The invention relates to the use of modified starch obtainable by treating amylose containing starch in aqueous medium with an enzyme from the group of the α-1,4-α-1,4-glucosyl transferases (EC 2.4.1.25) or an enzyme the activity of which corresponds to that of enzymes from the group just mentioned, as an agent for forming a thermoreversible gel. The invention also relates to products in the form of a thermoreversible gel having as gel-forming substance a modified starch as defined. The invention further relates to the use of a modified starch as defined in the form of an aqueous solution.
LINK
Er bestaat een nauwe samenhang tussen de reuk- en smaakperceptie.Veel chemosensorische stoornissen die leiden tot eengestoorde smaak zijn in feite reukstoornissen. Aandacht vragendeoorzaken van chemosensorische stoornissen zijn veroudering, hetgebruik van medicamenten, natuurlijke eiwitten, het mondbrandsyndroom,nervustrauma’s, beluchtingsproblemen ter hoogte vanhet reukzintuig, beschadiging van het reukepitheel en oncologischeaandoeningen of de behandeling daarvan. Een chemosensorischestoornis heeft gevolgen voor het genot van voedingsmiddelenen het psychisch welbevinden, kan leiden tot gewichtsverlies ofgewichtstoename en tot te weinig inname van vitaminen en mineralen.De behandeling van een chemosensorische stoornis kanbestaan uit medicatie, een chirurgische correctie, verbetering vande mondgezondheid, reukrevalidatie en voedingsadviezen.
nierfunctievervanging moeten kiezen. Patiënten die voor de keuze voor een vorm van nierfunctievervanging staan moeten kiezen tussen dialyse (met verschillende opties) en de verschillende vormen van transplantatie, allen met verschillende effecten op levenskwaliteit en overleving. Deze effecten zijn sterk afhankelijk van de uitgangssituatie van de ontvanger. Zo is bij voorbeeld de wachttijd op een nier van een overleden donor sterk afhankelijk van leeftijd en bloedgroep van de patiënt. Op dit moment zijn er geen goede manieren om de gevolgen van deze beslissingen toegepast voor de uitgangsituatie van de individuele patiënt inzichtelijk te maken. Toch is het naar onze opvatting nodig om goede en zo concreet mogelijke informatie over de kansen en risico’s van de verschillende behandelopties aan te bieden om de gedeelde besluitvorming op een solide basis te kunnen doorvoeren. Met dit project willen wij met gebruik van beschikbare gegevens over de overleving van dialyse en transplantatie patiënten, de wachttijden voor een orgaan van een overleden donor en de effecten van de verschillende behandelingen op de levenskwaliteit een keuzehulp ontwikkelen die in de spreekkamer in de 2e en 3e lijn gebruikt kan worden. Tevens kan deze tool ook gebruikt worden om voor een potentiele levende donor de voordelen van de transplantatie met een nier van een levende donor voor een concrete ontvanger inzichtelijk te maken. Dit project bouwt voort op de verschillende keuzehulpen die er bestaan binnen de nefrologie (consultkaarten/ nierwijzer) en is aanvullend hierop vanwege de kwantitatieve data die gebruikt wordt om op individueel niveau uitkomsten te voorspellen.
Ruim 10% van de Nederlandse bevolking heeft chronische nierschade. Jaarlijks komen er zo’n 2.000 patiënten met nierfalen bij. Bij terminaal nierfalen is uiteindelijk nierfunctie vervangende therapie noodzakelijk (1, 2). Nierfalen en nierfunctievervangende therapie hebben grote invloed op de voedingstoestand van de patiënt wat leidt tot ondervoeding wat zich uit in verlies van spiermassa, spierkracht, verminderde zelfredzaamheid, verminderd fysiek functioneren, hogere mortaliteit, meer ziekenhuis opnames en een lagere kwaliteit van leven (3). Gezien deze associatie kan een interventie die het verlies van spiermassa kan voorkomen, grote impact hebben voor nierpatiënten. Echter is er nog geen informatie over de voedselinname van de Nederlandse hemodialysepatiënt. Dit belemmert de diëtetiek in het optimaal behandelen van hemodialysepatiënten. In samenwerking met het kennisnetwerk Diëtisten Nierziekten Nederland (DNN) en MKB hebben wij de volgende vragen gedefinieerd: 1) Wat is de huidige dagelijkse inname van macro- en micronutriënten van hemodialysepatiënten en 2) Bestaan er effectieve interventies op het gebeid van voeding en beweging om spiermassa verlies te voorkomen en/of te behandelen? Samenvattend bestaat dit voorstel uit de volgende activiteiten: Werkpakket 1: Landelijk multicenter studie naar de huidige inname van macro- en micronutriënten van hemodialysepatiënten, Werkpakket 2: Formeren van (inter)nationaal netwerk van professionals en wetenschappers die zich focussen op de rol van voeding en beweging bij nierziekten aangevuld met patiënten perspectief vanuit de patiëntenverenigingen, Werkpakket 3: Systematic review naar effectieve voedings- en beweeginterventies bij patiënten met nierfalen en Werkpakket 4: Het schrijven van een projectvoorstel dat de behoefte, rol en implementatie van eiwitrijke voeding en beweging onderzoekt op het behoud en/of verbeteren van spiermassa, fysiek functioneren en kwaliteit van leven van mensen met een nierziekte.