Agrobiodiversity has been decreasing substantially in Europe. Social scientific research in this area has paid limited attention to how citizens value agrobiodiversity and its decline, and how these valuations can be influenced. We explore the influence of different arguments for enhancing agro-biodiversity, delivered via short movies, on attitudes and behaviour of students, environmental professionals and people interested in nature conservation in the Netherlands. We conclude that information provision does not influence attitudes. However, it does influence values assigned to agrobiodiversity, but not always in the ways we hypothesized. Information about the intrinsic value of agrobiodiversity has the most effects on values assigned to agrobiodiversity. Among students, women and people with a low emotional attachment with agricultural landscapes (‘place identity’ and ‘place dependence’), emphasizing the instrumental value of agrobiodiversity has a counter-intuitive effect. It does not influence the importance of this value but instead reinforces the intrinsic value they assign to agrobiodiversity. The latter finding is at odds with the instrumental biodiversity discourse in science and policy, which, under headings such as ecosystem services and natural capital, aims to mobilize support for nature conservation by emphasizing its instrumental, functional and economic values. Emphasizing the intrinsic value of agrobiodiversity seems more effective.
LINK
Door een opeenstapeling van maatschappelijke, ecologische en politieke crisissen nemen de wensen en eisen die aan de tuinbouwsector gesteld worden hand over hand toe. Aan de andere kant nemen ook de kansen en mogelijkheden door toegenomen kennis en voortdenderende technologische ontwikkelingen rap toe. De tuinbouw verkeert hierdoor in dermate wild vaarwater dat, gezien de veelvoud aan transities, gerust gesproken kan worden van een systeemtransitie. Een systeemtransitie naar een ecologisch en economisch duurzame tuinbouw door productiesystemen die zowel stabiel als hoogproductief zijn, vraagt niet om een vlucht in het verleden, maar om een sprong de toekomst in. Een sprong naar een productiesysteem gebaseerd op kennis van de plant en de interactie met zijn (ecologische) omgeving, ondersteund door hoogwaardige technologie met een hernieuwde vorm van procescontrole. In dit essay onderzoek ik hoe ik als associate lector levende teeltsystemen voor Inholland bij wil dragen aan onderzoek en onderwijs op de actuele transitiepaden van de glastuinbouw. Hoe ik kan bijdragen aan kennis ontwikkeling, nieuwe methoden ontwerpen in onderzoek en deze vertalen naar praktijkgerichte oplossingen. Zo wil ik door samenwerking met collega-onderzoekers en studenten van binnen en buiten Inholland verder invulling geven aan de realisatie van mijn missie. “In onderzoek en onderwijs bijdragen aan een tuinbouwproductiesysteem dat functioneert als een ecosysteem, waarin het samenspel van een grote diversiteit aan levende organismen bijdraagt aan de gezondheid van het productiesysteem en het product dat het produceert. Waarin onze gezamenlijke kennis tot de kunde leidt om levende teeltsystemen als evenwichtige ecosystemen te ontwerpen en te beheren. Waarin telers de biodiversiteit versterken en verzorgen, zodat deze bijdraagt aan de kwaliteitsproductie, in een samenspel van technologie, ecologie en menselijk vernuft. Tuinbouw dus die de wereld van gezonde producten voorziet en in balans is met zichzelf en haar omgeving.”
DOCUMENT