Gebaseerd op huidige trends formuleren een aantal experts uit diverse disciplines hun visie op hoe de informatiemaatschappij van 2023 zich zal presenteren. Een gevarieerd overzicht van visies waarin hel en hemel elkaar afwisselen.
Uit de Managementsamenvatting: "In dit rapport beschrijven we de opzet en de uitkomsten van de evaluatie van het project Online Stagebegeleiding dat is uitgevoerd vanuit de Stimuleringsregeling Open en Online Onderwijs (projectcode O019-03). Het project had als doel om kennis te ontwikkelen over hoe online stagebegeleiding kan worden ingezet ter verrijking van werkplekleren in het hoger onderwijs. De conclusies en de daarop gebaseerde aanbevelingen presenteren wij in dit rapport met als doel de opgedane inzichten beschikbaar en inzichtelijk te maken voor geïnteresseerden in online onderwijs, stagebegeleiding of onderwijsinnovatie in het algemeen. Uit onderzoek blijkt dat goede begeleiding cruciaal is voor het succes van werkplekleren. Docenten zijn echter grotendeels niet op de werkplek aanwezig en hebben vaak (zeer) beperkte tijd om hun stagiairs te begeleiden. Daarbij is het voor studenten vaak moeilijk om hun leerproces op de stage te reguleren. In het project hebben wij de reeds bestaande Stage-App uitgebreid met functionaliteit voor docenten ter ondersteuning van de stagebegeleiding en hebben we deze ingezet in drie pilots."
HBO-opleidingen worden steeds taliger: veel opdrachten worden uitgevoerd in werkgroepen en afgesloten met een presentatie, een mondeling of schriftelijk verslag. Studenten volgen hun eigen ontwikkeling door middel van het schrijven van portfolios en reflectieverslagen. Zo is in de tweedegraadsopleidingen van Instituut Archimedes de Werk-Ervarings-Reflectielijn een centrale en tegelijk zeer talig onderdeel van de studie geworden. Bij het werken aan opdrachten in deze curricula moet de student voortdurend zijn kennis van de inhoud in relatie met taal- en studievaardigheden inzetten. Het contact met opleiders is intussen in de nieuwe opleidingsprogrammas afgenomen ten gunste van de zelfwerkzaamheid, individueel of in werkgroepen. Een scherp oog van opleiders voor de eisen aan communicatieve en reflectieve vaardigheden van studenten is van groot belang. Hoe gaat dit reflecteren in de WER-lijn studenten af en waar liggen mogelijkheden voor begeleiders om hen daarbij te ondersteunen? Uit eerder onderzoek van ons lectoraat bleek dat het nieuwe onderwijsconcept voor een deel van de allochtone studenten tot struikelblokken leidt (zie o.a. José Beijers publicaties), zoals in het reflecteren in de opleiding. Maar waarin zit dan het probleem? Empirische gegevens ontbraken. Gemma Barendregt beoogde licht te laten schijnen op de specifieke begeleidingsbehoeften van studenten met een niet-Nederlandse achtergrond, met name in de genoemde Werk-Ervarings-Reflectielijn van de tweedegraadsopleidingen. Hierbij hanteerde Gemma vanuit haar achtergrond als psycholoog het begrip Themagecentreerde Interactie. Het bleek een hele klus om het werken in deze WER-lijn in het algemeen systematisch in beeld te brengen. De verkennende studie geeft daardoor nog geen antwoord op de vraag naar etnische diversiteit en het opleidingsconcept maar is wel in een multiculturele context uitgevoerd. Met haar beschrijving geeft Gemma een aanzet tot systematischer studie van deze WER-activiteiten waarbinnen ook studentfactoren verder in beeld gebracht kunnen gaan worden.
Mondeling presenteren wordt beschouwd als een essentiële competentie van de hoger opgeleide professional. Toch beschikken ‘young professionals’ zelden over deze competentie en ervaren zij presenteren als één van de meest prominente angsten in sociale situaties. Vooral in tijden waarin studentaantallen toenemen en ruimte voor docent-student interactie afneemt, blijkt het ontwerpen van effectieve leeromgevingen gericht op presenteren een uitdaging. Een systematische literatuurstudie benadrukt dat docentfeedback, peerfeedback én self-assessment cruciale principes zijn voor het ontwerp van effectieve leeromgevingen om te leren presenteren (Van Ginkel, 2019). Hoewel deze drie feedbackbronnen worden beschouwd als essentiële vormen van feedback, toont eerder onderzoek aan dat docentfeedback een significant sterkere impact heeft op de ontwikkeling van presentatievaardigheden dan peerfeedback en self-assessment. In een follow-up veldexperiment is getest of Virtual Reality (VR) als alternatieve feedbackbron kan worden ingezet bij leren presenteren. Deze technologie kan immers zowel reële presentatie-situaties simuleren alsook het leveren van geautomatiseerde feedback faciliteren. Hoewel een eerder veldexperiment de effectiviteit van VR-feedback op leren presenteren aantoonde (Van Ginkel, 2019), blijft het de vraag in hoeverre studenten zelfstandig VR-feedback kunnen interpreteren, omdat destijds de docent nodig was om de rapporten uit de VR-computer te vertalen naar waardevolle feedback voor de student. Recente technologische ontwikkelingen maken het mogelijk om kwantitatieve VR-data automatisch om te zetten naar boodschappen die voldoen aan standaarden van hoogwaardige feedback. Deze postdoc richt zich daarom op het uitvoeren van een uitgebreid veldexperiment om te onderzoeken in hoeverre studenten in staat zijn om de geautomatiseerde feedbackboodschappen, gebaseerd op VR-data, zelfstandig te interpreteren tot effectieve feedback. Bovendien wordt getest of deze geautomatiseerde feedback ook peerfeedback en self-assessment kan verrijken en daarmee de impact op leren presenteren kan verhogen. Deze studies hebben tot doel om onderwijskundige ontwerpprincipes gericht op feedback bij leren presenteren te optimaliseren. Verder beoogt dit onderzoeksproject de resultaten in hoger onderwijscurricula te integreren.
In het project Merged frames. Tekenen voor in de spreekkamer wordt verkennend onderzocht of en hoe vooraf door een illustrator gemaakte, op de situatie van de patiënt toegespitste, tekeningen van invloed zijn op de gezamenlijke besluitvorming in de spreekkamer. In dit project vinden korte pilots plaats in drie ziekenhuizen. De participerende artsen krijgen per ziekenhuis een korte workshop en in de drie patiëntengroepen maken patiënten in co-creatie met een illustrator een tekening die hun belevingswereld ten aanzien van de klacht en de ingreep representeren. Het goed informeren van een patiënt over ziekte, behandeling en kwaliteit van leven is met name belangrijk bij samen een besluit nemen, zoals over het wel of niet aangaan van een behandeling. Naast mondelinge en schriftelijke informatie over een behandeling wordt tegenwoordig veelvuldig gebruikgemaakt van visuele ondersteuning in de vorm van illustraties en instructievideo’s. Ook tijdens het consult kunnen visuele middelen de informatie ondersteunen en probeert de arts aansluiting te vinden bij de informatieverwerkingsmogelijkheden en gezondheidsvaardigheden van de patiënt. Vanwege de grote druk op de gezondheidszorg is er echter weinig tijd om, naast het geven van informatie over medische aspecten van ziekte en behandeling, oog te hebben voor het perspectief en de beleving van de patiënt. Verschil in referentiekader bij arts en patiënt, emoties en tijdsdruk kunnen leiden tot miscommunicatie en gezamenlijke besluitvorming bemoeilijken. Actief tekenen door patiënt en illustrator voorafgaand aan het consult kunnen mogelijk houvast bieden in de communicatie en leiden tot betere gezamenlijke besluitvorming. In dit onderzoek wordt de procedure van vooraf tekenen met de patiënt itererend ontwikkeld alsmede de workshop voor de arts waarin hij leert inspelen op de tekening, in het licht van ondersteuning bij informatieoverdracht en gezamenlijke besluitvorming.
In dit project wordt onderzoek verricht naar de impact van onderwijskundig ontwerpprincipes op de ontwikkeling van de competentie mondeling presenteren. Resultaten worden vervolgens gebruikt om mobiele, gepersonaliseerde leeromgevingen in VR te ontwikkelen en te implementeren in het onderwijs. Doel Dit project beoogt om leertrajecten gericht op academische en communicatieve vaardigheden van studenten: Gepersonaliseerd te maken Just-in-time te maken Genoeg oefenmogelijkheden en feedback op deze oefeningen te faciliteren. Resultaten Virtual Reality gaan inzetten binnen het Hoger Onderwijs om feedback te genereren die helpen bij de ontwikkeling van academische vaardigheden op het gebied van presenteren. Looptijd 01 januari 2016 - 01 januari 2022 Aanpak Dit project is gebaseerd op Het doen van experimenteel onderzoek binnen de Hogeschool Utrecht en de Wageningen University & Research Het samenwerken met partners CoVince Adventurous Learning en UNESCO.