Deze vier artikelen uit verschillende hoeken van de HU illustreren uiteenlopende ervaringen met de koppeling tussen onderwijs, onderzoek en beroepspraktijk. Uit hun verhalen blijkt dat deze verbindingen steeds meer vorm krijgen en dat de ervaringen met de HU als kennisinstelling vooral positief zin. Uitgegeven op het HU onderwijscongres 2008 als Passie & Precisie deel 02.
DOCUMENT
In hoeverre zou een basisschool ook de persoonsvorming van kinderen voor haar rekening moeten nemen? Aan dit artikel in Didactief (7-2021) voegen Peter Elshout en Mascha Enthoven in de discussie tussen Martijn Meeter en Gert Biesta voegen Peter Elshout en Mascha Enthoven een derde stem toe.Ja, persoonsvorming gebeurt op allerlei momenten tijdens het onderwijs, of we er nu doelen voor stellen of niet. En nee, dit betekent niet dat we er als leerkrachten niets mee moeten of kunnen doen. Leerkrachten kunnen een zachte grip op de persoonsvorming van kinderen krijgen door te reflecteren op eigen heel persoonlijke rol voor de klas.
DOCUMENT
Een boek over de methodologie van praktijkgericht fundamenteel en toegepastonderzoek. Het boek is geschreven door dr. Jac Christis, ter gelegenheid van zijn afscheid als lector ‘Organisatieontwerp en Verandering’ (O&V)* aan de Hanzehogeschool, waar hij van 2009 – 2020 lector is geweest. Het lectoraat O&V maakt onderdeel uit van het Marian van Os Centre of Expertise Ondernemen enis verbonden aan het Instituut voor Bedrijfskunde. Het lectoraat heeft ‘Slim Organiseren’ als kernthema en richt zich op de sectoren MKB, zorg en het HBO. Het lectoraat richt zich op het ondersteunen van individuele bedrijven en instellingen op het gebied van procesinnovatie. Doel daarvan is om door middel van slim organiseren zowel de kwaliteit van de organisatie (in termen van kosten, tijd en kwaliteit) als die van de arbeid (in termen van stressrisico’s en leermogelijkheden) te verbeteren. Dit boek biedt handreikingen voor lectoren en docentonderzoekers om praktijkgericht onderzoek uit te voeren in het HBO.
DOCUMENT
Innovatie is een complex proces waarin kennis een essentiële rol speelt. Om te kunnen innoveren moeten bedrijven en organisaties ‘business’-kennis ontwikkelen die het ‘potentieel handelen’ van het bedrijf of de organisatie in de innovatie ondersteunt. Prescriptieve kennis, mits methodisch opgebouwd, draagt daarin op twee manieren bij: in de eerste plaats met uitgewerkte, gedocumenteerde en geteste methoden om problemen aan te pakken en op te lossen; in de tweede plaats met nieuwe kennis over wat in de praktijk wel en niet werkt. In traditioneel innovatiebeleid wordt vaak een lineair innovatiemodel gebruikt waarin eerst fundamenteel onderzoek wordt verricht door wetenschappers, waarna de ontwikkelde kennis in bedrijfsleven en organisaties wordt toegepast in toegepast onderzoek. Dit lineaire model kent een aantal knelpunten. Verder hebben de begrippen fundamenteel en toegepast onderzoek weinig onderscheidend vermogen. Een vruchtbaarder onderscheid is dat tussen: formele wetenschappen, (filosofie, wiskunde, etc.), verklarende wetenschappen (natuurwetenschappen, sociologie, etc.) en ontwerpwetenschappen (ingenieurs wetenschappen, medische wetenschap, etc.). Ontwerpgericht onderzoek, als weldoordachte manier van handelen om kennis te verwerven, kan mogelijk voorzien in de toenemende behoefte aan oplossingen voor praktische, complexe, contextuele problemen. Professionals dragen in de praktijk bij aan de oplossing van unieke, real-life problemen in het veld met een repertoire van ontwerpkennis geldend voor klassen van gevallen. De ontwerpkennis moet dus steeds vertaald worden naar een unieke en specifieke casus. De veranderingen om ons heen geven aanleiding tot een maatschappelijke behoefte aan innovatie van het hoger onderwijs. Met name de hogescholen moeten zich meer gaan bezig houden met kennisontwikkeling door onderzoek en toepassing als “regionaal kenniscentrum, als kennispoort voor het regionale bedrijfsleven en ‘not for profit’ organisaties”. Lectoren en kenniskringen hebben daarbij tot doel te komen tot verbetering van de externe oriëntatie, curriculum¬vernieuwing, professionalisering van docenten en versterking van kenniscirculatie en kennisontwikkeling binnen hbo-instellingen. Het HBO is van huis uit gericht op de praktijk. Met de komst van de lectoren in het HBO ontstaat nieuw onderzoekspotentieel. Ontwerpgericht onderzoek past precies bij het praktische karakter van het HBO en voegt daar het reflectieve van academisch onderzoek aan toe. Door op deze manier praktisch relevant onderzoek te doen van wetenschappelijke kwaliteit kan het HBO helpen de kennisparadox te doorbreken.
DOCUMENT
Teneinde het opnemen van onderzoeksvaardigheden in het curriculum van de Faculteit Educatieve Opleidingen van de Hogeschool Utrecht te vergemakkelijken en ter ondersteunen, vonden wij het zinvol om een stuk te schrijven over de vermeende tegenstelling tussen kwalitatief en kwantitatief onderzoek. Een belangrijk uitgangspunt is dat we niet uitgaan van een in de wandelgangen vaak gehoorde tegenstelling tussen universitair en hogeschool onderzoek, waarbij de universiteit kwalificaties als fundamenteel en theoretisch opeist en de praktische kruimels voor het hoger beroepsonderwijs wil laten liggen. Wij gaan daar niet van uit omdat wij geen fundamenteel verschil zien tussen fundamenteel onderzoek en toegepast onderzoek. De grondslagen, de redeneringen, de systematiek zijn in beide gevallen hetzelfde. Op de achtergrond speelt, in ieder geval bij de humaniora van de hoge scholen, nog een andere tweedeling een rol: kwantitatief versus kwalitatief onderzoek. Belangrijke kenmerken van kwantitatief onderzoek zoals ingewikkelde onderzoeksdesigns, grote steekproeven en gecompliceerde statistische analyses zouden het natuurlijk domein van universiteiten zijn. Ook dit werpen we verre van ons. Volgens onze opvatting gaat het in de eerste plaats om 'goed onderzoek' en goed onderzoek vereist niet persé een kwalitatieve benadering of een kwantitatieve benadering. Goed onderzoek geeft in de eerste plaats een antwoord op een vraag die gesteld wordt: de probleemstelling. Zoals het overgrote deel van onderzoekers tegenwoordig rekenen wij ons niet tot kwantitatieve onderzoekers of tot kwalitatieve onderzoekers. Met behulp van onderzoek willen wij een slechts een antwoord geven op de gestelde vraag, de probleemstelling.
DOCUMENT
Visiestuk: De wijze waarop onderwijs, onderzoek en beroepenveld elkaar kunnen versterken
DOCUMENT
Hoe bestrijden we energiearmoede die ontstaat in de private huursector? Hoe versterk je de cyberweerbaarheid van het mkb? En hoe kunnen we afgeschreven windmolens hergebruiken als nieuw bouwmateriaal? Het zijn slechts drie van de talloze voorbeelden van actueel praktijkgericht onderzoek aan hogescholen. Onderzoek dat direct is verbonden met grote maatschappelijke opgaven, bijvoorbeeld op het gebied van energie, klimaat, technologisering en kansengelijkheid. Voor die opgaven hebben we nieuwe kennis nodig die we snel kunnen omzetten in nieuwe producten en oplossingen. Het praktijkgericht onderzoek aan hogescholen is daarvoor een onmisbare schakel tussen fundamenteel onderzoek en onze samenleving.
MULTIFILE
Design en research zijn twee kennisgebieden met elk eigen standaarden, methoden en tradities. Applied Design Research betreft vormen van onderzoek waarbij ontwerpen een fundamenteel onderdeel vormt van het onderzoek. Het kan zich heugen op een groeiende belangstelling, ook buiten de wereld van design, maar wat is het precies? Het boek bevat een mozaïek van 22 artikelen van 25 lectoren en onderzoekers, die gezamenlijk een goed beeld geven, maar waarbij geen van de artikel het geheel overziet. Het toont een vorm van onderzoek die even praktijk- als toekomstgericht is. Het boek wordt ingeleid met een introductie die het boek ordent in 5 thema’s: (1) het vizier op de toekomst; (2) de drang om de wereld te verbeteren; (3) ontwerpen en onderzoeken mét anderen; (4) bruggen bouwen tussen disciplines; en (5) de opgave voor ADR.
DOCUMENT
De functie en methode van onderzoek door kenniskringen aan hogescholen en de relatie tussen onderzoek aan hogescholen en universiteiten staan intensief ter discussie. Daarbij worden op de schaal tussen fundamenteel en toegepast onderzoek verschillende posities ingenomen. In dit artikel staat de co-creatie tussen onderzoekers van kenniskringen van hogescholen en professionals uit de praktijk centraal. Uitgangspunt daarbij is de behoefte van professionals om hun werk te innoveren, ontwikkelen en evidence based te maken. Het onderscheid tussen evidence based practice en practice based evidence laat zien hoe top-down onderzoek en bottom-up onderzoek elkaar aanvullen en versterken. Het artikel laat zien hoe onderzoek in en door de praktijk tot gevolg heeft dat lerende organisaties en community’s of practice tot ontwikkeling komen, waarin professionals blijvend de rol van onderzoeker op zich nemen. Drie voorbeelden van lopende onderzoeken uit de domeinen zorg en welzijn illustreren concreet hoe onderzoek in en door de praktijk vanuit kenniskringen gestalte krijgt.
DOCUMENT
In dit artikel beschrijven we een praktijkcasus 'onderzoek' uit de hoofdfase (derde studiejaar) van Fontys PABO Tilburg, waarbij ervaringen van de studenten én de opleiding centraal staan. We schetsen de aanleiding voor de ontwikkeling van onderzoek in het hbo en pabo in het bijzonder evenals de wijze waarop onderzoek vorm kan krijgen, gebaseerd op theorie en op verwachtingen van studenten met betrekking tot het doen van onderzoek. Vervolgens gaan we in op de plaats van de praktijkcasus in de onderzoeksleerlijn, het onderzoeksproces zoals dat daadwerkelijk heeft plaatsgevonden en de evaluatie achteraf onder betrokken studenten, docenten en experts. We sluiten af met keerzijden, succesfactoren en verbeterinzichten. Met dit artikel willen we een aanzet geven tot het verder uitkristalliseren van het concept 'de onderzoekende leraar basisonderwijs'.
DOCUMENT