Samenvatting: Nu gemeenten grote ambities hebben voor zero emissie stadslogistiek en dat ook omzetten in harde beleidsmaatregelen voor 2025 wordt de urgentie om in actie te komen voor logistieke bedrijven steeds groter. Servicelogistiek is als deel van stadslogistiek onderbelicht en veelvuldig over het hoofd gezien, zowel in onderzoek als in beleid. In 2017 is de Hogeschool van Amsterdam, mede gefinancierd door SIA, in samenwerking met UNETOVNI en de gemeente Amsterdam een exploratief onderzoek gestart naar servicelogistiek in de stad. In dit artikel de bevindingen van dat onderzoek en een vooruitblik hoe verschillende kluscategoriën en nieuwe technologieën gaan bijdragen aan servicelogistiek met cargobikes en elektrische bestelbussen.
MULTIFILE
Rond de invoering van zero emissies zones voor stadslogistiek spelen er bij overheden verschillende vraagstukken. Doordat er beperkt beleid gemaakt werd op stedelijke logistiek, is er echter nooit de behoefte geweest om een heel gedetailleerd beeld van dit verkeer te krijgen. Stedelijke logistiek omvat bovendien een breed scala aan commerciële voertuigbewegingen en niet enkel het transport van goederen. Om de ‘logistiek’ op stadsniveau beter in kaart te brengen, zijn er verschillende data beschikbaar die met een ander doeleinde zijn verzameld. In dit artikel wordt er op basis van de beschikbare data een inschatting gemaakt van de omvang van de stedelijke logistiek en de effecten van een zero emissie zone. Hiermee kan beter in kaart gebracht worden wat de verwachte impact van de invoering van zero emissie zones is, inclusief het uitstraaleffect. Het instellen van een zone leidt naast emissieloos transport mogelijk ook tot een verandering in kilometers omdat een vervoerder zijn/haar gedrag moet aanpassen. De mogelijke gedragsreacties zijn echter wel in sterke mate segment-specifiek. De effecten van de invoering van een zero emissie zone op CO2-uitstoot en gereden kilometers per segment, binnen en buiten de zone, zijn door middel van een case studie met een zone in Utrecht in kaart gebracht met de Decamod-gedragsmodule. Resultaten laten zien dat het effect van de invoering van een zero emissie zone met name buiten de zone tot een hoge CO2-reductie leidt. Toekomstig beleid moet daarom vooral gericht zijn op het ondersteunen van de overgang van kilometers gerelateerd aan de zone naar een nul-emissie alternatief alsook het reduceren van voertuigkilometers.
Zowel Europees als landelijk zijn doelstellingen geformuleerd om het gebruik en emissie van bestrijdingsmiddelen te reduceren. Zo bestaat vanuit de Green Deal van de Europese Unie de visie dat de inzet van chemische bestrijdingsmiddelen in de landbouw met 50% wordt verminderd in 2030 De provincie Fryslân ondersteunt deze visie en wil de vermindering van het gebruik van bestrijdingsmiddelen faciliteren. De provincie heeft hogeschool Van Hall Larenstein en CLM Onderzoek en advies BV gevraagd om via onderzoek een strategisch advies op te stellen m.b.t. handelingsperspectief van de provincie om het middelengebruik, en daarmee de emissie, terug te dringen. Ten behoeve van dat advies is in deze studie allereerst is het huidige gebruik van bestrijdingsmiddelen door verschillende groepen (landbouw, hoveniers, particulieren, overheden, Prorail) in Fryslân geïnventariseerd. Ook is gekeken naar de effecten van het middelengebruik op het milieu, met name de kwaliteit van grond- en oppervlaktewater. Vervolgens is geïnventariseerd welke mogelijkheden er zijn om het gebruik te reduceren en wat het draagvlak van deze alternatieve maatregelen is bij met name vertegenwoordigers uit de landbouw. Daarnaast is een overzicht gemaakt van ontwikkelingen in monitoring en onderzoek, ten behoeve van (toekomstig) zicht op (trends in) gebruik en emissie. Op grond van de resultaten zijn tenslotte kansrijke handelingsperspectieven voor de provincie beschreven om het middelengebruik bij verschillende doelgroepen terug te dringen. Hierbij zijn wederom de verschillende gebruikersgroepen onderscheiden: overheden, de land- en tuinbouw, (hoveniers)bedrijven, (groot)grondbezitters en particulieren.
MULTIFILE