In this empirical study, the one-day project Robot Love Design-a-thon was designed for an interdisciplinary group of preservice teachers (in arts, sciences, and primary education), and evaluated through observations and learner reports. An analysis of the observations and the learner reports showed that having to go through a complete design process in a single day worked well: it facilitated the exchange of ideas and critical discussions between students concerning the project’s socially engaged theme ‘Tenderness and Technology’. In addition, interdisciplinary collaboration emerged as an important learning outcome. All students found working in mixed teams a relevant and educational experience as they could profit from each other’s expertise.
DOCUMENT
In opdracht van Vereniging Plaatselijk Belang De Vooruitgang in Nieuw-Balinge is onderzoek gedaan onder inwoners van Nieuw-Balinge (vanaf 6 jaar) hoe zij hun leefomgeving waarderen. In dit onderzoek zijn vier domeinen betrokken die bepalend zijn voor de beleving van leefbaarheid: het wonen en de woonomgeving, het voorzieningenniveau, het sociale klimaat en het organiserend vermogen van de dorpsgemeenschap. Het doel van dit onderzoek was om de Vereniging Plaatselijk Belang De Voortuitgang te adviseren over hoe de kwaliteit van de leef- en woonomgeving te verbeteren. Die adviezen zijn te vinden in het rapport "Veur en deur ons saomen. Advies voor Nieuw-Balinge" van J. Rozema (2012).
DOCUMENT
Het 'Samen opleiden en professionaliseren' door lerarenopleidingen en onderwijspraktijk moet bijdragen aan een duurzame impuls voor het terugdringen van het lerarentekort en het verhogen van de aantrekkelijkheid van het lerarenberoep (PO-Raad, VO-raad, MBO Raad, VH, VSNU, 2019; Platform Samen Opleiden & Professionaliseren, 2020). Toch is dit samen opleiden en samen professionaliseren niet altijd eenvoudig of vanzelfsprekend (Van Velzen & Timermans, 2017). Integendeel, beide contexten (ook wel activiteitensystemen genoemd, zie Engeström, 2001) kennen een eigen praktijk en identiteit. De daaruit voortvloeiende verschillen (in belangen, eisen, doelen) kunnen leiden tot zogeheten discontinuïteiten in actie en interactie (Bakker & Akkerman, 2014). Deze verschillen tussen contexten bieden tevens kansen om te leren. Dat leerpotentieel bestaat doordat boundary crossing (i.e., het proces van heen-en-weer pendelen tussen activiteitensystemen) met zich meebrengt dat organisaties voorbij de bestaande praktijk en de eigen identiteit leren kijken en leren in co-creatie. Een permanente dialoog over de gezamenlijkheid in opleiden als grensoverbruggende praktijk is nodig om het leerpotentieel dat zich bevindt op deze grens tussen lerarenopleiding en onderwijspraktijk beter te benutten (Bakker et al., 2016; Bruining & Akkerman, 2017). In dit postdoconderzoek wordt bestudeerd hoe een gedeeld professionaliseringstraject rondom Lesson study voor opleiders van de Marnix Academie (pabo) en schoolopleiders van de partnerscholen (basisschool) als een in potentie grensoverbruggende praktijk kan bijdragen aan leren-in-verbinding. Op basis van empirische data (waaronder interviews met betrokken actoren bij het samen opleiden) genereert dit postdoconderzoek concrete handreikingen, in het bijzonder voorwaarden die nodig zijn om leren-in-verbinding middels een gedeeld professionaliseringstraject via Lesson study te stimuleren. Het postdoctraject staat dan ook in nauwe verbinding met de op handen zijnde curriculumvernieuwing bachelor lerarenopleiding basisonderwijs. Het postdoconderzoek levert tevens kennis op die kan bijdragen aan de landelijke discussie over samen opleiden, indachtig de ambities van het partnerschap Partners in Opleiding en Ontwikkeling (Koersplan POO, 2020).
Dit lectorenplatform richt zich specifiek op vakoverstijgend onderwijs op het snijvlak van kunst, wetenschap en technologie. Deelnemers aan het lectorenplatform beschouwen de opbloeiende, interdisciplinaire praktijken van wetenschappers en kunstenaars als een inspiratiebron voor de vernieuwing van het funderend en hoger onderwijs. Om deze vernieuwing te realiseren moeten vanuit verschillende vakgebieden hands-on-ervaringen en onderzoekservaringen gecombineerd worden. Hierdoor komen leerlingen en studenten vanuit verschillende kennisdomeinen in samenwerking tot nieuwe manieren van leren en probleemoplossen. De ambitie van dit platform is om praktijkbeoefenaars, wetenschappers en docenten uit verschillende sectoren en disciplines bijeen te brengen. De NWA-route ‘Kunst: onderzoek en innovatie in de 21ste eeuw’ roept nadrukkelijk op tot investering in dergelijke platformen: “Het primair vernieuwende in deze route is dat partijen uit het kunstendomein: kunstenaars en ontwerpers, de sociale, geestes‐ en natuurwetenschappen, het kunstvakonderwijs, culturele bedrijven en de creatieve industrie zich met elkaar verbinden en inzetten op een gezamenlijke onderzoeksagenda. [...]" (Borgdorff, et al., 2016, p. 3). In het lectorenplatform staat niet alleen vakintegratie centraal, maar draait het ook om een actualisering van de leerinhouden van de kunst- en bètavakken: kunst kan heel analytisch zijn en bèta creatief, en kunst en bèta kunnen elkaar in onderlinge interactie versterken. Het lectorenplatform wil dus ook bestaande ideeën en beeldvorming rond kunsteducatie en wetenschap-/techniekonderwijs ter discussie stellen, en daarmee een impuls geven aan curriculumvernieuwing: van funderend tot beroepsonderwijs. Om onderzoek naar onderwijs op het snijvlak van kunst, wetenschap en technologie te bevorderen en binnen verschillende sectoren dit onderzoek op de agenda te zetten, richt het platform zich op drie themalijnen die aan de basis van de onderzoeksagenda staan: (1) professionele kunst- en ontwerppraktijken, (2) funderend onderwijs en (3) beroepsonderwijs. De themalijnen vormen de leidraad voor te initiëren onderzoek en activiteiten als het opzetten van een thematische online database met good practices en de organisatie van designathons waarin deelnemers uit verschillende disciplines de interdisciplinaire praktijk actief beleven.
Het platform “Urban Energy”, met kennisuitwisseling tussen Hogescholen onderling en de Hogescholen en de TKI Urban Energy, biedt een belangrijke meerwaarde op verschillende terreinen. Dit is te vertalen naar de volgende hoofddoelen: 1. Verrijken onderzoeksportfolio en zichtbaarheid creëren rondom praktijkgericht onderzoek 2. Versnellen en versterken noodzakelijke curriculumvernieuwing 3. Verbinding met de context, zowel in de zin van uitdagingen vanuit maatschappelijke thematiek en bedrijfsleven. Het platform vult het gat op, wat nog vaak wordt ervaren tussen o.a. academisch onderzoek en bedrijfsleven maar ook tussen verschillende beleidsthema’s. De brug naar valorisatie bijvoorbeeld richting MKB kan zo meer gestalte krijgen doordat de, voor het MKB relevante, partners in onderzoek beter gevonden kunnen worden. Het platform leidt tot op elkaar afgestemde onderzoeksactiviteiten die goed oplijnen met de maatschappelijke uitdagingen van de energietransitie in de stedelijke context en zo bijdraagt aan de effectieve en efficiënte inzet van onderzoeksmogelijkheden, maar ook de continue verrijking van het curriculum aan praktijkgerichte onderwijsinstellingen en de versterking van het bedrijfsleven. Om dit te bewerkstelligen wordt gewerkt aan activiteiten als: • Programmering voor praktijkgericht onderzoek: gezamenlijk op een brede thema complementair bewegen • Kennisuitwisseling en ervaring delen vanuit lopend onderzoek in relatie tot de openstaande uitdagingen Het platform is zowel een goede gesprekspartner voor nationale en regionale overheid en bedrijfsleven, als ook kunnen onderzoeksactiviteiten verder versterkt en verbeterd worden. Daarnaast zal het platform ook een goede verbinding bewerkstelligen rond onderwijsvernieuwing op de beroepsinhoud en verbinding met praktijkplatforms b.v.: • Link maken met Teacher's learning rond het opzetten van gezamenlijke onderzoek/onderwijs instrumenten (minoren, afstudeer ateliers, jaarlijkse battle energie neutrale stad, etc.) • Link maken met mbo en hbo, en hbo en universiteiten, voor doorlopende leerlijnen via de band van het onderzoek en een grotere onderzoeksdynamiek • Inzet van Energielinq om koppeling te leggen met bedrijven, etc. • Effectief acteren in internationale dimensie