In Rotterdam, net als in veel andere Nederlandse gemeenten, doen burgers steeds vaker aan digitale buurtpreventie. In buurtveiligheidsgroepen, zoals een zelf opgerichte WhatsAppgroep of een buurtgroep in de Veilige Buurtapp werken zij samen aan de veiligheid in de buurt. In deze studie naar de effecten van digitale buurtpreventie in Rotterdam reconstrueerden wij — aan de hand van beleidsstukken en interviews — eerst de aan dit materiële beleid ten grondslag liggende beleidslogica. Die gaat er vanuit digitale buurtpreventie leidt tot een verbetering van de veiligheid, veiligheidsbeleving en leefbaarheid in een deelnemende buurt, maar wordt dat effect in de Rotterdamse praktijk ook bereikt?
De gemeente Rotterdam heeft het lectoraat Publiek Vertrouwen in Veiligheid van Hogeschool Inholland gevraagd onderzoek te doen naar de veiligheidsbeleving in Pendrecht en de factoren die daarop van invloed zijn. Uit het onderzoek komt naar voren dat ervaren overlast en criminaliteit de veiligheidsbeleving in Pendrecht aantasten. Vooral overlastgevend gedrag van kwetsbare mensen zoals verslaafden en psychiatrisch patiënten rond metrostation Slinge en Winkelcentrum Plein 1953 zijn van invloed op het veiligheidsgevoel van de bewoners. Deze invloed op de veiligheidsbeleving is sterker voor de groep oudere bewoners (65+) dan voor andere bewoners in Pendrecht. Het onderzoek laat verder zien dat onderliggende tegenstellingen tussen oudere bewoners met en zonder een migratieachtergrond invloed heeft op de veiligheidsbeleving van deze bewoners. Geadviseerd wordt te beginnen met een zichtbare en geloofwaardige aanpak van de geconstateerde signal places; metrostation Slinge en het winkelcentrum Plein 1953. Daarnaast wordt geadviseerd de complexe dynamiek van polarisatie aan te pakken door beproefde methodieken in te zetten en experts op dit thema te betrekken.
Een verdiepend onderzoek naar de aard en achtergronden van de veiligheidsbeleving van inwoners van het Oude Noorden, naar aanleiding van gestegen indicatoren van subjectieve sociale onveiligheid in de lokale veiligheidsmonitor. In opdracht van de gemeente Rotterdam, directie veiligheid.
De laatste jaren nemen digitale innovaties een enorme vlucht, zo ook bij gemeenten met smart city-toepassingen. Door het realiseren van innovaties in de publieke ruimte kan de leefbaarheid vergroot worden, bijvoorbeeld door de doorstroom van het verkeer te verbeteren, vuilnis op tijd op te halen of toezicht te verbeteren. Vanuit de gemeentelijke praktijk en literatuur komt naar voren dat veiligheid van die voorzieningen een onderbelicht aspect is. Ook de juridische spelregels en de verdeling en verantwoordelijkheid van veilig¬heidsvraagstukken is punt van zorg in gemeentelijke organisaties, mogelijk versterkt door de veelomvattendheid en domeindoorsnijdende karakter van smart cities. Dit alles kan tot gevolg hebben dat bijvoorbeeld hackers of activisten smart city-toepas¬singen ontregelen en het vertrouwen van inwoners in dergelijke toepassingen en de gemeente als geheel afneemt. Smart cities bieden enorme mogelijkheden voor innovaties, maar zonder serieuze aandacht voor de veiligheid van die innovaties komen ze onder druk te staan en zal de technologische, maatschappelijke en daarmee economische vooruitgang aan winst inboeten. Om die uitdaging het hoofd te bieden wil de Haagse Hogeschool (HHs) samen met NHL Stenden Hogeschool (NHLS) onderzoek doen in samenwerking met gemeenten en bedrijven naar de veiligheid van smart city-toepassingen. Het doel van het onderzoek is om vast te stellen hoe digitaal veilig smart city-toepassingen zijn en om concrete oplossingen aan te reiken om die veiligheid te verbeteren, zoals ontwerpprotocollen en governance-structuren. Bij complexere dilemma’s worden nader uit te werken oplossingsrichtingen aangeboden. Dit onderzoek is een eerste stap om samen met gemeenten en coalities innovatief onderzoek te doen op een domein met veel technologische vernieuwingen en meerdere kennislacunes. Het is een opmaat richting langlopend onderzoek op dit relevante beleidsterrein waar kansen voor gemeenten, ondernemers en burgers bij elkaar komen.
Brandweermensen lopen het meeste gevaar als ze onder tijdsdruk een gebouw moeten verkennen, of een brand moeten blussen terwijl de situatie nog niet goed kan worden overzien. Omvallende muren, instortende plafonds of gewoon gestruikeld over door de rook onzichtbare brokstukken leiden tot vermijdbare letsels of zelfs slachtoffers. Met name de inzet bij branden in stedelijke parkeergarages onder woontorens vormen een enorm risico. Het inzetten van onbemande, op afstand bestuurbare voertuigen voor verkenning en bluswerk is een oplossing die binnen de brandweer breed wordt gedragen. De brandweer moet deze innovatieve technologie echter zien te omarmen. Zij werken nu vanuit hun intuïtie en weten direct hoe te acteren op basis van wat zij waarnemen. Praktijkgericht onderzoek heeft echter uitgewezen dat scepsis over de inzet van blusplatforms bij incidenten plaats heeft gemaakt voor zeker vertrouwen. Een blusplatform, voorzien van juiste sensoren kan de Officier van Dienst (OVD) ondersteunen bij het nemen van een beslissing om al dan niet tot een ‘aanval’ over te gaan. Praktijktesten hebben echter laten zien dat de huidige blusplatforms nog niet optimaal functioneren om als volwaardig ‘teamlid’ te kunnen worden ingezet. Dit heeft enerzijds met technologische ontwikkelingen (sensoren en communicatieverbindingen) te maken, maar anderzijds moet de informatievoorziening (human-machine interfacing) naar de brandweer beter worden afgestemd. In dit project gaan Saxion, het instituut fysieke veiligheid, de universiteit Twente, het bedrijfsleven en vijf veiligheidsregio’s onderzoeken hoe en wanneer innovatieve blusplatforms op een intuïtieve manier kunnen worden ingezet door training én (kleine) productaanpassing zodat deze een volwaardig onderdeel kunnen zijn van het brandweerkorps. Een blusplatform kan letselschade en slachtoffers voorkomen, mits goed ingezet en vertrouwd door de mensen die daarvan afhankelijk zijn. Het vak van brandweer, als beroeps of vrijwilliger, is een van de gevaarlijkste die er is. Laten we er samen voor zorgen dat het iets veiliger kan worden.