Deze leidraad is voortgekomen uit ons afstudeerproject voor de opleiding Logopedie te Hogeschool Utrecht. Aan de hand van de leidraad willen wij logopedisten in Nederland op weg helpen met het toepassen van dynamisch testen in de praktijk. Zoals de titel weergeeft is de leidraad gericht op dynamisch testen bij kinderen met spraak- en/of taalproblemen. U vindt informatie over de term dynamisch testen, de verschillende methodes en natuurlijk hoe dynamisch testen toegepast kan worden. Om u een duidelijk beeld te geven zijn er voorbeeldcasussen uitgewerkt met betrekking tot spraak- en/of taalproblemen. In deze casussen zijn bestaande taaltesten gebruikt. Hiermee hopen wij de drempel om dynamisch testen toe te passen te verlagen.
DOCUMENT
The dynamic inflow effect describes the unsteady aerodynamic response to fast changes in rotor loading due to the inertia of the wake. Fast changes in turbine loading due to pitch actuation or rotor speed transients lead to load overshoots. The phenomenon is suspected to be also relevant for gust situations; however, this was never shown, and thus the actual load response is also unknown. The paper’s objectives are to prove and explain the dynamic inflow effect due to gusts, and compare and subsequently improve a typical dynamic inflow engineering model to the measurements. An active grid is used to impress a 1.8m diameter model turbine with rotor uniform gusts of the wind tunnel flow. The influence attributed to the dynamic inflow effect is isolated from the comparison of two experimental cases. Firstly, dynamic measurements of loads and radially resolved axial velocities in the rotor plane during a gust situation are performed. Secondly, corresponding quantities are linearly interpolated for the gust wind speed from lookup tables with steady operational points. Furthermore,simulations with a typical blade element momentum code and a higher-fidelity free-vortex wake model are performed. Both the experiment and higher-fidelity model show a dynamic inflow effect due to gusts in the loads and axial velocities. An amplification of induced velocities causes reduced load amplitudes. Consequently, fatigue loading would be lower. This amplification originates from wake inertia. It is influenced by the coherent gust pushed through the rotor like a turbulent box. The wake is superimposed on that coherent gust box, and thus the inertia of the wake and consequently also the flow in the rotor plane is affected. Contemporary dynamic inflow models inherently assume a constant wind velocity. They filter the induced velocity and thus cannot predict the observed amplification of the induced velocity. The commonly used Øye engineering model predicts increased gust load amplitudes and thus higher fatigue loads. With an extra filter term on the quasi-steady wind velocity, the qualitative behaviour observed experimentally and numerically can be caught. In conclusion, these new experimental findings on dynamic inflow due to gusts and improvements to the Øye model enable improvements in wind turbine design by less conservative fatigue loads.
LINK
De interesse in licht is de afgelopen jaren enorm toegenomen. In het bijzonder betreft dit de invloed van licht op onze gezondheid, prestatie en andere, niet direct visueel gerelateerde aspecten. Het laatste heeft bijvoorbeeld tot gevolg gehad dat basisscholen momenteel op grote schaal uitgerust worden met dynamisch verlichting die de concentratie van scholieren zou verhogen, verlichting in kantoren die de prestatie van medewerkers moet verbeteren en verlichting voor ouderen met dementie die hun verstoorde slaapwaakritme kan stabiliseren. Maar de vraag is nu: hebben we wetenschappelijk bewijs dat deze systemen ook de beoogde claims halen? Dit artikel vraagt aandacht voor de feiten op het gebied van dynamische verlichting voor mensen met dementie en probeert deze van de fictie te onderscheiden.
DOCUMENT
Onderwijsinnovaties leiden vaak niet tot de beoogde resultaten. Stagnatie in onderwijsinnovaties is een belangrijke oorzaak voor het uitblijven van resultaten. De stagnatie is het gevolg van twee kernproblemen in onderwijsinnovatie: (1) een lineaire basisredenering die geen recht doet aan het moeilijk te voorspellen verloop van onderwijsinnovatie en (2) de innovatie gaat voorbij aan het inhoudelijke debat met docenten, waardoor docenten niet geneigd zijn het nieuwe gedrag te implementeren. In het promotie-onderzoek van Remco Coppoolse wordt de lineaire basisredenering ingewisseld voor het dynamisch multi-actor perspectief. Dit nieuwe perspectief vraagt om ander gedrag van de leider van onderwijsinnovatie, de innovatiemanager. Doel van deze studie is om werkregels te ontwerpen die een innovatiemanager kan inzetten om continuïteit in onderwijsinnovatie te realiseren, vanuit het dynamisch multi-actor perspectief. In een ontwerpgericht onderzoek is met drie verschillende onderzoeksmethoden een set van 18 werkregels ontwikkeld voor innovatiemanagers. De werkregels zijn geprojecteerd op een spiraalvormig ordeningskader, waarmee een oriëntatiebasis is ontstaan voor innovatiemanagers, een bron waaruit zij kunnen putten bij het begrijpen en beïnvloeden van onderwijsinnovatie. De oriëntatiebasis omvat vier rondes die de overdracht van ontwikkelenergie tussen actorengroepen representeren in verschillende fases van de onderwijsinnovatie. Vrijkomen van ontwikkelenergie houdt de onderwijsinnovatie gaande, uitblijven leidt tot stagnatie. Eerste proeven in de praktijk laat zien dat inzet van de oriëntatiebasis door innovatiemanagers bijdraagt aan de continuïteit van onderwijsinnovatie.
DOCUMENT
Nederlandse binnensteden bevinden zich als gevolg van diverse trends – klimaat, maatschappij, demografie, economie en technologie – in een dynamisch en complex transitieproces. Deze transitie moet door samenwerkende en betrokken private en publieke stakeholders uit de binnenstad worden gemanaged om zodoende centra veerkrachtig te maken en houden. Lange tijd richtte dit binnenstadsmanagement zich vooral op operationele zaken rond de aankleding van en events in de binnenstad. Zo staat menig binnenstad in de maand december in de kerstspotlights.
DOCUMENT
De anatomie van de voet leidt tot een verdeling van lokale drukken onder de voetzool, die dynamisch is naar de fase van de afwikkeling. Door goede podotherapeutische zolen te maken willen we een voetstandcorrectie bewerkstelligen en/of té hoge drukken vermijden. Hiertoe moet de vorm van de zool worden aangepast en goede materialen worden gekozen. Maar hoe gedragen die materialen zich? En hoe vertaalt zich dat in het effect op de druk?
DOCUMENT
De laatste jaren is er steeds meer aandacht voor het meer dynamisch inrichten van de schooldag, maar wat is er bekend over het effect van beweegmomenten op school? In dit artikel vatten we recente literatuur samen op het gebied van de mogelijke effecten van beweegmomenten op school, zoals het lopen of fietsen van en naar school, bewegen tussen de lessen door (bewegingstussendoortjes), bewegen tijdens de les (bewegend leren), de buitenspeelpauze en het naschools sport- en beweegaanbod.
DOCUMENT
Sociale innovatie kan bedrijven in het MKB een enorme boost geven. Maar de kennis die daarvoor nodig is, ontbreekt in veel bedrijven. Mijn Bedrijf 2.0 brengt MKB-ondernemingen in de regio Utrecht in contact met kennisinstellingen die wel beschikken over die kennis, zoals universiteiten, hogescholen, onderzoeksinstellingen en adviesbureaus. Met als doel: toepassing van deze kennis en daarmee het realiseren van duurzame economische groei van het MKB in de regio. Ruim 340 ondernemers grepen de kans om een gratis scan te laten uitvoeren die liet zien hoe hun bedrijf ervoor staat op het gebied van sociale innovatie. Die uitkomst leidde tot een adviesrapport, waarmee ze aan de slag zijn gegaan. Dankzij een voucher van € 4.000,- konden zij zich laten ondersteunen door een externe adviseur. Bovendien kregen ze de mogelijkheid om tal van workshops, opleidingen en netwerkbijeenkomsten bij te wonen die in het teken stonden van sociale innovatie. Een jaar na de eerste scan vulden ze een tweede scan in om het effect van de activiteiten vast te stellen. In dit boekje komen acht van de ruim 340 ondernemers van Mijn Bedrijf 2.0 aan het woord. Zij vertellen hoe zij werken aan een flexibele en efficiënte onderneming, waar dynamisch leidinggeven en slimmer werken voorop staan. Hun ondernemingen verschillen hemelsbreed van elkaar, maar er is een belangrijke overeenkomst: ze ondernemen nadrukkelijk samen met hun medewerkers. Dat leidt tot een grotere betrokkenheid en inzet van iedereen in het bedrijf. Zo onderstrepen deze acht ‘goede praktijken’ elk het motto van Mijn Bedrijf 2.0: De winst zit in je mensen
DOCUMENT
Een beweegvriendelijke openbare ruimte heeft een preventieve werking op de gezondheid van mensen en levert daarmee een belangrijke bijdrage aan Healthy Ageing. Maar waar bewogen wordt vinden ook ontmoetingen plaats. De socialiserende werking van beweegvriendelijke hotspots hebben effect op de leefbaarheid van een wijk en buitengebied. Met name in wijken waar veel mensen wonen met een lage SES kunnen zorgkosten dalen en sociaal-maatschappelijke problematiek worden teruggedrongen door mensen meer te laten bewegen en elkaar te laten ontmoeten. Daarnaast is een dynamisch en beweegvriendelijk natuurgebied een aantrekkelijke toeristische bestemming waarbij het positieve effecten heeft op de economie van de regio en kansen biedt voor ondernemers om toeristische arrangementen op te ontwikkelen. Kerndoel van deze Innovatiewerkplaats is de openbare ruimte optimaal benutten om een actieve leefstijl te stimuleren en daarbij ook economische en sociale impact te hebben op de omgeving van deze ruimte. Daarbij worden (aspirant) professionals in deze Innovatiewerkplaats toegerust om de kansen van een beweegvriendelijke inrichting van de openbare ruimte optimaal te leren benutten.
DOCUMENT
Dit literatuuronderzoek is een compacte en concrete samenvoeging van verschillende Nederlandse onderzoeksresultaten naar de effecten van verschillende vernattingsmaatregelen op boerenlandvogels en de bedrijfsvoering van een melkveehouderij. Het doel van dit onderzoek is om de voor- en nadelen van de verschillende vernattingsmaatregelen op een rij te hebben waardoor afhankelijk van de situatie de beste afstemming kan worden gemaakt bij het toepassen van een vernattingsmaatregel.
DOCUMENT