Previous bankruptcy is often seen as sign of poor entrepreneurial skills but few have examined whether renascent entrepreneurs actually perform worse or better upon reentering and how performance differences might be explained. Using a sample of 1,745 Dutch SMEs firms of which 67 were managed by renascent entrepreneurs this study examines potential differences in performance between renascent and other firms and explores to what extent this can be attributed to effects of the bankruptcy involvement on embeddedness, innovativeness, ambition and financial discipline. Non-parametric and multiple mediation analyses were conducted to test a set of hypotheses. Renascent entrepreneurs were found to show better sales level and were more innovative but also indicate more negative growth rates. Further, they show less financial discipline, but do not differ in their overall embeddedness and ambition levels. These mixed findings suggest that previous bankruptcy involvement is not necessarily a clear admission of failure.
DOCUMENT
Deze quick scan heeft als centrale vraag hoe er in Europese landen wordt omgegaan met arbeidstoeleiding in de aanpak van schulden. De hypothese die onder deze quick scan ligt is dat de aanpak van schulden belemmerd kan worden door het ontbreken van betaald werk (want doorgaans minder inkomsten). In voorliggend document is uitgewerkt wat de quick scan heeft opgeleverd. Door zowel vanuit de arbeidstoeleiding als vanuit de aanpak van schulden te kijken, heeft UWV een breed inzicht verkregen van hetgeen Nederland kan leren uit de manier waarop andere landen omgaan met de samenloop van financiële problemen en werkloosheid. De opbouw van deze quick scan is als volgt. 1 Schets van de samenhang tussen schuldenproblematiek en re-integratie 2 Omvang van de schuldenproblematiek in relatie tot werkloosheid. 3 Kenmerken van Europese stelsels om schulden op te lossen. 4 Hoe wordt re-integratie ingezet in de verschillende landen? 5 Concluderende overweging Bijlage 1 Enquête die is verstuurd om inzichten te verkrijgen. Bijlage 2 Belangrijkste constateringen per land.
DOCUMENT
Als gevolg van nieuwe wetgeving zoals Sarbanes-Oxley en gedragscodes als die van de commissie Tabaksblat is het de expliciete verantwoordelijkheid van de directie om te zorgen voor een adequaat en effectief risicomanagement en intern beheersingssysteem. Het is opvallend dat deze nieuwe interne-controlevereisten de kredietcrisis niet hebben kunnen voorkomen in een zo streng gereguleerde bedrijfstak als die van de financiële dienstverlening. De grote vraag is dan ook hoe dit allemaal heeft kunnen gebeuren en welke mogelijke lessen er te trekken zijn.
DOCUMENT