Veel mensen krijgen tijdens hun loopbaan, levensloop, te maken met een of andere vorm van verlies. Zij worden dan geconfronteerd met wat wij aanvankelijk venijnige vraagstukken noemden, maar later hebben verwoord als loopbaanknooppunten. Situaties met consequenties voor loopbanen; situaties die leiden tot handelingsverlegenheid en vele vragen oproepen, die verder gaan dan de gangbare 'matchings' loopbaanvragen, zoals: wat wil ik? Wat kan ik? Welke baan, werk- of leefomgeving pas goed bij mij? Welke plek wil ik in de samenleving innemen? In dit praktijkgerichte onderzoek zijn de auteurs op zoek gegaan naar een 'nieuwe, verdiepende' manier van begeleiden van loopbaanontwikkeling van mensen die het zwaar te verduren hebben. De veerkracht, draaglast en draagkracht van betrokkenen stond centraal bij de diepte-interviews, die op interactieve wijze met behulp van het ontwerpgerichte onderzoeksmodel van Andriessen (2007) zijn geanalyseerd door een viertal ervaren loopbaanprofessionals. Beide auteurs hebben hun door praktijkervaringen opgebouwde expertise tijdens diepgaande intervisie gekoppeld aan theoretische input vanuit diverse (inter)nationale literatuurbronnen. Gebruikmakend van het conceptuele kader van Van Yperen en Veerman (2008) hebben zij als 'reflective professionals' (Schön, 1995) toegewerkt naar een potentieel veelbelovende begeleidingstheorie en methodiek.
DOCUMENT
Topartikelen 2015. Dit is de vijfde bundel in de reeks Topartikelen met de winnende artikelen van de jaarlijkse artikelwedstrijd. De eerste en tweede prijs gaan dit jaar naar artikelen van studenten van de opleiding MWD. Eline Bröker: Samen kom je er wel. Eline schrijft over het Skejby halfway house; een initiatief uit Denemarken. In dit huis wonen exdelinquenten en studenten onder één dak. Het is uniek in zijn soort en met opmerkelijke resultaten: het recidive percentage ligt ruim 20% lager dan bij halfway huizen waar alleen delinquenten wonen. Marlieke Moors: Rouw mag er zijn. Marlieke gaat in haar artikel in op verouderde rouwmodellen en schetst de laatste ont - wikkelingen op dit gebied. De verouderde modellen gaan ervan uit dat rouw volgens bepaalde criteria verloopt en dat verlies uiteindelijk ‘verwerkt’ wordt. Deze modellen hebben een universeel en normatief karakter gekregen. Marlieke toont aan, met behulp van het nieuwe integratieve rouwmodel, dat het niet om verwerken van verlies gaat, maar juist om het integreren van verlies in iemands leven.
DOCUMENT
Het begrip levend verlies is in verband te brengen met de, soms moeizame, samenwerking tussen leerkrachten en ouders. Levend verlies is een term die de Belgische emeritus hoogleraar Rouw en Verlieskunde Keirse gaf aan verdriet om verlies dat nooit eindigt. Het is zijn vertaling van het begrip 'chronic sorrow'.
DOCUMENT
Ouders van kinderen met een beperking of chronische aandoening krijgen vaak te maken met gevoelens van verlies, maar professionals hebben daar nog weinig oog voor. Ontwikkelingspsycholoog en onderzoeker Edith Raap pleit ervoor om in de begeleiding van gezinnen expliciet aandacht te hebben voor levend verlies. Zij onderzoekt de komende jaren wat levend verlies voor ouders inhoudt en hoe professionals ouders hierin kunnen steunen.
LINK
Ouders van kinderen met een beperking zijn, zoals alle ouders: blij met, en trots op hun kind. Maar zij kunnen ook veel andere gevoelens ervaren. Denk aan machteloosheid, schuld en schaamte, maar ook terugkerende gevoelens van verlies en verdriet. Wanneer bij je kind vrijwel niets volgens het boekje verloopt moet je, telkens opnieuw, je verwachtingen bijstellen.
DOCUMENT
Teamleden van een School voor Voortgezet Speciaal Onderwijs voor leerlingen met een Autisme Spectrum Stoornis zijn bevraagd over hun handelen in veelvoorkomende situaties. Daarmee is getracht zicht te krijgen op de actuele onderwijssituatie van de school. Elk teamlid heeft een vragenlijst ingevuld met daarop elf veelvoorkomende, dagelijkse situaties. Deze situaties zijn gekoppeld aan de competenties uit het generiek competentieprofi el van de speciale onderwijszorg. Voor elke situatie zijn op grond van veelvoorkomende gedragsbenaderingen enkele typerende handelingsmogelijkheden beschreven. De resultaten tonen aan dat teamleden binnen de school in geen enkele situatie eenduidig handelen. De betekenis van dit gegeven is voor het schoolteam een startpunt geworden in het streven naar eenduidigheid in regels, structuren en afspraken over handelingsmogelijkheden, vastgelegd in een zogenoemde Schoolbijsluiter. Het gebruikmaken van een schoolspecifieke vragenlijst en de interpretatie door de teamleden van de eigen gegevens lijkt zinvol als werkwijze om een school tot verbetering van het dagelijkse handelen te laten komen.
LINK
Geen samenvatting beschikbaar
DOCUMENT
Marktwerking is een prachtig mechanisme maar leidt ook wel eens tot het verlies van iets dierbaars.
DOCUMENT
Onze samenleving is sterk gedigitaliseerd. Het internet is de arena waarin wij werken, onze financiën regelen, boodschappen doen, waar ons sociale leven plaatsvindt en we liefde zoeken.1 Als gevolg van deze digitalisering is cybercriminaliteit in toenemende mate een probleem. De prevalentie van deze ‘nieuwe’ vormen van criminaliteit overstijgt inmiddels de ‘traditionele’ vormen van criminaliteit. Statistieken over de gehele wereld laten een vergelijkbaar beeld zien. Onderzoek laat zien dat slachtoffers van cybercriminaliteit negatieve (financiële, psychologische en emotionele) gevolgen ondervinden (bijv. Cross e.a. 2016; Jansen & Leukfeldt 2018; Worsley e.a. 2017; Reyns & Randa 2015). Deze gevolgen worden geregeld versterkt door onbegrip voor het slachtoffer, gebrek aan ondersteuning (Worsley e.a. 2017; Cross e.a. 2016; Notté e.a. 2020) en onvoldoende kennis en mogelijkheden vanuit de politie en justitie om zaken succesvol aan te pakken (Leukfeldt e.a. 2013a; 2013b; 2018). Het bestaande slachtofferbeleid is gebaseerd op kennis over en onderzoek naar de ervaringen van slachtoffers van offline criminaliteit (zie bijv. Leukfeldt e.a. 2018). Het is van belang om meer kennis over deze vormen van slachtofferschap te genereren en te delen over de hele linie van wetenschap, beleid, opsporing, vervolging en ondersteuning.
DOCUMENT
Wat zou jij doen als je Kyra en Luca was? Een scenariostudie, wat houdt dat in? Het Expeditieteam doet onderzoek naar de leraar van morgen. De inzichten die we als Expeditieteam tot dusverre hebben opgedaan toetsen we op verschillende manieren. Eén daarvan is een scenariostudie waarin we leraren en schoolleiders twee situaties rond een fictieve leraar, Kyra en Luca, voorleggen en ze vragen hierop te reageren via de vragen: 1. Wat is hier aan de hand? Waarom? 2. Wie zijn de betrokkenen in deze situatie? Waarom? 3. Wat zou jij doen als jij Kyra/Luca was? Wat zou jij doen als jij Elisa/Marina was? Waarom? Wat levert het op? Inleven in de vignetten geven je een moment om te reflecteren op hoe jij reageert op veranderingen in jouw school. De beleving van de situaties vanuit je eigen ervaring en de inbreng van je eigen overtuigingen staan hierbij centraal. Je wordt je (mogelijk) bewust van jouw eigen rol en afwegingen in voor jou herkenbare situaties. Bekijk de twee vignetten. Je kan ze zelf als reflectie instrument inzetten, maar dit bijvoorbeeld ook doen met je team inclusief de leidinggevende. Benieuwd hoe andere leraren en leidinggevenden omgaan met verandering? Lees het onderzoeksartikel: ‘Adaptief vermogen van leraren en leidinggevenden: een vignettenstudie naar omgaan met verandering’.
MULTIFILE