Staatssecretaris Van Huffelen (Digitale Zaken) wil ambtenaren verplichten een ‘mensenrechten-impact-assessment’ uit te voeren bij nieuwe én bestaande algoritmes. Een goede ontwikkeling, vinden Quirine Eijkman en collega’s van het College voor de Rechten van de Mens. Maar dan met bindende discriminatietoets.
LINK
Het lectoraat Teaching, Learning & Technology onderzoekt de didactische inzet van technologie in leerprocessen. Hierbij kijkt het lectoraat naar thema’s als flexibilisering, gepersonaliseerd leren, activerende didactiek en de effecten van de inzet van technologie in de onderwijspraktijk en dan met name het hoger beroepsonderwijs. Wat tot op heden nog niet was onderzocht was of eerder uitgevoerd onderzoek een aantoonbare impact heeft gehad op de onderwijspraktijk. Dit onderzoek is de eerste fase in het inzichtelijk maken van de impact van onderzoek dat het lectoraat Teaching, Learning & Technology (TLT) van hogeschool Inholland heeft uitgevoerd. Er is daarbij gekeken naar onderzoek in de periode 2010 – 2021. De doelstelling is weer te geven hoe in eerder onderzoek beïnvloedbare impactfactoren zijn vormgegeven. Op basis van deze beschrijving kunnen wellicht aanbevelingen worden gedaan aan het lectoraat waarmee de impact van door hen uitgevoerd onderzoek in relatie tot deze factoren, vergroot kan worden. De onderzoeksvraag is: Hoe beschrijven belanghebbenden de impact van door het lectoraat Teaching, Learning & Technology uitgevoerd onderzoek in relatie tot de beïnvloedbare impactfactoren aangaande het onderzoek, de disseminatie en de (ervaren) gebruikswaarde? Voor het beantwoorden van deze onderzoeksvraag maakten we gebruik van een convergent mixed methods design, waarbij een nieuw conceptueel model als basis diende voor de analyse van data uit het praktijkonderzoek. Daarbij hebben we drie typen data verzameld, namelijk een kwalitatieve documentanalyse (N=31), een survey (N=6) en semi-gestructureerde interviews met participanten van de survey (N=4). Uit het onderzoek bleek dat belanghebbenden vooral de onderzoeker aanwijzen als primaire bron van impact. Impact begint en eindigt bij de onderzoeker, vooral in de mate waarin die zich inzet om het onderzoek relevant te maken en te laten aansluiten op vragen vanuit de onderwijspraktijk. Ten aanzien van de wijze waarop impact in toekomstig onderzoek kan worden bewerkstelligd, benoemen we een aantal aandachtspunten. Deze aanbevelingen zijn vooral gericht op de wijze waarop onderzoekers van het lectoraat gestructureerd aandacht kunnen besteden aan de vormgeving van de samenwerking en aan het concreet in beeld brengen van verwachtingen en beoogde impact in een vroegtijdig stadium.
Due to the existing pressure for a more rational use of the water, many public managers and industries have to re-think/adapt their processes towards a more circular approach. Such pressure is even more critical in the Rio Doce region, Minas Gerais, due to the large environmental accident occurred in 2015. Cenibra (pulp mill) is an example of such industries due to the fact that it is situated in the river basin and that it has a water demanding process. The current proposal is meant as an academic and engineering study to propose possible solutions to decrease the total water consumption of the mill and, thus, decrease the total stress on the Rio Doce basin. The work will be divided in three working packages, namely: (i) evaluation (modelling) of the mill process and water balance (ii) application and operation of a pilot scale wastewater treatment plant (iii) analysis of the impacts caused by the improvement of the process. The second work package will also be conducted (in parallel) with a lab scale setup in The Netherlands to allow fast adjustments and broaden evaluation of the setup/process performance. The actions will focus on reducing the mill total water consumption in 20%.
In the last decade, the automotive industry has seen significant advancements in technology (Advanced Driver Assistance Systems (ADAS) and autonomous vehicles) that presents the opportunity to improve traffic safety, efficiency, and comfort. However, the lack of drivers’ knowledge (such as risks, benefits, capabilities, limitations, and components) and confusion (i.e., multiple systems that have similar but not identical functions with different names) concerning the vehicle technology still prevails and thus, limiting the safety potential. The usual sources (such as the owner’s manual, instructions from a sales representative, online forums, and post-purchase training) do not provide adequate and sustainable knowledge to drivers concerning ADAS. Additionally, existing driving training and examinations focus mainly on unassisted driving and are practically unchanged for 30 years. Therefore, where and how drivers should obtain the necessary skills and knowledge for safely and effectively using ADAS? The proposed KIEM project AMIGO aims to create a training framework for learner drivers by combining classroom, online/virtual, and on-the-road training modules for imparting adequate knowledge and skills (such as risk assessment, handling in safety-critical and take-over transitions, and self-evaluation). AMIGO will also develop an assessment procedure to evaluate the impact of ADAS training on drivers’ skills and knowledge by defining key performance indicators (KPIs) using in-vehicle data, eye-tracking data, and subjective measures. For practical reasons, AMIGO will focus on either lane-keeping assistance (LKA) or adaptive cruise control (ACC) for framework development and testing, depending on the system availability. The insights obtained from this project will serve as a foundation for a subsequent research project, which will expand the AMIGO framework to other ADAS systems (e.g., mandatory ADAS systems in new cars from 2020 onwards) and specific driver target groups, such as the elderly and novice.