Electrification of residential areas is increasingly common. Major areas of development include rooftop solar panels, electric vehicles and heat pumps. However, existing grid components may have insufficient network capacity to accommodate the resulting electricity flows. Battery energy storage (BES) can be used to prevent transformer overloading resulting from electrification. Ideally, BES should be sized and placed such that it can prevent overloading with a minimum amount of storage capacity, but it is unclear how load characteristics affect BES capacity requirements. This study investigated how load simultaneity affects the minimum BES capacity required to prevent transformer overloading, comparing a central with a distributed BES layout. It was found that as simultaneity increases, distributed storage requires relatively less capacity than central storage. This is likely due to the reduced ability of central BES to share capacity between connections as simultaneity increases, and the ability of distributed BES to better reduce transportation losses.
Omdat het aanbod van elektrische bestelwagens en vrachtauto’s snel toeneemt ligt voor ondernemers het elektrificeren van het goederenvervoer van en naar de stad voor de hand. Maar die stap roept ook allerlei vragen op: Hoe kunnen transporteurs hun werk doen met elektrische voertuigen die regelmatig opgeladen moeten worden? Welke aanpak geeft de laagste kostprijs? Waar, wanneer en hoe snel gaan bestelwagens en vrachtwagens laden, en wat vraagt dat van het elektriciteitsnet?In opdracht van de Topsector Logistiek hebben Buck Consultants, CE Delft, Districon, de Hogeschool van Amsterdam, Panteia en TNO concreet uitgewerkt hoe elektrische stadslogistiek in de praktijk uitgevoerd zal worden. De regio Groot Amsterdam is als voorbeeld genomen. CE Delft heeft, gebaseerd op maatwerkdata van CBS over bestel- en vrachtwagens die de milieuzone Amsterdam bezoeken, berekend op welke locaties er een laadvraag verwacht kan worden. Hiervoor is de energiebehoefte ruimtelijk toegedeeld op postcode 4-niveau binnen COROP Groot-Amsterdam. Op basis van CBS-data over standplaatsen en herkomst en bestemmingsdata), en op basis van herkomst-bestemmingsdata uit het VENOM-verkeersmodel, wordt de impact op het elektriciteitsnet, het aantal benodigde laadpalen en de impact op de ruimte besproken. De optelling van al die individuele keuzes levert inzicht op waar, wanneer en hoe snel er geladen gaat worden. Daarmee kunnen netbeheerders en gemeenten plannen wat er aan infrastructuur en ruimte nodig is.