accepted abstract Quis14 conference Field findings show that value dimensions in legal services are functional, social and emotional. The last category emerges not only within but also outside the interaction with the lawyer. Recommendation of others or the trackrecord of lawyers for example, which play a role before or after the service, contribute to emotional values like trust and reassurance and help clients to reduce the perceived purchase risk, which is inherent to the nature of credence services. Also due to the credential character of legal services we conclude that not only professional skills but also service aspects as client involvement play an important role in the emergence of value because professional skills are difficult to judge even by routine buyers.
Designers move more and more in the direction of Service Design, in which frequently a participatory or co-design approach is used to involve service providers in the design process. The designerprovider relationship in such Service Design processes differs in four aspects from traditional client-relationships: The relationship is 1) more dynamic and interactive, 2) based on collaboratively evolving ideas and ambitions, 3) focusing on the process of innovation, rather than on the outcome, and 4) frequently based on extrinsic motivation for innovation or on fuzzy starting points. Designers experience difficulties in persuading service providers of the importance of such a collaborative approach, while providers are not familiar with this kind of approach and their organizations are not ready for such a kind of collaboration. This paper positions designer-provider relationship in Service Design processes in literature and describes a research proposal for the development of an efficient and effective participatory design intervention that stimulates collaboration between designers and service providers.
Aanleiding : Het vakgebied Customer Experience is de laatste jaren enorm in ontwikkeling. Organisaties zien de toegevoegde waarde van een positieve klantbeleving. Voor commerciële organisaties kan een positieve klantbeleving leiden tot meer tevreden klanten die loyaler zijn naar de organisatie, meer bereid zijn de organisatie aan te bevelen (NPS) en minder gevoelig zijn voor prijs. Voor organisaties in de publieke sector kan een goede klantbeleving daarnaast leiden tot een beter imago en meer vertrouwen in de organisatie. Omdat klantbeleving een steeds belangrijker plek inneemt op de agenda van organisaties heeft het lectoraat Marketing en Customer Experience in 2021 besloten om een onderzoek te doen naar de toekomst van het vakgebied customer experience. Het belangrijkste doel van dit onderzoek was om duidelijk te krijgen hoe deze toekomst er mogelijk uit komt te zien en wat hiervan uiteindelijk de consequenties zijn voor nader onderzoek, onderwijs en de beroepspraktijk.
LINK
De markt vraagt om steeds meer productvariëteit. Veel bedrijven realiseren productvariëteit nu met veel klant-specifiek engineeringswerk (Engineer-to-Order/EtO). Dit zet druk op alle afdelingen in het bedrijf zoals sales, engineering, productie en service. Een uitdagende manier voor deze bedrijven, om beter met het spanningsveld tussen externe en interne eisen om te gaan, is het ontwikkelen van meer configureerbare producten (lego principe}. Hiervoor is een modulaire opbouw van het product nodig waarin verschillende productonderdelen gestandaardiseerd zijn en gebruikt kunnen worden in verschillende eindproducten. Zo kan, met minder engineeringsactiviteiten, een product geconfigureerd worden (Configure-to-Order/CtO) en de klant productvariëteit worden geboden zonder alle interne druk. Voor diverse bedrijven vormen ook de mogelijkheden van Industry 4.0 en sustainabilty ambities belangrijke drivers in hun streven naar meer CtO. Het implementeren van CtO is echter niet eenvoudig. Het vraagt om aanzienlijke capaciteit, kennis en kunde op het gebied van productontwikkeling, procesontwikkeling en het veranderproces. Betrokkenheid van medewerkers uit alle belangrijke afdelingen (verkoop, engineering, productie, service etc.) is een vereiste. Mkb-bedrijven worstelen hiermee en hebben behoefte aan goede tools en technieken, zowel inhoudelijk, over de ontwikkeling van de productarchitectuur en de impact hiervan op de bedrijfsprocessen, als veranderkundig, hoe deze transitie tot stand te brengen. In dit Sia RAAK-mkb onderzoek willen wij samen met productie mkb-bedrijven, kennisinstellingen en brancheorganisaties een integrale aanpak ontwikkelen om CtO op een goede manier te implementeren. De deelnemende mkb-bedrijven hebben de duidelijke wens om dit de komende jaren te doen. Voor de specifieke casussen zullen met casestudies en interventieonderzoek aanpakken ontwikkeld worden. Studentprojecten zullen ondersteuning geven aan de verschillende interventies. Vervolgens zal systematisch case-vergelijkend onderzoek worden uitgevoerd om inzicht te krijgen in wat in welke situatie werkt. Op basis van het case-vergelijkend onderzoek worden tools en technieken ontwikkeld die enerzijds generiek zijn en anderzijds kunnen worden aangepast aan specifieke bedrijfssituaties.
Hoe belangrijk is het dat iemand in je gelooft! Je competenties ziet ondanks je beperkingen. Iemand die samen met je zoekt naar een deur naar de wereld, een kanaal om je te uiten. Op zoek gaat naar een manier waarop je invloed kan hebben op je fysieke en sociale omgeving, dat het er toe doet dat je er bent! Dat je BENT. Het doel van het RAAK project is dan ook: mensen met communicatieve beperkingen ondersteunen bij het vinden van hun stem en het vergroten van hun communicatieve mogelijkheden. Het COM project is tot stand gekomen door samenwerking tussen Zuyd, Radboud Universiteit, HAN, ontwikkelaars en leveranciers van communicatie- en dyslexiehulpmiddelen, behandelaars en gebruikers van communicatie- en dyslexiehulpmiddelen. COM staat voor Communiceer: - Communicatie Ondersteunende Hulpmiddelen Op de Markt (COH) Mensen met communicatieve beperkingen kunnen zich vaak niet optimaal ontplooien en niet optimaal participeren in de maatschappij waardoor ze problemen krijgen zoals initiatiefverlies, in zichzelf gekeerd zijn of een depressie. Communicatie Ondersteunende Hulpmiddelen zijn een belangrijk instrument om de communicatieve beperkingen te overbruggen. - Compenserende Dyslexie Hulpmiddelen Op de Markt (CDH) Mensen met dyslexie staan voor grote uitdagingen in hun schoolcarrière en later hun werk carrière omwille van hun beperkingen in de geschreven taal. Compenserende Dyslexie Hulpmiddelen kunnen een belangrijk antwoord bieden op dagelijks ervaren problemen van mensen met dyslexie, mits optimaal ingezet. Leveranciers van beide typen hulpmiddelen signaleren problemen in customerservice: mogelijkheden worden niet optimaal benut na levering, waardoor communicatieve en/of opleidingskansen niet of onvoldoende gegrepen worden. Leveranciers willen weten hoe zij kunnen bijdragen aan optimale verstrekking en gebruik. COM is specifiek gericht op het optimaliseren van het verstrekkingsproces en het effectief gebruik van deze communicatiehulpmiddelen. Eindresultaat: een integrale implementatiemethodiek waarin leveranciers, behandelaars, gebruikers en sociale omgeving betrokken worden, voorzien van noodzakelijke implementatieproducten en community of practice t.b.v. succesvolle exploitatie en gebruik.
Mensen met communicatieve beperkingen kunnen zich vaak niet optimaal ontplooien en kunnen vaak niet optimaal participeren in de maatschappij waardoor ze uiteenlopende problemen krijgen zoals initiatiefverlies (50%) , in zichzelf gekeerd zijn (41%) of zelfs een depressie (45%) (1). Daardoor doen ze vaak meer beroep op de gezondheidszorg dan nodig. Communicatie Ondersteunende Hulpmiddelen (COH) zijn voor deze doelgroep een belangrijk instrument om de communicatieve beperkingen te overbruggen. Mensen met dyslexie staan voor grote uitdagingen in hun schoolcarrière en later hun werk carrière omwille van hun beperkingen in de geschreven taal. Hierdoor kiezen ze vaak voor een lager opleidingsniveau dan op basis van hun overige competenties passend is. Compenserende Dyslexie Hulpmiddelen (CDH) kunnen een belangrijk antwoord bieden op dagelijks ervaren problemen van mensen met dyslexie, mits optimaal ingezet. Waar COH de communicatie tussen personen ondersteunt, zijn CDH eerder compenserend of dispenserend voor de persoon met dyslexie zelf. Hoewel COH en CDH twee verschillende domeinen zijn, die ook een andere doelgroep bedienen, signaleren leveranciers van beide typen hulpmiddelen gelijkaardige problemen in de customerservice: de mogelijkheden worden vaak niet optimaal benut na levering, waardoor communicatieve en/of opleidingskansen niet of onvoldoende gegrepen worden. Voor mensen met een spraak/taalstoornis ligt zelfs sociaal isolement op de loer. Leveranciers van COH en CDH willen weten hoe zij als MKB`ers kunnen bijdragen aan optimale verstrekking en optimaal gebruik van deze hulpmiddelen. Dit is belangrijk omdat hierdoor de effectiviteit en doelmatigheid van hun product- en dienstverlening verbeterd wordt. Dit is het uitgangspunt voor bedrijven om het project COM (COH en CDH Op de Markt) op te starten. COM is specifiek gericht op het optimaliseren van het verstrekkingsproces en het effectief gebruik van communicatie ondersteunende hulpmiddelen (COH) en compenserende dyslexie hulpmiddelen (CDH). Binnen dit project wordt een integrale methodiek voor implementatie van COH en CDH ontwikkeld op basis van de `Basisrichtlijn Hulpmiddelenzorg`(2). De Basisrichtlijn Hulpmiddelenzorg brengt de gehele keten van activiteiten in de hulpmiddelenzorg in beeld: van het signaleren van een probleem tot aan de evaluatie van het gebruik van het geleverde hulpmiddel. De activiteiten zijn uitgewerkt in acties van cliënt en acties van zorgdeskundigen. In dit project richten wij ons op de laatste drie stappen van deze procesbeschrijving, vanaf het moment dat de leveranciers in beeld komen, m.n. leveren en instrueren van hulpmiddelen. Het succes van COH en CDH is onlosmakelijk verbonden met de context waarin het gebruikt wordt. Deze methodiek richt zich dan ook enerzijds op optimale verstrekking en optimaal gebruik van het hulpmiddel in het dagelijkse leven en anderzijds op het betrekken van de sociale omgeving (ouders/partners, familieleden, vrienden, bekenden, zorgverleners en leerkrachten) van de gebruiker zodat deze het gebruik van het hulpmiddel accepteert, faciliteert en stimuleert. De ontwikkelde kennis kan geëxtrapoleerd worden naar andere hulpmiddelengroepen door de ontwikkelde methodiek in vervolgprojecten te beproeven voor andere hulpmiddelen. Tevens kan de opgedane kennis benut worden bij de doorontwikkeling van COH en CDH.