Interview met Ruben Vrijhoef over o.a. de beperkingen in aanbesteden op alleen prijs door corporaties, zorginstellingen en waterschappen.
DOCUMENT
Cobouw, 10 mei 2013 over het project 'Op weg naar de goede vraag'
DOCUMENT
Gemeenten stellen in slechts de helft van de op TenderNed gepubliceerde aanbestedingen sociale voorwaarden. Onderzoeker Claudia van Orden pleit voor meer creativiteit, waaronder het oprekken van het begrip maatschappelijke waarde.
DOCUMENT
Geen samenvatting beschikbaar
DOCUMENT
Met het tweejarige kennisproject 'Op weg naar de goede vraag' richtte Hogeschool Utrecht zich samen met Hogeschool Rotterdam, Saxion en andere kennispartners op nieuwe vraagstrategieën bij waterschappen, woningcorporaties en zorginstellingen. Deze partijen wilden werken aan het anders en vooral beter aanbesteden en organiseren van hun bouwopgaven. We zochten naar een wisselwerking tussen onderwijs, onderzoek en de beroepspraktijk. Het doel van het project was tweeledig: 1 actuele kennis verzamelen en inzicht verkrijgen in de vraag hoe beter aanbesteden en organiseren van bouwopgaven in de praktijk uitwerkt; 2 professionals (met name projectleiders en inkoopadviseurs) beter toerusten met kennis en inzichten, zodat ze die kunnen toepassen in hun organisatie en projecten. De centrale vraagstelling van het kennisproject was: Hoe kunnen projectleiders en inkoopadviseurs uit de zorg-, corporatie- en waterschapsector beter gebruikmaken van nieuwe bouworganisatie- en aanbestedingsvormen?
DOCUMENT
In 2012 werd, na een reeks aardbevingen in Groningen, door het kabinet, de provincie Groningen, negen gemeenten en de Nederlandse Aardolie Maatschappij (hierna verder: NAM) een kaderstellend pakket met maatregelen afgekondigd. Enerzijds diende met dit pakket de schade te worden vergoed die als gevolg van de gaswinning door de NAM is ontstaan. Anderzijds moet het vertrouwen van de inwoners worden herwonnen. Onderdeel van het pakket is de oprichting van de Stichting Economic Board Groningen (hierna verder: EBG) in 2015. Met de oprichting en de financiering van de EBG is een bedrag gemoeid van € 97,5 miljoen, waarvan € 65 miljoen afkomstig is van de NAM en € 32,5 miljoen van de provincie Groningen. De EBG wordt in het bestuurlijk akkoord een belangrijke taak toegedicht in de verbetering van het economisch perspectief voor Noord-Groningen na de schade die in het gebied is ontstaan als gevolg van de gasboringen van de NAM. Uit gesprekken kan worden afgeleid dat de provincie Groningen de financiering van de EBG ziet als subsidieverlening, zodat een toets aan de regels van bijvoorbeeld het aanbestedingsrecht achterwege is gebleven. De vraag is of die handelswijze correct is geweest. In dit artikel zal de totstandkoming en de financiering van de EBG worden onderzocht in het licht van de materiële kaders van het aanbestedingsrecht. Een juiste juridische kwalificatie van de financiering is van belang vanwege het doel om het vertrouwen van de inwoners van het aardbevingsgebied Groningen terug te winnen. Bovendien rechtvaardigt de hoogte van het bedrag dat met de oprichting en de financiering van de EBG is gemoeid een nader onderzoek naar de vraag hoe deze oprichting en de financiering zich verhouden tot het aanbestedingsrecht. Daarbij komt de vraag aan de orde waar zich op dat vlak knelpunten of juist kansen hadden kunnen voordoen. De stelling wordt verdedigd dat de aard en het karakter van de financiering van de EBG valt onder de reikwijdte van de term overheidsopdracht zoals deze in het aanbestedingsrecht is gedefinieerd. Dit betekent dat bij de oprichting van de EBG de algemene beginselen van het aanbestedingsrecht voorop hadden moeten staan, waaronder begrepen het transparantiebeginsel. In dit artikel staat de vraag centraal in hoeverre bij de oprichting en de financiering van de Stichting Economic Board Groningen het materiële rechtskader van het aanbestedingsrecht van toepassing was en in hoeverre sprake is van een aanbestedingsplichtige overheidsopdracht. Allereerst wordt de context van de EBG beschreven. Daarna volgt een kritische analyse van relevante aspecten van het aanbestedingsrecht in relatie tot de wijze waarop de EBG is gefinancierd en de juridische kwalificatie van deze financiering, zijnde subsidieverlening of het verstrekken van een opdracht. Daarbij worden ook recente veranderingen in het aanbestedingsrecht betrokken.
DOCUMENT
Vanwege ontwikkelingen in het Europese aanbestedingsrecht, waarop elders in dit nummer wordt ingegaan, lijkt het dat publieke partijen niet langer vrij zijn in het bepalen van de spelregels waarlangs de concurrentie wordt georganiseerd. In deze bijdrage wordt betoogd dat de 'angst ' bij publieke partijen voor het moeten aanbesteden conform de door het Europees verdrag voorgeschreven regels, slechts ten dele gegrond is. In beginsel is 'aanbesteden ' gelijk aan het volgen van een selectieprocedure. Deze bijdrage gaat in op de vraag hoe publieke partijen op goede wijze een selectieprocedure kunnen vormgeven en welke aandachtspunten daarbij gelden vanuit de Europeesrechtelijke context.
MULTIFILE