De doelstelling van het lectoraat is een impuls te geven aan een eigentijdse, kwalitatief hoogwaardige en marktgerichte vernieuwing van de opleidingsmethodiek en -didactiek binnen de Hogeschool Utrecht. Dit ten behoeve van de studenten en docenten. Deze innovatie komt per definitie tot stand met behulp van het werkveld. Het lectoraat maakt gebruik van het concept Levend Leren. Binnen deze algemene doelstelling houdt Jeroen Lutters zich bezig met het, voor de hele Hogeschool Utrecht belangrijke, onderzoeksterrein Opleiding en biografie in het bijzonder Opleiding en Jeugdcultuur. Er bestaan immers talloze aanwijzingen dat het succes van een opleidingstraject in belangrijke mate afhangt van de mate waarin rekening wordt gehouden met de biografische fase waarin de student verkeert. Reden waarom wij bij innovatie van het Hoger Onderwijs voortdurend moeten werken vanuit een integrale aanpak. Jeroen gaat daarbij uit van de beginselen die aansluiten bij wat ook wel bekend staat als de transformerende agogiek. Jeroen profileert zich vooral als schrijver en onderzoeker. Bewust is ervoor gekozen om het eerste voorop te zetten, omdat onderzoek (data verzamelen en analyseren) niet de primaire doelstelling is, maar altijd in dienst staat van een publicatie. Datzelfde geldt ook voor de verhouding seminar/training en publicaties. Ook daar komt het laatste in de eerste plaats. Het motto is steeds: leren iets te doen met de pen in de hand.
DOCUMENT
In dit rapport zijn vier scenario’s uitgewerkt. Elk van de scenario´s kan zich in de toekomst meer of minder ontvouwen. Deze vier scenario´s vormen de inspiratiepaden die elk verschillende kansen en belemmeringen in zich hebben en daarmee mogelijkheden voor de toekomst bieden. Per scenario wordt beschreven wat de essentiële verschillen per route zijn.
DOCUMENT
Mensen leven steeds langer, vaak met meerdere, meestal chronische aandoeningen. Dit vergroot de vraag naar zorg van verschillende disciplines. Tegelijkertijd zorgt de vergrijzing voor een relatief kleinere beroepsbevolking. Daarnaast is er mede door verbeterde behandelmogelijkheden vaker meer keuze uit verschillende zorg en behandelopties, elk met voor en nadelen op het gebied van levensverwachting, bijwerkingen en kwaliteit van leven. Zorg en behandeling vinden steeds vaker thuis plaats, zowel vanuit de acute als de langdurige zorg. Deze ontwikkelingen vragen veel van zorgverleners in de complexe omgeving van zorg voor ouderen.
MULTIFILE
Wereldwijd werken steeds meer mensen in een flexkantoor, met een mix van verschillende werk- en overlegplekken voor verschillende werkzaamheden. De opmars zet zich naar verwachting versterkt voort na de coronatijd. Of je dit moet vrezen of toejuichen, hangt af van je werk, je psychologische behoeften en je gedragspatronen, zo blijkt uit dit promotieonderzoek. Het werkplekconcept past goed bij stereotypische kenniswerkers: mensen in functies met diverse werkzaamheden en een hoge mate van autonomie en sociale interactie. Zij maken soepel gebruik van verschillende plekken om te werken, zowel binnen als buiten het kantoor. Deze groep ervaart een betere match tussen hun werk en de werkomgeving dan mensen met een ander profiel. De onderzoeksresultaten laten zien dat de ervaren 'fit' zich vertaalt naar tevredenheid en werkprestaties.Er valt in de praktijk nog veel te verbeteren bij de implementatie van het flexconcept, zodat meer mensen een goede match kunnen ervaren tussen hun werk en hun werkomgeving. De belangrijkste verbeterpunten betreffen de ondersteuning van concentratiewerk. Hiervoor zijn doorgaans veel te weinig geschikte werkplekken beschikbaar. Bovendien worden deze plekken vaak niet optimaal gebruikt, vanwege praktische en psychosociale barrières. Het gevolg is dat er veelvuldig concentratiewerk wordt uitgevoerd in open werkomgevingen. Dat is voor niemand optimaal en vooral hinderlijk voor mensen met een sterke psychologische behoefte aan privacy. De inzichten uit dit onderzoek kunnen in de praktijk worden gebruikt om de werkomgeving beter af te stemmen op de uiteenlopende behoeften binnen een organisatie.