Voor u ligt het rapport over de situatie in Nederland op het gebied van jeugd, zwerfjongeren en alleenstaande minderjarige vreemdelingen. Het rapport beschrijft risicofactoren voor kinderen en jongeren in relatie tot sociale uitsluiting en dak- en thuisloosheid. Dit rapport is het eerste onderdeel van het internationaal vergelijkend onderzoek ‘Combating Youth Homelessness’. MOVISIE voert dit driejarig onderzoek uit in opdracht van de Europese Unie. De samenwerkingspartners zijn drie universiteiten in: Engeland, Tsjechië en Portugal. De doelstellingen van ‘Combating Youth Homelessness’ luiden als volgt: 1. Het verkrijgen van inzicht in de levensloop van verschillende subgroepen zwerfjongeren in verschillende nationale contexten; 2. Het ontwikkelen van concepten op het gebied van risicofactoren en sociale uitsluiting in relatie tot de ervaring van zwerfjongeren zelf en de mogelijkheden voor re-integratie; 3. Het testen hoe verschillende methodieken bijdragen aan het re-integratieproces van jongeren in de samenleving; 4. Het onderzoeken van de relatie tussen jongeren, betrokken volwassenen, casemanagers, jongerenmentoren en familieleden ten opzichte van de opbrengst van de hulpverlening in de vier landen.
This is the report on the situation in the Netherlands in the field of youth, young homeless people and unaccompanied minor aliens. The report describes risk factors for children and young people in relation to social exclusion and homelessness. This report forms the first part of the international comparative study ‘CSEYHP’. MOVISIE carries out this three-year study by order of the European Union. The cooperative partners are three universities in: England, the Czech Republic and Portugal. The objectives of ‘Combating Youth Homelessness’ are as follows: 1. to understand the life trajectories of different homeless youth populations in different national contexts; 2. to develop the concepts of risk and social exclusion in relation to the experience of young homeless people and to the reinsertion process; 3. to test how different methods of working contribute to the reinsertion process for young people; 4. to investigate the roles of and relationships between the young person, trusted adults, lead professionals, peer mentors and family members in the delivery of these programmes across all four countries. When preparing the national reports, the three partner countries the Czech Republic, England and Portugal use the same format as used in the Dutch report. Based on the four national reports, England will prepare a comparative report, in which the four national situations will be compared.
Een goede klachtbehandeling is wat iedere organisatie wel wil. Maar de praktijk is weerbarstig, zo blijkt uit de herziening van de klachtprocedure bij de Raad voor de Kinderbescherming. Mark Lookman is procesregisseur klachten bij de raad en vertelt over de problemen waar ze tegenaan liepen. Want niet alleen uit succesverhalen zijn lessen te trekken.
MULTIFILE
De pilot ‘samenwerking justitie en sociaal domein gemeente Oss’ richt zich op inwoners uit de gemeente Oss die verdacht worden van een ZSM-waardig delict (een relatief licht strafbaar delict zoals diefstal, vernieling), behoefte hebben aan medische of psychische zorg en ondersteuning én bereid zijn mee te werken met de betrokken organisaties.
De pilot ‘samenwerking justitie en sociaal domein gemeente Oss’ richt zich op inwoners uit de gemeente Oss die verdacht worden van een ZSM-waardig delict (een relatief licht strafbaar delict zoals diefstal, vernieling), behoefte hebben aan medische of psychische zorg en ondersteuning én bereid zijn mee te werken met de betrokken organisaties.Doel We willen nagaan wat de meerwaarde is van de samenwerking tussen het justitieel en sociaal domein in de gemeente Oss voor het functioneren van mensen die worden verdacht van een ZSM-waardig delict, voor de begeleiding en ten aanzien van recidive. Resultaten Met het onderzoek willen we de ontwikkeling op verschillende leefgebieden nagaan, een beeld schetsen van de ervaring van de verschillende betrokkenen van de pilot ten aanzien van de begeleiding en tot slot in kaart brengen in hoeverre de pilot invloed heeft op recidive. Looptijd 01 november 2022 - 31 december 2025 Aanpak Bestuderen van verschillende projectdocumenten Het interviewen van sleutelpersonen van de verschillende deelnemende organisaties (o.a. reclassering, GGZ, welzijnsorganisatie(s), Raad voor de Kinderbescherming, OM en politie) Het interviewen van mensen die deelnemen aan de pilot en hun begeleider op drie momenten en met een controlegroep bestaande uit mensen die in een reclasseringstoezicht lopen in een andere regio Het doen van dossieronderzoek van de mensen die deelnemen aan de pilot en van de controlegroep Data-analyse: politiegegevens over nieuwe overlastmeldingen, aanhoudingen, aangiftes etc van de pilotgroep en de controlegroep
De rol van professionals in de jeugdbescherming is door de transitie en transformatie van de jeugdzorg sterk in beweging. Sinds 2015 werken zij in Midden-Nederland volgens de uitgangspunten van SAVE: Samenwerken aan Veiligheid. Vijf pijlers staan centraal: veiligheid als primair doel, eigen kracht & regie; één melding volstaat; gebiedsgericht werken; lerende praktijk. Deze pijlers worden door de meeste professionals onderschreven. De eerste ervaringen met SAVE leiden bij hen echter ook tot vragen over de grote diversiteit in de uitvoering en over de afweging tussen ingrijpen vanwege veiligheidsrisico?s en zo veel mogelijk verantwoordelijkheid laten bij de burger. Samenwerking is belangrijk maar blijkt in de praktijk soms lastig door verschillen tussen professionals in opdracht, expertise , opvattingen en ervaringen. 'SAVE in woord en daad? wil bijdragen aan de inbedding en optimale uitvoering van de SAVE werkwijze. Door het versterken van professionals bij het maken van afwegingen rond veiligheid en regie en een betere samenwerking draagt het project bij aan veiligheid in - en eigen kracht van de doelgroep. Medewerkers SAVE uit verschillende organisaties, jeugdigen en gezinnen en lokale partners gaan onderling en met elkaar in gesprek over veiligheid, eigen kracht & zelfregie en samenwerking, over de spanningen daartussen en over wat goed gaat en beter kan. Op grond daarvan wordt een online kennisplatform ontwikkeld. Het consortium bestaat uit de SAVE-partners (Samen Veilig Midden- Nederland inclusief Veilig Thuis, de William Schrikker Groep, het Leger des Heils Jeugdbescherming en Reclassering, de Stichting Gereformeerde Jeugdbescherming en de Raad voor de Kinderbescherming Midden Nederland) en het Kenniscentrum Sociale Innovatie van Hogeschool Utrecht (lectoraten Werken in Justitieel Kader en Regie van Veiligheid). Overige partners zijn Adviesbureau Van Montfoort (ontwikkelaar werkwijze SAVE) en Hogeschool Windesheim. Gedurende het project worden ook medewerkers uit de lokale teams betrokken die de eerste zorg leveren en zo nodig doorverwijzen naar SAVE.