de eerstelijnszorg (huisartsen).
DOCUMENT
In February 2017, seven partners signed a contract to collaborate on a project called the Healthy Workplace. Measuremen, Menzis, Health2Work, ENGIE, Planon, and Hanzehogeschool Groningen are dedicated to make the regular workplace a healthy workplace. Health is of primary importance for both the employee and employer. Employees want to be healthy, feel energized and reach an old age. While every organization wishes for the benefits of energized and healthy employees by increased engagement and less absenteeism.
LINK
Lia van Doorn, lector Innovatieve Maatschappelijke Dienstverlening bij de Hogeschool Utrecht hield op 19 november vorig jaar de Marie Kamphuislezing. Hier een beknopte weergave.
DOCUMENT
Background: In 2009, the Steering Committee for Pregnancy and Childbirth in the Netherlands recommended the implementation of continuous care during labor in order to improve perinatal outcomes. However, in current care, routine maternity caregivers are unable to provide this type of care, resulting in an implementation rate of less than 30%. Maternity care assistants (MCAs), who already play a nursing role in low risk births in the second stage of labor and in homecare during the postnatal period, might be able to fill this gap. In this study, we aim to explore the (cost) effectiveness of adding MCAs to routine first- and second-line maternity care, with the idea that these MCAs would offer continuous care to women during labor. Methods: A randomized controlled trial (RCT) will be performed comparing continuous care (CC) with care-as-usual (CAU). All women intending to have a vaginal birth, who have an understanding of the Dutch language and are > 18 years of age, will be eligible for inclusion. The intervention consists of the provision of continuous care by a trained MCA from the moment the supervising maternity caregiver establishes that labor has started. The primary outcome will be use of epidural analgesia (EA). Our secondary outcomes will be referrals from primary care to secondary care, caesarean delivery, instrumental delivery, adverse outcomes associated with epidural (fever, augmentation of labor, prolonged labor, postpartum hemorrhage, duration of postpartum stay in hospital for mother and/or newborn), women’s satisfaction with the birth experience, cost-effectiveness, and a budget impact analysis. Cost effectiveness will be calculated by QALY per prevented EA based on the utility index from the EQ-5D and the usage of healthcare services. A standardized sensitivity analysis will be carried out to quantify the outcome in addition to a budget impact analysis. In order to show a reduction from 25 to 17% in the primary outcome (alpha 0.05 and bèta 0.20), taking into account an extra 10% sample size for multi-level analysis and an attrition rate of 10%, 2 × 496 women will be needed (n = 992). Discussion: We expect that adding MCAs to the routine maternity care team will result in a decrease in the use of epidural analgesia and subsequent costs without a reduction in patient satisfaction. It will therefore be a costeffective intervention. Trial registration: Trial Registration: Netherlands Trial Register, NL8065. Registered 3 October 2019 - Retrospectively registered.
DOCUMENT
Een van de kernvragen van de Innovatiewerkplaats Healthy aging bij arbeid is hoe regionale samenwerking hieraan kan bijdragen. Beide onderwerpen staan hoog op de agenda van Innovatiewerkplaats partner FNV Bondgenoten. Van hen uit kwam ook het idee om de informatie die uit door hen gevoerde loopbaangesprekken en gegeven loopbaantrainingen komt te gebruiken om meer zicht te krijgen op de aanbodzijde van de Noordelijke arbeidsmarkt. Idee is dat wanneer dit inzicht groter is, het eenvoudiger zou moeten zijn om tot een match met de vraagzijde te komen. Idee daarachter is weer dat een goede match tussen vraag een aanbod leidt tot duurzame(re) inzetbaarheid. Bijgaand 'report part' beschrijft de eerste resultaten van de analyses van gesprekken en trainingen met FNV leden. Geanalyseerd is met behulp van het 'Vliegwiel' voor begeleid werken. Dit vliegwiel genereert vragen waarmee zicht kan worden gekregen op zowel kennis en vaardigheden als op wat mensen werkelijk motiveert en drijft. Dit totaalbeeld is nodig om een zinvolle uitspraak te kunnen doen over het Noordelijk human capital. Uit de eerste resultaten blijkt vooral hoe belangrijk werk voor mensen is, en hoe belangrijk men het vindt om nuttig bezig te zijn en gewaardeerd te worden. Het gemiddeld opleidingsniveau ligt rond MBO 2/3 en mensen geven aan open te staan voor scholingsmogelijkheden. Momenteel zijn er 28 gesprekken ge-analyseerd, het is de bedoeling dat hiermee vanaf februari 2015 verder mee wordt gegaan binnen de kaders van een afstudeeropdracht HRM/TP.
DOCUMENT
In het project Intelligente Monitoring van Licht Verstandelijk Gehandicapten (IM-LVG) hebben NOVO, AVICS en de Hanzehogeschool Groningen onderzocht of zij met behulp van sensoren en ICT een systeem konden ontwikkelen voor de begeleiding van licht verstandelijk gehandicapten. Een dergelijk systeem zou taken als observeren, signaleren en interveniëren van begeleiders moeten overnemen, in de verwachting dat op termijn er een tekort zal ontstaan van medewerkers in de zorg als gevolg van demografische ontwikkelingen. De ervaringen die zijn opgedaan tijdens de ontwikkeling van het IM-LVG systeem worden beschreven in dit rapport.REP-12-01
DOCUMENT