Onderzoek van het Verwey-Jonker Instituut uit 2001 laat zien dat zo'n 10 procent van de totale studentenpopulatie in het Nederlandse hoger onderwijs belemmeringen ondervindt op grond van iin of meer functionele beperkingen. De voortgaande digitalisering van leeromgevingen in het hoger onderwijs kan kansen bieden om een verschuiving van drempels te bewerkstelligen. Maar er lijkt een tegenstelling te bestaan tussen het insluitend en uitsluitend potentieel van digitaal hoger onderwijs, een toegankelijkheidsparadox. Voor sommige functionele beperkingen is er sprake van verhoogde toegankelijkheid, voor andere evenwel van een verslechterde situatie. Voor een belangrijk deel hebben we de toegankelijkheid van digitaal onderwijs zelf in handen. Er kunnen hierbij tal van technologische hulpmiddelen gebruikt worden, voor uiteenlopende vormen van beperking (visuele, auditieve, motorische, cognitieve en spraak-/taalbeperkingen). Ook bevatten elektronische leeromgevingen en andere softwareproducten veelal specifieke functionaliteiten om de toegankelijkheid van digitaal onderwijs te vergroten. Er worden in deze publicatie zogeheten 'steekkaarten' aangeboden voor een aantal van deze applicaties: korte en bondige beschrijvingen van hun toegankelijkheidskenmerken. Maar gebruikers van deze software hebben vaak niet of nauwelijks profijt van de beschikbare mogelijkheden, zodat een grote groep studenten onvoldoende toegang krijgt. Dit heeft ondermeer te maken met de onbekendheid van het thema toegankelijkheid van digitaal onderwijs en de mythologie daaromheen (toegankelijke websites zouden bijvoorbeeld saai zijn en geen lay-out kunnen bevatten). Er is een verhoogd bewustzijn in het Nederlandse hoger onderwijs nodig over het thema toegankelijkheid, met een continue samenwerkingsactie van organisaties die structureel werken rond studenten met functionele beperkingen en/of rond elektronische leeromgevingen.
Eindrappotage. De virusuitbraak en de maatregelen om die in te dammen, confronteert gezinnen met heel nieuwe uitdagingen. Door een beperking van hun sociale omgeving en fysieke leefruimte, zijn gezinnen noodgedwongen op zichzelf aangewezen. Ze zijn meer beperkt tot hun eigen woning en moeten (thuis)werk, thuisonderwijs en zorgtaken combineren. Ook kunnen er onzekerheden zijn over bijvoorbeeld gezondheid, werk- en financiële situatie en de maatschappelijke impact. Met dit onderzoek wordt onderzocht hoe gezinnen omgaan met de uitdagingen in deze coronatijd en hoe ze de inbreuk op hun normale leefomstandigheden ervaren. Op basis van die ervaringen worden conclusies en aandachtspunten geformuleerd voor de ondersteuning van gezinnen. Het doel van het onderzoek is tweeledig: • Zicht krijgen op een aantal thema’s (combinatie werk-gezin, gezinsfunctioneren, relatie grootouders-kleinkinderen) die aan het gezinsleven raken in deze coronatijd; • Aandachtspunten formuleren voor de ondersteuning van gezinnen.
Deze publieksrapportage geeft een samenvatting van de resultaten die staan weergegeven in de onderzoeksrapportages: ‘Iedereen telt mee: ETHOS telling van dak- en thuisloosheid in regio Meierij en Bommelerwaard’ en ’Iedereen telt mee: ETHOS telling van dak- en thuisloosheid in regio Brabant Noordoost-Oost’.
De Regionale Kenniswerkplaats Jeugd en Gezin Centraal is een netwerk van ouders, jeugdigen, praktijkorganisaties, gemeenten, opleidingen en kennisinstituten in de jeugdregio’s Eemland, Lekstroom, Utrecht-West en Zuidoost Utrecht. De netwerkpartners delen bestaande kennis en ontwikkelen samen nieuwe kennis om (boven)regionale jeugdvraagstukken aan te pakken.Doel De Regionale Kenniswerkplaats Jeugd en gezin Centraal heeft als doel het genereren, verzamelen en delen van kennis om jeugdigen zo gezond, veilig en kansrijk mogelijk te laten opgroeien. Resultaten De resultaten van de projecten binnen deze werkplaats volgen. Looptijd 01 september 2020 - 01 september 2024 Aanpak De netwerkpartners hebben relevante jeugdvraagstukken verzameld en beschreven in een kennisagenda die jaarlijks geactualiseerd wordt. Deze vormt de basis voor de werkplaatsactiviteiten. De werkplaats start een vierjarig project rondom het vergroten van mentale weerbaarheid omdat veel jeugdigen (prestatie)druk en ongezonde stress ervaren. Gelijktijdig zijn kortlopende projecten mogelijk over actuele onderwerpen die aansluiten op de kennisagenda. Downloads & links Podcast over schoolstress en prestatiedruk, gemaakt door Social Work studenten. Kennisagenda Jongerensamenvatting Regionale Kenniswerkplaats Jeugd en Gezin Centraal {pdf} Samen leren en verbeteren in de regio: regionale kenniswerkplaatsen jeugd van start. Nieuwsbericht ZonMw april '20 Samenwerking met kennispartners We werken samen in een netwerk van ouders, jeugdigen, praktijkorganisaties, gemeenten, opleidingen en kennisinstituten in de jeugdregio’s Eemland, Lekstroom, Utrecht-West en Zuidoost Utrecht: Altrecht GGDrU Jeugdhulpregio Eemland Jeugdhulpregio Lekstroom Jeugdhulpregio Utrecht West Jeugdhulpregio Zuid Oost Utrecht Kenniscentrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie Nationale Jeugdraad Nederlands Centrum Jeugdgezondheid Netherlands School of Public and Occupational Health Nederlands Jeugd Instituut Pharos SAVE Midden-Nederland SWV de Eem SWV (VO) Eemland Trimbos-Instituut UMCU Universiteit Utrecht UW Ouderplatform Youké