I shall use this editorial to express my mixed feelings about the COVID-19 pandemic that affected our lives strongly, personally and professionally, in very different ways for over two years. Going back to our schools, colleges and universities, without even wearing facemasks, sometimes feel a bit unfamiliar. This unfamiliarity also touches upon the way we think and act in our daily work. We are virtually standing at a crossroads: are we returning to our previous routines or moving ahead by incorporating our new pandemic-related experiences into our routines?
Introduction: Cancer survivors face physical, lifestyle, psychological, and psychosocial challenges. Despite the availability of aftercare services, survivors still have unmet needs. Digital aftercare programs may offer support, but their use is limited. This study aimed to examine what is needed to improve uptake and adoption of these programs. Additionally, it explored sociodemographic and clinical variables that may influence these needs. Methods: A mixed-methods approach was used, involving qualitative interviews and a questionnaire. The research was guided by the COM-B model of behaviour, which considers capability, opportunity, and motivation crucial for behaviour. Qualitative analysis was performed using the framework method. Statistical analyses involved descriptive statistics and regression analysis. Results: Fourteen cancer survivors were interviewed, and 213 participants completed the questionnaire. Findings indicated that most respondents had a positive or neutral attitude towards digital aftercare programs, believing these could address their cancer-related challenges. Still, only a small percentage had experience with them, and most were unaware of their existence. Many expressed a desire to be informed about them. Some were uncertain about their effectiveness. Others were concerned about a lack of reimbursement. No significant influence of the sociodemographic and clinical variables was found. Conclusion: Cancer survivors are generally positive about digital aftercare programs but are often unaware of their availability. Raising awareness, clarifying their value, and providing support and reimbursement could enhance uptake and adoption. Implications for Cancer Survivors: The current insights can help improve participation in digital aftercare programs, ultimately fostering health, well-being, and quality of life of cancer survivors.
MULTIFILE
Aim: There is often a gap between the ideal of involving older persons iteratively throughout the design process of digital technology, and actual practice. Until now, the lens of ageism has not been applied to address this gap. The goals of this study were: to voice the perspectives and experiences of older persons who participated in co-designing regarding the design process; their perceived role in co-designing and intergenerational interaction with the designers; and apparent manifestations of ageism that potentially influence the design of digital technology. Methods: Twenty-one older persons participated in three focus groups. Five themes were identified using thematic analysis which combined a critical ageism ‘lens’ deductive approach and an inductive approach. Results: Ageism was experienced by participants in their daily lives and interactions with the designers during the design process. Negative images of ageing were pointed out as a potential influencing factor on design decisions. Nevertheless, positive experiences of inclusive design pointed out the importance of “partnership” in the design process. Participants defined the “ultimate partnership” in co-designing as processes in which they were involved from the beginning, iteratively, in a participatory approach. Such processes were perceived as leading to successful design outcomes, which they would like to use, and reduced intergenerational tension. Conclusions: This study highlights the potential role of ageism as a detrimental factor in how digital technologies are designed. Viewing older persons as partners in co-designing and aspiring to more inclusive design processes may promote designing technologies that are needed, wanted and used.
Adolescenten brengen steeds meer vrije tijd door met het spelen van games en bevinden zich mede daardoor in een hybride leefwereld. Deze relatief nieuwe wereld brengt nieuwe uitdagingen mee rondom identiteitsontwikkeling en psychosociaal welzijn; voor gamende adolescenten zelf, maar ook hun (professionele) opvoeders. Wij onderzoeken de relatie tussen gamen, identiteitsontwikkeling en psychosociaal welzijn en de rol die (professionele) opvoeders hierin hebben.Doel Op dit moment ontbreekt kennis over de relatie tussen gamen, identiteitsontwikkeling en psychosociaal welzijn van adolescenten en is het onder andere lastig om handvatten voor (professionele) opvoeders te ontwikkelen. Handvatten kunnen helpen om beter aan te sluiten bij de leefwereld en behoeftes van gamende adolescenten. De resultaten van dit onderzoek kunnen bijdragen aan een positieve (sociale) identiteitsontwikkeling van gamende adolescenten in een hybride wereld. Resultaten Het promotieonderzoek gaat verschillende wetenschappelijke publicaties opleveren. We vertalen onze resultaten samen met professionals, opvoeders en adolescenten naar praktische handvatten voor (professionele) opvoeders. De betrokken praktijkpartners en opleidingen geven deze wetenschappelijk onderbouwde inzichten en handvatten een passende plaats in hun curricula en werkwijzen. Looptijd 01 september 2022 - 01 september 2026 Aanpak Dit promotieonderzoek heeft een praktijkgericht, mixed-methods design. Voor de kwantitatieve analyse maken we gebruik van longitudinale data van het Digital Youth project van Universiteit Utrecht. De kwalitatieve data wordt verzameld door symbolic netnography (een digitale variant van etnografisch onderzoek), interviews en participerende observaties met adolescenten en (professionele) opvoeders. In samenspraak met adolescenten en (professionele) opvoeders worden deze inzichten vertaald naar praktische handvatten.
Adolescenten brengen steeds meer vrije tijd door met het spelen van games en bevinden zich mede daardoor in een hybride leefwereld. Deze relatief nieuwe wereld brengt nieuwe uitdagingen mee rondom identiteitsontwikkeling en psychosociaal welzijn; voor gamende adolescenten zelf, maar ook hun (professionele) opvoeders. Wij onderzoeken de relatie tussen gamen, identiteitsontwikkeling en psychosociaal welzijn en de rol die (professionele) opvoeders hierin hebben.
Artificial Intelligence (AI) wordt realiteit. Slimme ICT-producten die diensten op maat leveren accelereren de digitalisering van de maatschappij. De grote innovaties van de komende jaren –zelfrijdende auto’s, spraakgestuurde virtuele assistenten, autodiagnose systemen, robots die autonoom complexe taken uitvoeren – zijn datagedreven en hebben een AI-component. Dit gaat de rol van professionals in alle domeinen, gezondheidzorg, bouwsector, financiële dienstverlening, maakindustrie, journalistiek, rechtspraak, etc., raken. ICT is niet meer volgend en ondersteunend (een ‘enabling’ technologie), maar de motor die de transformatie van de samenleving in gang zet. Grote bedrijven, overheidsinstanties, het MKB, en de vele startups in de Brainport regio zijn innovatieve datagedreven scenario’s volop aan het verkennen. Dit wordt nog eens versterkt door de democratisering van AI; machine learning en deep learning algoritmes zijn beschikbaar zowel in open source software als in Cloud oplossingen en zijn daarmee toegankelijk voor iedereen. Data science wordt ‘applied’ en verschuift van een PhD specialisme naar een HBO-vaardigheid. Het stadium waarin veel bedrijven nu verkeren is te omschrijven als: “Help, mijn AI-pilot is succesvol. Wat nu?” Deze aanvraag richt zich op het succesvol implementeren van AI binnen de context van softwareontwikkeling. De onderzoeksvraag van dit voorstel is: “Hoe kunnen we state-of-the-art data science methoden en technieken waardevol en verantwoord toepassen ten behoeve van deze slimme lerende ICT-producten?” De postdoc gaat fungeren als een linking pin tussen alle onderzoeksprojecten en opdrachten waarbij studenten ICT-producten met AI (machine learning, deep learning) ontwikkelen voor opdrachtgevers uit de praktijk. Door mee te kijken en mee te denken met de studenten kan de postdoc overzicht en inzicht creëren over alle cases heen. Als er overzicht is kan er daarna ook gestuurd worden op de uit te voeren cases om verschillende deelaspecten samen met de studenten te onderzoeken. Deliverables zijn rapporten, guidelines en frameworks voor praktijk en onderwijs, peer-reviewed artikelen en kennisdelingsevents.