The media are an integral part of how advanced societies are controlled. After almost a century of ‘broadcasting’, a new media logic can be seen to have emerged. It is not centralized, nor does it appear to depend on manipulative power (such as the priming and framing of news and thereby the agenda of political discussion; or ‘advertising’ as a way to influence consumers to buy particular products). It is the logic of ‘networking’ that is not about producers and consumers but about redaction and multipliers.1 Media content in this logic may in an archeological sense be seen as having an author or a point of origin – but the routes it takes and the way in which it spreads offers new means of community building, identity construction and meaning making which are of much greater interest. In this paper we take a double perspective (business and critical) to assess how the old and the new media logics are both relevant today and what terms are best used to work with and in the media, and to reflect on them. While producers and consumers are the senders and receivers of broadcasting in the age of the nation-state, networking logic has little use for these terms: it also moves away from marketing terms such as eyeballs and stickiness to terms such as spreadability and multiplication and redaction. The perspective of what used to be known as ‘qualitative audience research’ can prove useful to innovative and sustainable marketing and to critical reflection on media culture. Here its restyled form will be called participant design. It suggests that strong marketing respects and co-opts potential customers in much the same way that relevant media criticism is, not given from an external and possibly paternalist but from an inside perspective that highly values self-reflexivity.2
In dit artikel wordt antwoord gegeven op de vraag: wat mogen we verlangen van organisaties in het betaald voetbal als het gaat over MVO? Elke BVO hoort minimaal transactie-ethiek te hanteren. Er wordt ook verwacht dat ze in sommige situaties voor zichzelf morele plichten erkent in relatie tot rechten van stakeholders. Participatie-ethiek wordt niet gezien als een morele plicht voor een BVO, maar wel als prijzenwaardig. Veranderingsethiek mag in zijn algemeenheid niet verwacht worden van BVO’s, omdat dat teveel spanning genereert met de eigen hoofddoelstellingen. Het lijkt erop dat BVO´s in Nederland de ambitie hebben om participatie-ethiek aan te tikken. Tegelijkertijd zijn er praktijken waarbij meer basale niveaus van ethiek (transactie-ethiek en erkenningsethiek) niet of slechts voor een deel gerealiseerd worden. Zie bijvoorbeeld financieel wanbeleid en misleiding bij FC Twente in de afgelopen jaren. Maar denk ook aan structuren waarbij eigendom, bestuur en beheer van BVO’s steeds meer in één of enkele handen is. Dat raakt de democratische representatie van fans en andere stakeholders (zoals werknemers) in beleid en bestuur van de club. Dat basale niveaus van MVO soms niet gerealiseerd worden, raakt de geloofwaardigheid van maatschappelijke projecten van BVO’s.
MULTIFILE
Dit hoofdstuk beschrijft de veranderende verhouding tussen Nederland en Duitsland aan de hand van een geschiedenis van de voetbalinterlands tussen beide landen. Het maakt deel uit van een boek waarin elk hoofdstuk de relatie met Duitsland beschrijft vanuit het perspectief van een van de Europese 'lievelingsvijanden'.
Een uitdaging in het betaalde voetbal is dat supporters zich flink kunnen misdragen in het stadion (roken, drankgebruik, gooien van voorwerpen, vuurwerk en bier, spreekkoren met ongewenste teksten, agressie jegens supporters van de tegenstander). Het werkt bovendien averechts als stewards en beveiligers supporters terechtwijzen. Dit bederft ook het plezier van andere bezoekers. Uit onderzoek van de KNVB blijkt dat het aantal supporters dat hun club bezoekt tijdens thuiswedstrijden de afgelopen 10 jaar is afgenomen. De fans kijken de wedstrijd wel op TV of via mobiele telefoons. Ongeregeldheden en ongewenst gedrag verminderen niet alleen het plezier van supporters bij wedstrijden, het is ook nog kostbaar door de benodigde beveiliging. Relschoppers worden nu harder aangepakt om te voorkomen dat deze personen nogmaals de fout in gaan, maar als gevolg hebben alle supporters nu last van de veiligheidsmaatregelen tegen hooligans. Hoe kunnen we het voetbal veilig en gastvrij houden voor supporters die geen problemen veroorzaken? Via dit project willen we inzicht krijgen in hoe ongewenst supportersgedrag kan worden voorkomen en daarmee de sfeer en de veiligheidsbeleving kan worden verhoogd. Op deze wijze hopen wij ook de trend van dalende bezoekersaantallen te keren.
De Amsterdam ArenA (een van de duurzaamste stadions ter wereld) vervangt in de aanloop naar het EK 2020 alle stadionstoelen en wil dat graag op een maatschappelijk verantwoorde manier doen. Het gaat om ca. 48.000 hard kunststof stoelen op metalen frames en 4 à 5.000 wat luxere gestoffeerde stoelen van skyboxen en hoofdtribunes. Samen met Better Future Factory, een innovatie- en ontwerpbureau gespecialiseerd in hergebruik van kunststofreststromen, en de HvA wil de ArenA onderzoeken op welke wijze de stoelen op de meest hoogwaardige manier kunnen worden hergebruikt. Op dit moment zijn er verschillende scenario’s om de stoelen een volgend leven te geven: • herdistribueren: het in ongewijzigde samenstelling inzetten van de stoelen in bijvoorbeeld een andere (amateur)stadion • herfabriceren: (delen van) de bestaande stoel behouden en op basis daarvan nieuwe stoelen maken met behoud van de emotionele waarde van de stoelen • recyclen: de stoelen reduceren tot basismateriaal waarvan bijvoorbeeld producten voor de fans van Ajax of voor de ArenA gemaakt kunnen worden Vanwege kwaliteitsverschillen in de te vervangen stoelen en de kosten die de scenario’s met zich meebrengen wordt verwacht dat een combinatie van scenario’s nodig is om zoveel mogelijk van het materiaal zinvol te kunnen hergebruiken en optimaal te kunnen bijdragen aan een circulaire economie. In dit project wordt daarom onderzocht welke bestaande tools geschikt zijn om een vergelijking te maken van de scenario’s op zowel ecologische, sociale en economische impact. Door toepassing van een (combinatie van) geschikte tool(s) wordt onderzocht wat de optimale mix is van scenario’s om zoveel mogelijk van de waarde van de ArenA stoelen te behouden. Het project levert daarnaast kennis op voor de HvA en Better Future Factory over de wijze waarop de ecologische, sociale en economische impact van hergebruik scenario’s beoordeeld kunnen worden.
De Amsterdam ArenA (een van de duurzaamste stadions ter wereld) vervangt in de aanloop naar het EK 2020 alle stadionstoelen en wil dat graag op een maatschappelijk verantwoorde manier doen. Het gaat om ca. 48.000 hard kunststof stoelen op metalen frames en 4 à 5.000 wat luxere gestoffeerde stoelen van skyboxen en hoofdtribunes. Een deel van de stoelen kan mogelijk een nieuwe bestemming krijgen als stoel door upcycling. Niet alle stoelen zijn hier echter geschikt voor. Het kunststof van deze stoelen, bestaande uit PP met diverse toevoegingen (mogelijk ook vezels) en vervuiling, kan naar verwachting verwerkt worden tot granulaat voor het maken van andere producten, bijvoorbeeld voor gebruik door Amsterdam ArenA zelf of ten behoeve van verkoop aan Ajax fans. In eerste instantie wordt gedach aan verwerkingstechnieken als 3D printing en warmpersen, maar dit vergt nader onderzoek. Amsterdam ArenA wil dit recycling scenario graag verkennen in samenwerking met de Hogeschool van Amsterdam en 3D4Makers, een bedrijf dat (gerecycled) kunststof filament voor printers die werken op basis van Fused Deposition Modelling. De vraag is hoe het materiaal van de stadionstoelen zich gedraagt bij deze twee verwerkingstechnieken gezien de onzuiverheid van het materiaal. Door middel van hand-on exploratief onderzoek zal gekeken worden naar de samenstelling en homogeniteit van het materiaal en zullen verschillende verwerkingstests worden uitgevoerd bij 3D4Makers (3D printen) en de Hogeschool van Amsterdam (persen). Daarnaast wordt in dit project onderzocht wat de technische en esthetische eigenschappen zijn van het verwerkte materiaal om te kunnen bepalen wat voor type producten hiermee gemaakt kunnen worden.