Full text via link. Sociale professies zijn niet of nauwelijks afhankelijk van gereedschappen of instrumenten. De sociale professional is in feite zijn eigen instrument (NVMW 2006, Phorza 2009). Dat instrument moet op de juiste wijze zijn afgesteld: de professional moet beschikken over de juiste morele kwaliteiten of deugden. Deze morele kwaliteiten staan centraal in de deugdethiek.
LINK
De sociale professional is zijn eigen instrument. Maar hoe verwerf je een voortreffelijke beroepshouding? Door afkijken en uitproberen. We zijn daarbij wel afhankelijk van een gunstige omgeving.
DOCUMENT
Een betere financiële sector bereik je sneller met deugden dan met regels. Toch wordt na iedere missstand de regelgeving aanscherpt, zonder dat er iets wezenlijks verandert. Regels krijgen we opgelegd, deugden horen bij onszelf. Het denken van Alisdair MacIntyre biedt verdiepende inzichten hierin.
MULTIFILE
Bij (vermoedens van) kindermishandeling ervaren professionals vaak spanningen tussen ‘doorpakken’ enerzijds en ‘terughoudendheid’ anderzijds. De samenleving vindt namelijk dat kinderen veilig moeten opgroeien, maar vindt tegelijkertijd dat dit moet kunnen plaatsvinden in de intieme sfeer van het gezin. Het maakt professionals vaak handelingsverlegen. Dit onderzoek richt zich op het hanteerbaar maken van handelingsverlegenheid en wil ethische competenties versterken van sociale professionals in situaties van (vermoedens van) kindermishandeling.Bij (vermoedens van) kindermishandeling ervaren professionals vaak spanningen tussen ‘doorpakken voor veiligheid’ enerzijds en ‘terughoudendheid’ anderzijds. De samenleving vindt namelijk dat kinderen veilig moeten opgroeien, maar vindt tegelijkertijd dat dit moet kunnen plaatsvinden in de intieme sfeer van het gezin. Iedere afweging in deze vaak onoverzichtelijke situaties leidt snel tot morele hoogspanning bij betrokkenen en omstanders. Sociaal werkers kunnen dan morele handelingsverlegenheid ervaren. Doel van het onderzoek is om sociaal werkers op te leiden om deze handelingsverlegenheid hanteerbaar te maken zodat zij meer ethisch competent met (vermoedens van) kindermishandeling kunnen omgaan en zichzelf kunnen behoeden voor ‘morele overspannenheid’.De onderzoeksvraag is: ‘Hoe kunnen (toekomstige) sociaal werkers via opleiding díe competenties verwerven die nodig zijn om morele handelingsverlegenheid bij (vermoedens van) kindermishandeling te hanteren?’