Vaak wordt sport gepositioneerd als ‘de belangrijkste bijzaak in het leven’. De vraag is echter of sport feitelijk voor veel mensen niet veel méér is. Sport is in onze samenleving een heel belangrijke bron van zingeving. Christenen, maar ook moslims en joden, zoeken zingeving vooral in iets dat de mens overstijgt. Maar zingeving kan ook een werelds karakter hebben. Mensen kunnen de betekenis en de waarde van hun leven ook ontlenen aan aardse zaken. Dan blijkt dat voor velen sport het leven zin geeft, omdat via sport belangrijke menselijke waarden gerealiseerd kunnen worden: gezondheid, presteren, genot, samenwerking en gezelligheid. In het verleden werd godsdienst een samenbindende kwaliteit en functie toegedicht in de samenleving. De grote socioloog Émile Durkheim wees erop dat mensen een wezenlijke behoefte hebben om 'deel uit te maken van een groter samenlevingsverband'. Godsdienst heeft in de geschiedenis altijd een belangrijke rol gespeeld in het bevredigen van deze behoefte, aldus Durkheim. De vraag is of sport deze rol (deels) heeft overgenomen. Volgens Ruud Stokvis draagt sport bij aan morele vorming, sociale binding én zingeving. Ook de wereld van de sportmarketing maakt gebruik van het feit dat sport een belangrijke bron voor zingeving is
LINK
‘De stad als sportschool’ illustreert dat de gemeente Groningen stadjers uitnodigt om te sporten en bewegen in de openbare ruimte van Groningen. Van hardlopen in het Noorderplantsoen, skeeleren in het Stadspark tot crossfit trainingen op de Grote Markt, steeds meer mensen sporten in de openbare ruimte.De nota de ‘Bewegende Stad’ moet Groningen de komende jaren sport- en beweegvriendelijker maken, Groningen zet in op het zichtbaarder en bereikbaarder maken van sportvoorzieningen, waarbij sport en spel een groter onderdeel uitmaken van de openbare ruimte. In het kader van de ‘Bewegende Stad’ zijn er van januari 2015- mei 2016 drie concrete projecten gerealiseerd: a) Outdoor Fitness Reitdiep (outdoor fitness apparaten), b) Hunze- van Starkenborgh (sport- en speelvoorzieningen) en c) Oosterkade (multifunctionele sport- en speelplek). In dit onderzoek staat de monitoring van deze projecten centraal en wordt bekeken in hoeverre de vernieuwde inrichting van de openbare ruimte uitnodigt tot meer bewegen, sporten en spelen. Hierbij zal er gekeken worden in welke mate de voorzieningen worden gebruikt, wie de gebruikers zijn en in welke mate de gebruikers tevreden zijn over de vernieuwde voorzieningen.
Sportaccommodaties en sportevenementen zijn niet meer weg te denken in ons (sport- en bewegings) landschap. Ze creëren mogelijkheden om te sporten en te bewegen, trekken fans, toeschouwers en in die zin ook sponsors aan, en vormen een interessant communicatie-instrument voor steden en regios. Bovendien komen sportaccommodaties en sportevenementen met private dan wel publieke middelen tot stand. Met sporters, supporters, sponsors, commerciële partners en overheden als belangrijke stakeholders dringt ook een specifieke management- en marketingbenadering van sportaccommodaties en sportevenementen zich op. In het boek Geen sportcultuur zonder sportinfrastructuur wordt uitvoerig aandacht besteed aan het beleid, het management en de marketing van sportaccommodaties en sportevenementen. Het boek onderscheidt zich van andere boeken met betrekking tot sportaccommodaties en sportevenementen, enerzijds door de focus op de Lage Landen en anderzijds door de multidisciplinaire benadering. Onder redactie van Jeroen Scheerder en Steven Vos geven meer dan dertig experts uit Nederland en Vlaanderen wetenschappelijk onderbouwde en/of beleidsrelevante inzichten in diverse beheers- en beleidsaspecten van sportaccommodaties en sportevenementen. Geen sportcultuur zonder sportinfrastructuur is geschreven voor studenten, beleidsmakers en professionals die actief zijn en/of interesse hebben in het management en de marketing van sportaccommodaties en sportevenementen.
Hoewel er diverse landelijke en lokale initiatieven zijn om kinderen met fysieke en mentale problemen te stimuleren tot deelname aan sport activiteiten participeren kinderen met psychosociale problemen weinig tot niet in (aangepaste) sportactiviteiten. Zowel ouders, hulpverleners, onderwijsgevende als trainers hebben behoefte aan inzicht in de sportbelemmerende factoren voor deze kinderen. Daarnaast willen zij verkennen wat de ervaringen zijn van het huidige aanbod aan voorzieningen van (aangepast) sporten in Zwolle en of dit aanbod ook aanpassingen dan wel aanvullingen nodig heeft. Deze voorstudie wordt uitgevoerd door een nieuw samenwerkingsverband tussen diverse partijen die zich in de regio Zwolle bezighouden met bewegingsonderwijs, sportparticipatie of hulpverlening aan kinderen met lichte of matige psychosociale problematiek. Vanuit deze drie verschillende invalshoeken wordt bekeken wat door de kinderen en hun ouders ervaren wordt als best practices, als sport¬belemmerende factoren en wat mogelijke aanpassingen of aanvullingen zouden kunnen zijn op het huidige aanbod van (aangepast) sporten. De voorstudie resulteert in een beschrijving van een aantal best practices en mogelijke aanvullingen daarop. Er is aandacht voor zowel de inhoud als de organisatorische context van (aangepast) sportvoorzieningen. Het betreft (aangepaste) sportvoorzieningen voor kinderen in het reguliere basisonderwijs.