Er is veel geschreven over de rol van sport in het bevorderen van sociaal, psycho‐ logisch en fysiek welbevinden van mensen. Deze literatuur is echter grotendeels gericht op het sociaal domein en daarbinnen veel op jonge mensen, maar weinig op contexten binnen een justitieel kader, bijvoorbeeld de gevangenis of reclasse‐ ring. De wetenschappelijke aandacht voor de meerwaarde van sport en bewegen voor delinquenten is beperkt. In een lopend onderzoeksproject onderzoeken wij de belangrijkste factoren om sport in te zetten ter bevordering van participatie van mensen in een kwetsbare positie (in detentie, de reclassering en de maatschappelijke opvang). Daarbinnen is een literatuurstudie uitgevoerd naar de meerwaarde van sport en bewegen, specifiek voor delinquenten. Dit betreft dus personen die binnen een justitieel kader sport- en beweegactiviteiten ondernemen of binnen een sportcontext re-integreren (denk bij dat laatste bijvoorbeeld aan vrijwilligerswerk op een sportclub in de laatste fase van detentie). In dit artikel wordt antwoord gegeven op de vraag: wat is in de literatuur bekend over de meerwaarde van sport en bewegen voor het reintegreren van delinquenten?
Vaak wordt sport gepositioneerd als ‘de belangrijkste bijzaak in het leven’. De vraag is echter of sport feitelijk voor veel mensen niet veel méér is. Sport is in onze samenleving een heel belangrijke bron van zingeving. Christenen, maar ook moslims en joden, zoeken zingeving vooral in iets dat de mens overstijgt. Maar zingeving kan ook een werelds karakter hebben. Mensen kunnen de betekenis en de waarde van hun leven ook ontlenen aan aardse zaken. Dan blijkt dat voor velen sport het leven zin geeft, omdat via sport belangrijke menselijke waarden gerealiseerd kunnen worden: gezondheid, presteren, genot, samenwerking en gezelligheid. In het verleden werd godsdienst een samenbindende kwaliteit en functie toegedicht in de samenleving. De grote socioloog Émile Durkheim wees erop dat mensen een wezenlijke behoefte hebben om 'deel uit te maken van een groter samenlevingsverband'. Godsdienst heeft in de geschiedenis altijd een belangrijke rol gespeeld in het bevredigen van deze behoefte, aldus Durkheim. De vraag is of sport deze rol (deels) heeft overgenomen. Volgens Ruud Stokvis draagt sport bij aan morele vorming, sociale binding én zingeving. Ook de wereld van de sportmarketing maakt gebruik van het feit dat sport een belangrijke bron voor zingeving is
Vaak wordt sport gepositioneerd als ‘de belangrijkste bijzaak in het leven’. De vraag is echter of sport feitelijk voor veel mensen niet veel méér is. Sport is in onze samenleving een heel belangrijke bron van zingeving. Christenen, maar ook moslims en joden, zoeken zingeving vooral in iets dat de mens overstijgt. Maar zingeving kan ook een werelds karakter hebben. Mensen kunnen de betekenis en de waarde van hun leven ook ontlenen aan aardse zaken. Dan blijkt dat voor velen sport het leven zin geeft, omdat via sport belangrijke menselijke waarden gerealiseerd kunnen worden: gezondheid, presteren, genot, samenwerking en gezelligheid. In het verleden werd godsdienst een samenbindende kwaliteit en functie toegedicht in de samenleving. De grote socioloog Émile Durkheim wees erop dat mensen een wezenlijke behoefte hebben om 'deel uit te maken van een groter samenlevingsverband'. Godsdienst heeft in de geschiedenis altijd een belangrijke rol gespeeld in het bevredigen van deze behoefte, aldus Durkheim. De vraag is of sport deze rol (deels) heeft overgenomen. Volgens Ruud Stokvis draagt sport bij aan morele vorming, sociale binding én zingeving. Ook de wereld van de sportmarketing maakt gebruik van het feit dat sport een belangrijke bron voor zingeving is
LINK
Het project Vechtende Jongeren onderzoekt hoe kickboksen kan bijdragen aan een veerkrachtige identiteitsontwikkeling van kwetsbare jongeren en hoe ze daarin het beste begeleid kunnen worden. Meer specifiek wordt onderzocht hoe interacties en rituelen in de kickboksgyms en de aanpak van de trainer bijdragen aan de talentontwikkeling van de jongeren. Maakt de vechtsport(context) de jongeren weerbaarder en veerkrachtiger? En wat doet dat met maatschappelijke participatie? Om deze vragen te beantwoorden, is het streven om op vier locaties gedurende één jaar 20 jongeren en de bij hen betrokken vechtsporttrainers en jongerenwerkers te interviewen en te observeren. De uitkomsten zullen toegankelijk worden gemaakt voor (aankomende) coaches en (aankomende) jeugdprofessionals, zodat zij jongeren goed kunnen begeleiden in een vechtsportcontext. Er zal daartoe een training worden ontwikkeld voor coaches en curriculumaanbod voor studenten.
Voor jongeren die hun plek zoeken in de samenleving is vechtsport een manier om erkenning en respect te krijgen binnen een gemeenschap. Hoe helpen vechtsporten deze kwetsbare jongeren om steviger in hun schoenen te staan?Doel Het onderzoek 'Vechtende jongeren' kijkt hoe vechtsport kwetsbare jongeren helpt om hun talenten te ontdekken en om hun plek in de maatschappij te vinden. Met de opgedane kennis kunnen jongerenbegeleiders gerichter te werken met kwetsbare jongeren in een vechtsportomgeving. Resultaten Dit onderzoek loopt. Na afloop vind je hier een samenvatting van de resultaten. Looptijd 01 april 2019 - 01 april 2021 Aanpak We doen onderzoek bij vechtsportscholen in vier steden: Amsterdam, 's-Hertogenbosch, Utrecht en Zwolle. Het onderzoek heeft een een participatieve strategie. Op deze manier kunnen we de betrokken professionals stimuleren om na te denken over hun rol terwijl we onze onderzoeksvragen beantwoorden. Concreet bestaat het onderzoek uit vier 'learning labs'. In deze labs combineren we observaties en interviews met vragenlijsten.
Vechtsport, met name kickboksen en mixed martial arts, is steeds populairder onder jongeren. Ook zogenaamde risicojongeren vinden steeds vaker de weg naar de vechtsportschool, zowel in reguliere sportscholen als in sociaalpedagogische kickboksprojecten aangeboden door sportbuurtwerk of jeugdwelzijnswerk. Voor veel jongeren die struggelen met zichzelf en hun plek in de samenleving, zijn vechtsportscholen een alternatieve zoektocht naar respect en succes. Vechtsportcoaches worden steeds vaker geconfronteerd met dit type ‘vechtende jongeren’. Zij geven in pilotstudies en focusgroepen aan dat het hen aan kennis en vaardigheden ontbreekt om deze jongeren adequaat te coachen bij hun specifieke (sport-overstijgende) problematiek. In de beroepspraktijk én in de hbo-opleidingen Social Work en Sportpedagogiek is sprake van een hiaat, waardoor (aankomende) jeugdprofessionals die met vechtende jongeren werken onvoldoende pedagogisch onderlegd zijn. Naast deze professionaliseringsvraag weten praktijkprofessionals onvoldoende in hoeverre vechtsport deze jongeren helpt bij een veerkrachtige identiteitsontwikkeling, of het hen beschermt tegen antisociale verleidingen en of het maatschappelijke participatie bevordert. De praktijkvraag is: “Op welke wijze en in welke mate worden ‘vechtende jongeren’ door full contact vechtsportbeoefening meer bewust van hun persoonlijke (talent)ontwikkeling, opdat ze meer veerkracht ontwikkelen die hen beschermt tegen antisociale verleidingen en hun maatschappelijke participatie versterkt?” Doel is de pedagogische bekwaamheid van (aankomende) jeugdprofessionals te versterken die in een vechtsportcontext vanuit sociaalpedagogisch perspectief met kwetsbare jongeren werken. In dit project werken drie hogescholen, een universiteit en vier werkveldpartners samen in drie deelstudies. Door een combinatie van kwalitatief en kwantitatief onderzoek (deelstudie 1 en 2) worden in vier learning labs de werkzame factoren en processen van vechtsport in kaart gebracht. Deze worden vertaald naar een scholingsaanbod voor vechtsportpraktijken die vanuit sociaalpedagogisch perspectief met vechtende jongeren werken (deelstudie 3). Dit aanbod zal tevens de curricula van de hbo-opleidingen Social Work en Sportpedagogiek verrijken. De nieuwe inzichten worden daarnaast toegankelijk gemaakt door drie vakpublicaties en een slotcongres.