Waar binnen onderwijs en onderzoek in primair en voortgezet onderwijs al veel aandacht is voor differentiatie, is dit in de context van onderwijs aan leerlingen met auditieve en/of communicatieve beperkingen nog onderbelicht. Met deze studie zijn kenmerken van differentiatie geïdentificeerd op basis van een literatuurverkenning, aangevuld met een praktijkverkenning in so en vso scholen voor cluster-2, en regulier onderwijs aan leerlingen met een auditieve en/of communicatieve beperking met een ondersteuningsarrangement. Differentiatieprincipes uit regulier onderwijs lijken ook van toepassing voor onderwijs aan deze doelgroep, maar de invulling in de praktijk vereist met name aanvullende kennis van professionals. Ook is er, omdat vaak meerdere professionals betrokken zijn, behoefte aan het versterken van interprofessionele samenwerking. Tot slot lijken veel vormen van afstemming in het cluster-2 onderwijs met name gericht op het toegankelijk maken van onderwijs, maar is er nog winst te behalen in het verder afstemmen op cognitieve verschillen tussen leerlingen. Op basis van deze studie, doen wij vijf aanbevelingen. Twee aanbevelingen betreffen onderzoek, namelijk: 1) het specifiek zoeken naar literatuur over de afzonderlijke differentiatieprincipes en 2) onderzoeken hoe differentiatie en interprofessionele samenwerking specifiek in elk van de verschillende contexten wordt vormgegeven. Daarnaast doen wij drie aanbevelingen voor de praktijk: 3) het ontwerpen van een geïntegreerde professionaliseringsaanpak waarin doelgroepspecifieke kennis wordt gecombineerd met inzichten over differentiatie, 4) reflecteren op de interprofessionele samenwerking op het gebied van differentiatie om deze samenwerking te versterken en te verduurzamen, en 5) aandacht voor interprofessioneel samenwerken in de initiële opleidingen en in professionaliseringstrajecten.
DOCUMENT
Deze pilotstudie heeft betrekking op de zoektocht naar factoren die van belang zijn in het proces van sportparticipatie van jongeren met een auditieve beperking. Daartoe zijn actoren als ouders, gymleraren, trainers, coaches en bestuurders van sportverenigingen geïnterviewd. In het algemeen sporten deze jongeren in een reguliere sportvereniging waarbij zij net als de andere teamgenoten worden behandeld. Vaak hebben de gymleraren en trainers een eigen stijl van instrueren en begeleiden waarbij ze oog hebben voor de speciale situatie waarin deze jongeren verkeren. Ze hebben in hun achterhoofd die ene jongere met een auditieve beperking waar ze de aandacht van moeten vangen en vasthouden en checken of hun boodschap is overgekomen. Ze maken in dit verband – soms impliciet – afspraken over gebaren en krijgen meestal hulp van teamgenoten die de jongere bijvoorbeeld kunnen aantikken.
DOCUMENT
Dit hoofdstuk beschrijft de problematiek van personen, die in de praktijk moeite hebben met het functioneren in (complexe) luistersituaties, ondanks normale gehoordrempels.
LINK
Background: Children with auditory processing disorders (APD) seem to have difficulties in auditory functioning, and with cognitive, language and reading tasks. However, it is not clear whether the behavioural characteristic of children with APD are distinctive from the behavioural characteristics of children with another developmental disorder, like specific language impairment (SLI), dyslexia, attention deficit hyperactivity disorder (ADHD), or autism spectrum disorder (ASD). Aim: The aim of this study was to determine which characteristics overlap between children with APD versus SLI, dyslexia, ADHD, or ASD.
DOCUMENT
Background: Children with auditory processing disorders (APD) seem to have difficulties in auditory functioning, and with cognitive, language and reading tasks. However, it is not clear whether the behavioural characteristic of children with APD are distinctive from the behavioural characteristics of children with another developmental disorder, like specific language impairment (SLI), dyslexia, attention deficit hyperactivity disorder (ADHD), or autism spectrum disorder (ASD). Aim: The aim of this study was to determine which characteristics overlap between children with APD versus SLI, dyslexia, ADHD, or ASD.
DOCUMENT
After fifty years of research there is still debate on the concept of auditory processing disorders (APD). We conducted a systematic review to examine the characteristics associated with APD. The purpose of this study is to decide whether APD can be regarded as a unique and identifiable clinical entity.
DOCUMENT
Deze openbare les is uitgesproken door dr. Ellen Gerrits ter gelegenheid van haar installatie als lector Logopedie aan Hogeschool Utrecht. Dit lectoraat is ontstaan vanuit een samenwerking tussen de Faculteit Gezondheidszorg van Hogeschool Utrecht, de opleiding Logopediewetenschap van de Universiteit Utrecht en de Koninklijke Auris Groep, een instelling voor begeleiding, zorg en onderwijs voor kinderen met een communicatieve en/of auditieve beperking. Het lectoraat Logopedie heeft als missie om de transparantie van de logopedische zorg te vergroten en kennis te ontwikkelen en te verspreiden over de effectiviteit van logopedische interventie. Hierbij ligt de focus op preventie en care bij kindertaalstoornissen. Het lectoraat wil dit bereiken met praktijkgericht, toegepast onderzoek. Het lectoraat is uniek in Nederland omdat het zich specifiek richt op het vakgebied Logopedie. Het heeft daarom ook als missie om in brede zin bij te dragen aan de onderbouwing en profilering van het beroep logopedie, en aan de professionalisering en academisering van de logopedist.
DOCUMENT
DOCUMENT
Uit onderzoek naar het smartphonegebruik in het hoger onderwijs blijkt dat studenten vrijwel allemaal een smartphone mee naar de les hebben (Sumuer, 2021) en dat zij negatieve gevoelens ervaren als zij hun smartphone niet binnen bereik hebben (Wood et al., 2018). Hoewel je smartphones kunt gebruiken om studiedoelen te bereiken, blijkt ook dat studenten worden afgeleid door berichten via social-media e.d. of nieuwsberichten (Chen & Yan, 2016). Het roept de vraag op wat we weten van smartphonegebruik in het hoger onderwijs en of daar in navolging van het primair en voortgezet onderwijs ook een smartphoneverbod moet komen? In deze publicatie van het Lectoraat Teaching Learning & Technology| Hogeschool Inholland, ben je in 7 minuten 'bijgepraat' over het toestaan of verbieden van Smartphone-gebruik in het hoger onderwijs.
DOCUMENT
In de laatste jaren is er in Nederland toenemende aandacht voor de condities waarin leerlingen les krijgen. Randvoorwaarden zoals temperatuur, akoestiek, luchtkwaliteit, lichtkwaliteit en beschikbare ruimte vormen met elkaar de basisomstandigheden waarin leerlingen en leerkrachten functioneren. Er is betrekkelijk weinig aandacht voor de invloed die akoestiek en luisteromstandigheden hebben op het leerproces van de leerlingen, terwijl het evident is dat deze enkele van de belangrijkste randvoorwaarden vormen voor het kunnen volgen van het onderwijs in de klas. De verwerving van taal èn het leerproces op school vinden immers voor een groot deel plaats via luisteren en talige interactie. Om meer inzicht te krijgen in de invloed die luisteromstandigheden in de klas hebben op leerlingen, is een onderzoek uitgevoerd met klassenversterkingsapparatuur, ook wel Soundfield apparatuur genaamd. Het onderzoek vond plaats op vijf Friese basisscholen in tien verschillende klassen en duurde vier weken. De Soundfield apparatuur bestaat uit een leerkrachtmicrofoon met zender en een luidsprekersysteem met versterker en ontvanger. Met de apparatuur ontstaat er een gelijkmatig „geluidsveld‟ in de klas, waardoor de leerkracht overal even goed hoorbaar is. Er werd gebruik gemaakt van apparatuur met infrarood technologie (Redcat: Infrared Classroom Amplification Technology van Lightspeed Technology).
DOCUMENT