Slotwoord in Kansen in kunst. Na twee jaar onderzoek, een boek en nieuwe leerinstrumenten, zijn we nu aan het einde gekomen van Kunst Inclusief. Kijken we echter cyclisch, hetgeen veel kunstmensen doen, dan is dit een nieuw begin. Wij gingen aan de slag met de vragen, hebben een aantal antwoorden gevonden en kregen er ook weer vragen bij. Alles draaide om het verbeteren en vergroten van de kwaliteit en kwantiteit van de kunstdeelname van mensen met een beperking. Maar het ging vooral om de mensen met speciale wensen. Hoe willen zij meedoen en wat is voor hen kwaliteit
Hoofdstuk 3 in Kansen in kunst. Zoals uitvoerig aangetoond in de eerste fase van Kunst Inclusief, moet het kunstbeoefeningsaanbod voor mensen met speciale wensen toegankelijker worden gemaakt (zie hoofdstuk 1). Deze mensen ervaren bovendien te vaak dat ze een bijrol krijgen in hun kunstbeoefening. Ze hebben te kennen gegeven goede ideeën te hebben voor verbetering. In de tweede fase van Kunst Inclusief onderzochten wij daarom samen met hen hoe hun kunstontwikkeling en cultuurparticipatie kan worden verbeterd. Een jaar lang werd in drie zogenaamde ontwikkelwerkplaatsen gezocht hoe deze talentvolle mensen het best tot hun recht komen. Kunstbegeleiders, cursisten, onderzoekers en studenten ontwikkelden daarin eindproducten en toepassingsmogelijkheden op gebruikersniveau: leerinstrumenten, technieken en methoden om de professionalisering van kunstbegeleiders te verbreden en te verrijken
Hoofdstuk 4 in Kansen in kunst. In het eerste hoofdstuk is beschreven hoe deelnemers met speciale wensen de hoofdrol hebben in dit project. De verhalen van de deelnemers zijn centraal gesteld. De kunstbegeleider staat als het ware klaar in de coulissen om de deelnemer te ondersteunen en aan te reiken wat hij nodig heeft om zijn kunstontwikkelings- en participatiemogelijkheden te vergroten. Dit kan een bemoedigend woord zijn, een bepaalde techniek, inspiratie of een kunstzinnige opdracht in een uitdagende omgeving. In het derde hoofdstuk brachten we de drie ontwikkelwerkplaatsen en hun doelen en procesresultaten in beeld. Hoewel iedereen zal onderkennen dat inclusieve kunsteducatie van belang is, blijkt het nog niet zo eenvoudig om dat ook daadwerkelijk te realiseren. Daarom in dit hoofdstuk een vervolg met daarin kort de conclusies van de praktijkstudies en instrumentele handreikingen voor kunstbegeleiders en opleidingen. Met deze nieuwe en aanvullende visies op kunstbegeleiding hopen we dat kunstbegeleiders hun kennis en kunde in de kunsteducatie kunnen verbreden (Macionis e.a., 2010).