A comparative study of the effects of the pandemic across six countries, including The UK, Australia, Belgium, Cyprus, Ireland and The Netherlands. The authors outline 21 design principles for mobile learning, which is hoped will help us respond effectively in the uncertain present, and plan systematically for an unpredictable, post-pandemic future. This paper is based on the emergency changes we have had to make in the European DEIMP Project (2017-2020), “Designing and Evaluating Innovative Mobile Pedagogies” (DEIMP). DEIMP is undertaken by a transnational consortium comprising partner institutions and schools from the participating countries.
MULTIFILE
Centraal staat de vraag van vijf basisscholen hoe de breed geïmplementeerde mobiele technologie didactisch wordt ingezet door leerkrachten en hoe deze inzet versterkt kan worden. Op basis van deze verkenning kunnen geïnformeerde beslissingen genomen worden ten aanzien van het ontwerpen, uitvoeren en evalueren van de innovatieve didactische inzet van mobiele technologie op de scholen. De huidige situatie is in kaart gebracht aan hand van de iPAC vragenlijst. Vervolgens zijn de resultaten besproken in focusgroepen met leerkrachten, leerlingen en de leidinggevenden. Uit het onderzoek blijkt dat de inzet op dit moment veelal gebonden is aan de gangbare onderwijsmethodesoftware, instructie van de leerkracht en voor het digitaal maken van verwerkingsopdrachten in het klaslokaal. Maar leerkrachten zien zeker meer kansen en benoemen in het rapport ondersteunende factoren.
DOCUMENT
Deze posterpresentatie geeft informatie over het onderzoek bij vijf basisscholen in de regio Den Haag die wilden weten hoe mobiele technologie didactisch kan worden ingezet en hoe deze inzet door leerkrachten versterkt kan worden. Deze scholen participeerden als werkveldpartner in het transnationale Erasmus+ onderzoeksproject Designing and Evaluating Innovative Mobile Pedagogies (DEIMP). De huidige situatie is in kaart gebracht aan hand van de iPAC vragenlijst. Vervolgens zijn de resultaten besproken in focusgroepen met leerkrachten, leerlingen en de leidinggevenden. Uit het onderzoek blijkt dat de inzet op dit moment veelal gebonden is aan de gangbare onderwijsmethodesoftware, instructie van de leerkracht en voor het digitaal maken van verwerkingsopdrachten in het klaslokaal. Maar leerkrachten zien zeker meer kansen en geven zowel stimulerende factoren als ondersteuningsbehoefte. Deze poster is gepresenteerd op de Dag van het Onderzoek 2018 bij Hogeschool Inholland.
DOCUMENT