Deze publicatie geeft gerichte theoretische en praktische informatie ten behoeve van respectievelijk de gebruikers van de diverse machines en gereedschappen welke bij het omvormproces (dieptrekken, kraagtrekken, strekken, alsmede buigen en scheiden) worden gebruikt, geïnteresseerden in de betreffende processen, technische cursussen en opleidingen. De inhoud van deze publicatie behandelt de belangrijkste machines en gereedschappen, alsmede aanvullende informatie welke bij het vormgeven van dunne plaat van belang zijn. In de voorlichtingspublicaties VM 110 "Dieptrekken", VM 113 "Buigen" alsmede VM 114 "Scheiden" vindt u gegevens m.b.t. de diverse omvormprocessen en in VM 111 "Materialen" worden de hierbij gebruikte materialen behandeld. Deze voorlichtingspublicatie is een update van de in 2000 verschenen eerste druk, welke toentertijd is samengesteld door de werkgroep "Dieptrekken van dunne plaat, staal, aluminium". In het kader van een updateproject heeft het NIMR, inmiddels M2i (Materials innovation institute) geheten, geld ter beschikking gesteld om deze publicaties te vernieuwen en aan te passen aan de huidige stand der techniek.
DOCUMENT
Op de hogeschool van Utrecht en de Fontys hogescholen doen twee promovendi van de Technische Universiteit Delft onderzoek naar assemblage systemen voor miniatuurcomponenten. De nadruk ligt op het assembleren van elektronica-componenten door Pick-and-Place (P&P) machines op Printed Circuit Boards (PCB's). Deze P&P machines hebben een output van enkele duizenden componenten per uur per plaatsingskop. De snelste P&P-machine in het veld (2001) is de FCM II van Assembleon met een output van 6000 componenten per uur per plaatsingskop. De plaatsings nauwkeurigheid bedraagt 100 um. Het Doel van het onderzoek is output verhoging, met minimaal een factor 2, met behoud van plaatsingsnauwkeurigheid.
DOCUMENT
Eindrapport van het deelproject Veenmarktplaats. In het project is de afgelopen drie jaar (begin 2019-begin 2022) de waardecreatie en economische potentie onderzocht van verschillende natte teelten: lisdodde en cranberryteelt in combinatie met veenmos. De teeltaspecten van lisdodde zijn vastgelegd in de eindrapportage van het deelproject Paludicultuur. Binnen het project Veenmarktplaats lag de nadruk op de commerciële toepassing van lisdodde, vooral vanwege de marktvraag die tijdens dit project groeide vanwege duurzaamheidsambities van met name Bouwgroep Dijkstra Draisma (BGDD). BGDD heeft ambitie om lisdodde toe te passen als isolatiemateriaal in de vorm van inblaasisolatie. De vraag is onder welke voorwaarden lisdoddeteelt voor inblaasisolatie een economisch rendabel verdienmodel kan vormen voor boeren en ketenpartijen.
MULTIFILE
Fabrikanten van mobiele machines als rioolreinigers, graafmachines en aggregaten, hebben moeite om hun producten te verduurzamen. Relatief grote vermogens en lange bedrijfstijden, in combinatie met een beperkte toegang tot elektrische infrastructuur op de plek van inzet, maken batterij elektrische oplossingen minder geschikt. Nederlandse fabrikanten van mobiele machines laten hun oog daarom op waterstof vallen. Energiedrager waterstof, geproduceerd uit een duurzame bron, biedt via een brandstofcelsysteem op de machine en elektrificatie van de aandrijflijn de mogelijkheid grotere vermogens gedurende langere tijd zero-emission te realiseren. Grote fabrikanten van bijvoorbeeld personenauto’s of vrachtwagens zijn prima in staat de daarvoor benodigde kennis zelf in huis te halen en een dergelijke brandstofcelhybride aandrijflijn in enkele generaties door te ontwikkelen tot een commercieel product, volledig geoptimaliseerd voor de eigen toepassing. Mobiele machines kennen echter kleinere oplagen en dus ook kleinere fabrikanten, veelal MKB bedrijven, met bescheiden mogelijkheden. Zij kunnen ontwikkelingskracht halen uit samenwerking met vergelijkbare bedrijven met andere toepassingen. Een resultaat van zo’n samenwerking is bijvoorbeeld software om brandstofcelhybride aandrijflijnen te dimensioneren op basis van energievraagpatronen van de specifieke toepassing. Hoewel de toepassing anders is, kan de generieke dimensioneringssoftware prima worden gedeeld. Ook kunnen op module niveau hardware ontwerpen worden gedeeld om zo te versnellen met de realisatie van een eerste eigen brandstofcelhybride aandrijflijn. Het consortium van 25 partners met daaronder 16 MKB bedrijven streeft er dan ook naar dergelijke kennis en tools beschikbaar te krijgen voor de deelnemende partijen. Daarbij gewerkt op de volgende thema’s: dimensionering, verkrijgbaarheid componenten, besturing en energie management, veiligheid en vergunningen, de logistiek om waterstof bij de eigen toepassing te krijgen en de uiteindelijke kosten. Doelstelling van het consortium is om binnen het tweejarige project tot prototypen te komen, zodat projectresultaten kunnen worden gevalideerd en er al binnen de looptijd van het project een eerste kwantificeerbare emissie-reductie wordt behaald.
Middels een tweejarig praktijkonderzoek met proactieve en open samenwerking tussen meerdere ketenpartners en een kennisinstelling, de kansen en risico’s vastleggen van net-autonome waterstof aangedreven stroomvoorzieningen. Verschillende GWW-projecten worden gerealiseerd waarbij batterij-elektrische graafmachines, waterstof brandstofcelgeneratoren en gasvormige waterstof opslagtechnieken worden ingezet. Zowel kwantitatieve data (inzichten en vergunningsprocessen) wordt verzameld en opgenomen in een database.