Recensie boek, Doorbreek uw bedrijfscultuur, Hoe managers organisatieontwikkeling tegenhouden. Auteur, Rudy Snippe. Verschijningsdatum 2014.
DOCUMENT
De reden dat de spoorwegen steeds meer wissels gebruiken is niet omdat ze van wissels houden, maar omdat ze deze wissels nodig hebben om aan de complexiteit van de vraag te kunnen voldoen. Dit mechanisme geldt voor alle bedrijven. Door de toenemende communicatie-intensiteit worden markten steeds complexer, instabieler en gedragen deze markten zich steeds minder voorspelbaar. Om te kunnen overleven zullen bedrijven zich steeds sneller moeten ontwikkelen en aanpassen, waardoor de ook de complexiteit en instabiliteit in de bedrijven zelf verder zal toenemen. Traditioneel management is gericht op stabiliteit en het terugdringen van complexiteit. In dit artikel wordt de nieuwe betekenis van management omschreven.
DOCUMENT
Op vrijdag 14 mei 2004 heeft de Haagse Hogeschool/TH Rijswijk een internationaal symposium over 'Leiderschap en Diversiteit' georganiseerd. Het symposium handelde over de dynamiek van gender, nationale cultuur en etniciteit in moderne organisaties. Door de diversiteit van medewerkers, klanten en afzetmarkten worden nieuwe eisen gesteld aan de leidinggevende en is de bedrijfscultuur blijvend veranderd. Veel bedrijfsactiviteiten strekken zich uit tot buiten de landsgrenzen. Leidinggeven in of in samenwerking met bijvoorbeeld vestigingen in Zuid-Amerika of Aziatische landen vergt een andere leiderschapsstijl. Kennis van elkaars achtergronden, ofwel transcultureel inzicht, is nodig om optimaal te kunnen samenwerken. Internationaal gerenommeerde sprekers zijn ingegaan op: leiderschap in de Arabische wereld. leiderschap, gender en etniciteit. leiderschap en culturele dynamiek in organisaties. leiderschap en nationaliteit. Na de inleidingen van de gastsprekers werd in vier werkgroepen over deze thema's verder met de gastsprekers van gedachten gewisseld. Het symposium werd afgesloten met een gezamenlijke forumdiscussie en een borrel. Dit verslag is tevens het startsein voor verdere studie over het thema leiderschap en diversiteit binnen het HRM lectoraat. De leden van de HRM Kenniskring gaan verder onderzoek doen en hun kennis over dit thema overdragen in de dagelijkse onderwijspraktijk aan de Haagse Hogeschool/TH Rijswijk.
DOCUMENT
Cahier 2 De praktijk van zingeving in besluitvorming, onderzoekt de vraag of de maatregelen die sinds het uitbreken van de economische crisis (2007-2008) zijn getroffen, effectief zijn. De analyse geeft een genuanceerd beeld. De maatregelen zijn weliswaar een stap in de goede richting maar leiden niet tot fundamentele verandering. De verkenning van trends en toekomstscenario's leidt tot concrete voorstellen om tot "Duurzaam Bankieren" te komen. Een relatie wordt gelegd met het klimaatverandering. "Het aanpakken van klimaatverandering kan niet zonder Duurzaam Bankieren." Een voorzet voor dialoog met zowel de bankier als de klant, en zowel de expert als de leek. Met bijdragen van Adriaan Bekman, Aart Bontekoning, Tony de Bree, Herman Gels, Martijn Jeroen van der Linden, Rudy Snippe en Owen de Vries
LINK
Het hanteren en beheersen van specifieke productieprocessen heeft een positief effect op de efficiëntie waarmee bedrijven hun productie voeren en daarmee ook op hun concurrentiepositie. Dit geldt tevens voor de automobielindustrie en hun toeleveranciers. In diverse onderzoeken rondom het toepassen van productieproces optimalisatie is gekeken wat de effecten kunnen zijn voor specifieke bedrijven en wat dit voor het bedrijf betekent bij invoer van de voorgestelde optimalisatiestappen. Fontys Hogescholen nam deel aan een aantal projecten rondom dit thema. Dit artikel geeft een idee wat diverse productieprocessen inhouden en wat de effecten kunnen zijn voor grotere productiebedrijven. Het is geen verrassing dat het meest toonaangevende productie systeem afkomstig is van een wereldspeler op het gebied van automobiel productie, namelijk Toyota. Het door Toyota in de jaren ontwikkelde en constant verbeterde productie systeem is bekend geworden onder de naam TPS: Toyota Production System. De kern van de TPS is verwijdering van verspilling en absolute concentratie op consistent hoge kwaliteit door een proces van continue verbetering, Kaizen. Dit is een filosofie die er op gericht is om alles wat geen meerwaarde oplevert voor het bedrijf en waar de klant niet voor betaald te elimineren. Maar met de installatie van TPS, is het echte werk van de TPS pas begonnen. In de 'Toyota Way' zijn het de mensen die het systeem van werken, communiceren, problemen oplossen en groeien samen tot leven brengen. De 'Toyota Way' stimuleert, ondersteunt en vraagt in feite om betrokkenheid van alle betrokken werknemers. De 'Toyota Way' is ook lange termijn denken. De focus van de top van het bedrijf is het toevoegen van waarde aan klanten en de maatschappij. Dit stuurt een lange termijn benadering aan de opbouw van een lerende organisatie. De lering uit de onderzoeksverslagen en de stukken die geraadpleegd zijn voor de totstandkoming van dit artikel is dat er een ruime hoeveelheid informatie aanwezig is over de tools om TPS mogelijk te maken. Echter blijkt in veel gevallen dat voor het werkelijk doorvoeren van productieproces optimalisatie een omslag in de bedrijfscultuur nodig is in vrijwel alle lagen van de organisatie. Reflecterend lijkt dat een groot gedeelte van het TPS niet direct gekoppeld hoeft te zijn aan de procesindustrie waarin tastbare producten gemaakt worden. Het TPS en de Toyota Way zijn wellicht ook het lichtende voorbeeld voor onderwijsvernieuwing op het HBO.
DOCUMENT
Achtergrond Online criminaliteit is een veelvoorkomende vorm van criminaliteit geworden. Bij online criminaliteit – en in het bijzonder bij vormen van cybercriminaliteit zoals hacken – wordt snel gedacht aan internationaal opererende dadersgroepen die hun aanvallen in Nederland uitvoeren vanuit verre landen met alle gevolgen van dien voor de opsporing en vervolging van daders. Een (aanzienlijk) deel van de daders van cybercriminaliteit bevindt zich echter ook in Nederland. De gevolgen van de door deze dadergroep gepleegde delicten kunnen groot zijn. Er zijn op dit moment geen bewezen effectieve interventies voor daders van online criminaliteit. Als reactie op de grote instroom van (jonge) cyberverdachten hebben het Openbaar Ministerie (OM) en de Nationale Politie de interventie Hack_Right ontwikkeld. Hack_Right is een alternatief of aanvullend straftraject voor jeugdige daders (12 tot 23 jaar) die hun eerste delict cybercriminaliteit plegen. Het is de eerste interventie in Nederland die zich richt op (jonge) cybercriminelen en is daarmee een unieke interventie. Onderzoeksvragen en ‑methoden Onderhavig onderzoek heeft tot doel om de interventie Hack_Right en de tot nu toe uitgevoerde trajecten te evalueren. Omdat Hack_Right pas relatief kort loopt en aan het einde van de dataverzamelingsperiode van dit onderzoek veertien casussen waren afgerond, is het nog te vroeg voor een effectevaluatie. Wel kan er een plan- en procesevaluatie worden uitgevoerd. De volgende onderzoeksvragen staan in het onderzoek centraal: (1) Wat is Hack_Right en hoe is Hack_Right theoretisch onderbouwd? (2) Hoe zijn de tot nu toe uitgevoerde Hack_Right trajecten verlopen? (3) Hoe hebben alle betrokkenen de tot nu toe uitgevoerde Hack_Right-trajecten ervaren? Voor de evaluatie van Hack_Right zijn kwalitatieve onderzoeksmethoden gebruikt. Kwalitatief onderzoek is een geschikte methode om de werkelijkheid van binnenuit te bestuderen en zodoende zicht te krijgen op de verschillende processen die een rol spelen bij een fenomeen. Daarnaast is er maar een klein aantal deelnemers dat Hack_Right tot op heden heeft gevolgd, waardoor kwantitatief onderzoek nog niet haalbaar is. De eerste onderzoeksmethode is documentanalyse. Het doel van de documentanalyse is om inzicht te krijgen in de plannen van Hack_Right, zoals die op papier staan. Zo kan worden onderzocht wat Hack_Right is, hoe Hack_Right theoretisch is onderbouwd en welke trajecten tot nu toe zijn uitgevoerd. Verschillende documenten zijn hiervoor geraadpleegd. De tweede onderzoeksmethode is het interviewen van bij de uitvoering van Hack_Right betrokken personen. Het doel van de interviews was drieledig. Ten eerste was het doel om in aanvulling op de beleidsdocumenten een beter inzicht te krijgen in de plannen omtrent Hack_Right. Een tweede doel was om inzicht te krijgen in het verloop van de tot nu toe uitgevoerde Hack_Right-trajecten. Het derde doel van de interviews was om de ervaringen met Hack_Right van alle betrokkenen in kaart te brengen. In totaal zijn 28 interviews afgenomen met respondenten die op verschillende manieren betrokken zijn bij de Hack_Right interventie: twee interventieontwikkelaars, vijf toewijzers, elf uitvoerders en tien deelnemers.
DOCUMENT
Jaarlijks wordt een aanzienlijk deel van de Nederlandse burgers en bedrijven slachtoffer van onlinecriminaliteit. Hieronder vallen zowel nieuwe delicten, zoals het hacken van een emailaccount of het platleggen van een website (ook wel cybercriminaliteit), als traditionele vormen van criminaliteit waarbij ICT een steeds belangrijkere rol speelt, zoals onlinefraude of onlinebedreigingen (ook wel gedigitaliseerde criminaliteit). Uit eerdere studies blijkt dat ondanks deze hoge prevalentie van onlinecriminaliteit, slachtoffers zelden aangifte doen bij de politie. Er is echter nog weinig bekend over de delict- en persoonskenmerken die samenhangen met de aangiftebereidheid van slachtoffers van onlinecriminaliteit, de motieven die slachtoffers hebben om wel of juist niet aangifte te doen en de tevredenheid van slachtoffers die aangifte deden. Om deze lacune in onze kennis over aangiftebereidheid na onlinecriminaliteit te voorzien wordt in dit onderzoek zowel het beoogde als daadwerkelijke aangiftegedrag van burgers en ondernemers onderzocht.
DOCUMENT
In de afgelopen periode heeft een groot aantal mensen een veilig heenkomen gezocht in Nederland, waaronder veel vluchtelingen uit Syrië. Verschillende organisaties zetten zich in om deze vluchtelingen te helpen om een passende werkplek te vinden. Er is echter nog weinig bekend over wat daarbij effectief is. Het project ´Syrische vluchtelingen aan het werk´ heeft als doel om hierover kennis op te bouwen en breed toegankelijk te maken. Het project loopt van januari 2017 t/m juni 2018. Doel van het project was het ontwikkelen van kennis en instrumenten voor werkgevers die Syrische vluchtelingen aan de slag willen helpen. Om dit te kunnen doen gaan we op zoek naar werkzame elementen en factoren die helpen en hinderen bij het begeleiden van Syrische vluchtelingen naar werk en het duurzaam aan het werk houden van deze vluchtelingen. In he boek staan tal van goede voorbeelden. Tevens zijn tips opgenomen om Syrische vluchtelingen duurzaam aan het werk te helpen en te houden.
DOCUMENT
In maart 2021 is het een jaar geleden dat de eerste maatregelen tegen het COVID-19 virus werden afgekondigd. Dit onderzoek schetst een beeld van de maatschap-pelijke impact van de pandemie en de veranderingen daarin in de periode april 2020 – maart 2021. Voor u ligt het rapport met de uitkomsten van de vierde meting van ons onderzoek, afgenomen onder een grote groep Nederlanders in maart 2021. Wederom participeerden de drie grote steden Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. De uitkomsten van het onderzoek in maart 2021 worden systematisch vergeleken met de uitkomsten van eerdere metingen (in respectievelijk april, juli en november 2020). Hiermee ontstaat inzicht in de (veranderende) impact van de pandemie op het sociaaleconomische domein, in patronen van mentaal welbevinden, onderlinge zorg en solidariteit, het navolgen van de coronamaatregelen en ten slotte maatschappelijk en institutioneel vertrouwen. Daarnaast besteden we in deze rapportage specifieke aandacht aan twee thema’s. Het eerste handelt over institutioneel vertrouwen van burgers. We zien dat het vertrouwen van burgers in de overheid en de centrale gezondheidsinstanties (RIVM, GGD) aanvankelijk zeer hoog was, maar daarna geleidelijk daalde – en nu, in maart 2021, onder het gebruikelijke niveau van politiek en institutioneel vertrouwen dreigt te zakken. Het tweede thema gaat meer specifiek over hoe Nederlandse burgers het coronabeleid van de overheid waarderen. We zien een opkomende onvrede over het gevoerde coronabeleid. Mensen met een laag inkomen, een lage opleiding, geringe werkzekerheid hebben minder vertrouwen in overheden en gezondheidsinstellingen en meer onvrede met het gevoerde beleid dan mensen met een sterkere maatschappe-lijke positie. Ook zien we dat mensen die zelf aangeven meer conservatief of ‘rechts’ te zijn georiënteerd meer ontevreden zijn over het overheidsbeleid dan mensen die meer progressief of ‘links’ georiënteerd zijn. We hebben ons onderzoek de titel De ongeduldige samenleving gegeven. Vooral uit het dalende institutioneel vertrouwen en de opkomende onvrede met het gevoerde coronabeleid blijkt dat veel Nederlanders ‘klaar zijn’ met het virus. De vaccinatiecam-pagne is gestart en ‘het einde is in zicht’, maar het aantal besmettingen blijft hoog en de situatie in de ziekenhuizen precair. Vol ongeduld wachten burgers op het einde van de pandemie en de terugkeer van het ‘oude normaal’ – zonder alle beperkende regels die ons het afgelopen jaar zijn opgelegd. Uitgever: Kenniswerkplaats Leefbare Wijken & Erasmus School of Social and Behavioural Sciences
MULTIFILE
Projectmanagement in de bouw. We doen niet anders. In de bouw is de projectmatige aanpak immers de enige logische. Je zou kunnen denken: daar valt niet meer zoveel over te zeggen. Niets is minder waar. En dat wordt overduidelijk als u begint te grasduinen in dit boek. Projecten managen in de bouw wordt in rap tempo anders. Het is niet meer voldoende als een projectmanager goed kan plannen en begroten. Steeds meer zal de focus van de projectmanager verschuiven van 'harde' tools naar 'zachte' vaardigheden, omdat steeds meer stakeholders dat eisen. Het gaat niet langer alleen om het effectief managen van eigen projectmedewerkers en onderaannemers, maar ook om het managen van klanten, gebruikers en de projectomgeving. Dit boek laat zien dat ontwikkelingen als ketenintegratie en de instroom van een nieuwe generatie, vragen om ander gedrag. Zelfs de zittende projectmanagers vragen er al om.
DOCUMENT