Hoe vertaal je de strategie van een organisatie in een huisvestingsstrategie? Hoe creëer je een duurzaam evenwicht tussen de dynamische vraag en het statische aanbod? Hoe kun je de prestaties van de huisvesting continu monitoren en optimaliseren? Hoe kun je ingrijpende huisvestingsoperaties initiëren en (bij)sturen? Hoe creëer je een huisvestingsorganisatie die berekend is op al deze taken? Huisvestingsmanagement geeft duidelijke antwoorden op bovenstaande vragen.De vele praktijkvoorbeelden geven een goed beeld van het vakgebied, van de vragen waarmee alle organisaties worstelen, maar ook van verschillen tussen organisaties. Alle hoofdstukken bevatten handige kernbegrippen in de kantlijn, gekoppeld aan het register, en heldere samenvattingen. Ook bevat het boek een afkortingenlijst en literatuurlijst voor verdere verdieping. Huisvestingsmanagement is geschreven voor hbo-studenten van Facilitair Management, Corporate Real Estate Management en Vastgoed en Makelaardij. Daarnaast is het boek zeer geschikt als naslagwerk en zelfstudieboek voor professionals in het vakgebied. Het boek is ook beschibaar als e-book. Wat is nieuw in de tweede editie van Huisvestingsmanagement?De tweede druk van Huisvestingsmanagement is uitgebreid met actuele praktijkvoorbeelden en tekstblokken over onder meer duurzaam bouwen, herbestemming en smart buildings. Thema’s als de toegevoegde waarde van gebouwen en faciliteiten zijn verder uitgewerkt op basis van de nieuwste inzichten. Ook bevat deze editie een nieuw slothoofdstuk over reflecties op het vakgebied, de relatie tussen CREM en FM, en actuele ontwikkelingen zoals big data.
LINK
Dit boek fungeert als een compleet naslagwerk. Vele professionals en docenten hebben meegewerkt aan het ontstaan van dit boek en daarmee is Huisvestingsmanagement het eerste complete Nederlandstalige werk over dit vakgebied in opkomst.
DOCUMENT
De gemeente Eindhoven is voornemens de exploitatie van de Kunstijsbaan anders te gaan organiseren. De jaarlijkse kosten zijn onhoudbaar geworden, maar sluiting zou ook een grote kapitaalvernietiging zijn. Waarschijnlijk zal het beheer in commerciële handen komen met meer mogelijkheden voor een sluitende exploitatie.
LINK
Op 1 juli 2008 is de nieuwe Wro in werking getreden. De Wro kent een Afdeling 6.4 grondexploitatie (hierna: Grondexploitatiewet) bedoeld om gemeenten een meer op de eisen van deze tijd toegesneden publiekrechtelijk instrument te bieden voor kostenverhaal, verevening en locatie-eisen bij particuliere grondexploitatie.
MULTIFILE
De gebouwde omgeving is een grootverbruiker van primaire grondstoffen en producent van grote stromen afval. Dit afval wordt grotendeels hergebruikt, maar vooral in laagwaardige toepassingen. Dit betekent dat de kwaliteit van deze grondstoffen steeds verder afneemt en dat we ze op den duur als afval moeten afvoeren. Deze lineaire economie moet getransformeerd worden naar een circulaire economie. We gebruiken dan zo min mogelijk nieuwe (primaire) materialen, hergebruiken bestaande gebouwen bouwdelen en materialen hoogwaardig en minimaliseren afvalstromen. De provincie Overijssel onderschrijft de kabinetsdoelstelling dat de Nederlandse economie in 2050 circulair moet zijn en ontwikkelt daartoe voor zes sectoren een regionale transitieagenda. De lijnen om zover te komen zijn uitgezet in de nota ‘Nederland Circulair in 2050’ (2016). De bouwsector is een van de prioritaire sectoren omdat deze voor een groot deel verantwoordelijk is voor grondstoffenverbruik en afval. Ongeveer 50 procent van zowel het grondstoffenverbruik als van het afval komt voor rekening van de bouwsector. De doelstellingen en aanpak voor de bouwsector zijn op hoofdlijnen specifiek uitgewerkt in de landelijke Transitieagenda Circulaire Bouweconomie (2018), met de speerpunten marktontwikkeling, meten en monitoring, beleid, wet- en regelgeving en kennis en bewustwording. Provinciale Staten van Overijssel hebben in 2016 al een motie aangenomen waarin zij oproepen om de beginselen van duurzame en circulaire bouweconomie toe te passen. Overijssel zet in op het sluiten van de fysieke stofstromen (grondstoffen, afval) en ontwikkelt daartoe een regionale transitieagenda die concrete transitieambities en een experimenteeragenda bevat (Perspectiefnota 2019). Landelijk hebben we als doelstelling dat we in één generatie (2030) 50 procent minder primaire grondstoffen gaan verbruiken en 100 procent in twee generaties (2050). De doelstellingen van de provincie Overijssel sluiten hierbij aan. Circulair bouwen vraagt niet alleen om technische innovatie, maar ook om een verandering van productieprocessen, businessmodellen en exploitatiemodellen. De circulaire transitie zal alleen slagen als technische innovatie, procesinnovatie en sociale innovatie hand in hand gaan. Het sluiten van de kringloop in een circulaire economie vergt een systeemverandering, een transitie waarbij de rol en werkwijzen van direct en indirect betrokken partijen fundamenteel zullen veranderen. Gaandeweg het transitieproces zullen partijen ontdekken hoe toekomstige rollen en werkwijzen eruitzien, waar nieuwe verdienmodellen ontstaan en welke knelpunten ze op moeten lossen.https://www.woonkeukenoverijssel.nl/kookstudios/circulair+bouwen/1270285.aspx?t=Transitieagenda+Circulair+Bouwen
MULTIFILE
Dit onderzoek focust in eerste instantie op het gebruik van maatschappelijke voorzieningen binnen de gemeente Slochteren. In de gemeentevisie Slochteren 2020 staan de volgende vier thema’s centraal: Wonen, Werken, Leven en Meedoen. Dit onderzoek sluit aan bij de thema’s Leven en Meedoen, omdat de gemeente deze thema’s insteekt vanuit de perspectieven leefomgeving en voorzieningen (in het kader van vrije tijd, cultuur en recreatie). Voor het thema Meedoen gaat het om participeren in de samenleving in de breedste zin van het woord, waarbij maatschappelijke voorzieningen zoals onderwijs een rol spelen
DOCUMENT
DOCUMENT