Het beroep van leraar is een prachtig, belangrijk, maar ook complex beroep is. En een beroep waarin leraren zich kunnen blijven vernieuwen en ontwikkelen.Doordat die ontwikkelingsmogelijkheden echter niet goed zichtbaar zijn, ontbreekt voor veel (toekomstige) leraren een inspirerend en uitdagend ontwikkelperspectief. Een beroepsbeeld waarin ontwikkelingsmogelijkheden zichtbaar zijn, kan leraren, schoolleiders en lerarenopleiders handvatten bieden om die ontwikkeling binnen het beroep vorm te geven en te ondersteunen. Daarnaast draagt zo’n beroepsbeeld bij aan een breed gedragen en gedeelde visie op het beroep en aan een gemeenschappelijke taal. En dat kan weer bijdragen aan een breder beeld van het lerarenberoep, aan een verdere uitwerking van beroepsperspectieven en ontwikkelingsmogelijkheden, en aan het wegwerken van systeemscheidingen.In de kern van deze publicatie wordt een beroepsbeeld geschetst waarin vier domeinen worden onderscheiden:• Het ondersteunen van het leren van leerlingen. • Het ontwikkelen van onderwijs.• Het organiseren van onderwijs. • Het ondersteunen van het leren van collega’s.Een leraar is in elk geval bekwaam en actief in het eerste domein, maar kan dat combineren met de drie andere domeinen. In elk van deze domeinen kunnen leraren zich ontwikkelen en verdiepen: van in opleiding, naar startend, naar ervaren, naar meesterschap. Tegelijk kunnen leraren gedurende hun loopbaan zich verbreden naar andere domeinen.Daarmee ontstaat een waaier aan ontwikkelingsmogelijkheden. Bij elk van die ontwikkelingsmogelijkheden spelen vier vraagstukken:1. Hoe krijgt een leraar toegang tot een nieuwe rol?2. Hoe wordt een leraar ondersteund bij het erkennen van aanwezige en verwerven van nieuwe kwaliteiten die voor die nieuwe rol nodig zijn?3. Hoe wordt een leraar in de nieuwe rol gefaciliteerd?4. Hoe wordt een leraar in die nieuwe rol erkend?Het beantwoorden van die vraagstukken vereist overleg op school- en bestuursniveau en op landelijk systeemniveau. De auteurs denken dat dit beroepsbeeld leraren, schoolleiders, lerarenopleidingen en het ministerie handvatten biedt om gezamenlijk verdere stappen te zetten bij het versterken en aantrekkelijker maken van het beroep van leraar.
Leerlingen verdienen een leraar die competent is, lesgeeft met passie en zich blijft ontwikkelen. Een kwalitatief hoogwaardige lerarenopleiding, waarin leren op de werkplek een belangrijk element is, zorgt voor zo’n beste leraar. Op de werkplek vindt zowel formeel als informeel leren plaats. Het leren op de werkplek is veelzijdig, authentiek, contextgebonden, gericht op socialisatie en betekenisverlening. Daarbij is zelfsturing door de lerende essentieel. Opleiden op de werkplek heeft als basis het verbinden van authentieke ervaringen met kennis en het stimuleren van zelfsturing door aanstaande leraren. Het lectoraat wil door middel van praktijkonderzoek een integratieve didactiek voor het leren op de werkplek ontwikkelen.
In de omgeving van de lerarenopleidingen zijn veel stakeholders en intermediaire organisaties actief die van invloed zijn op of ondersteunend (willen) zijn voor het werk van lerarenopleiders. Door de grote diversiteit van kennisgebieden en van organisaties en stakeholders is er geen sprake van een eenduidige kennisinfrastructuur die de totale kennis rond het opleiden van leraren ontsluit. Dat maakt het lastig voor (beginnende) lerarenopleiders om kennis en informatie eenvoudig te vinden en om goed op de hoogte te blijven van relevante ontwikkelingen. Doel van dit hoofdstuk is om lerarenopleiders meer wegwijs te maken in het vinden van voor hun werk relevante organisaties en bronnen. Dit hoofdstuk1 begin met een inleiding hoe je je tot dit externe netwerk kunt verhouden. Vervolgens wordt in drie blokken een uitgebreid overzicht gegeven van organisaties en bronnen. Eerst wordt ingegaan op de professionele en (vak) inhoudelijke landelijke infrastructuur: de activiteiten van de Vereniging Lerarenopleiders Nederland en algemeen professionaliseringsaanbod voor lerarenopleiders; de infrastructuur rond schoolvakken en vakdidactiek met portals op het terrein van algemene opleidingsdidactiek, samen opleiden, onderwijsinnovatie en onderwijsonderzoek. Het tweede blok verwijst naar (digitale) bronnen betreffende de beleidsmatige infrastructuur van lerarenopleidingen, speciale opleidingstrajecten en de kaders in wet- en regelgeving. Het laatste blok geeft informatie over relevante internationale organisaties en voor lerarenopleiders relevante tijdschriften.