Bundel bij het achtjarig bestaan van het lectoraat Integraal Jeugdbeleid. Overzicht van a) de opbrengsten b) toelichting op de onderzoeksthema’s Leren & Gedrag, Kind, Taal & Ontwikkeling; toekomstig talent, leefwerelden verbinden en Gezonde & Actieve leefstijl. c) prikkelende columns van onderzoekers en lectoren.
DOCUMENT
In dit hoofdstuk worden drie problemen geschetst waarvoor het integraal jeugdbeleid een oplossing moet bieden: vooruitkomen, beschermen en meedoen. De gekozen infrastructurele oplossingen (CJG’s en brede scholen bv) blijken vanuit historisch oogpunt weinig vernieuwend en wekken de suggestie dat deze vraagstukken definitief oplosbaar zijn. Dit is niet zo. Meer passend zouden zijn: professionele bescheidenheid en pedagogische bevlogenheid.
LINK
Hoofdstuk (65-67) in DIVERS: slotpublicatie van het ZonMw-programma Diversiteit en Jeugdbeleid
DOCUMENT
In dit boek wordt beschreven hoe gemeenten en instellingen diversiteit in het jeugdbeleid kunnen vormgeven en uitvoeren en welke winst er te behalen is met diversiteitgevoelig jeugdbeleid.
LINK
In dit boek wordt beschreven hoe gemeenten en instellingen diversiteit in het jeugdbeleid kunnen vormgeven en uitvoeren en welke winst er te behalen is met diversiteitgevoelig jeugdbeleid.
LINK
Aan het begin van deze eeuw lijken de eigen kracht van jeugdigen en ouders en de kracht van hun omgeving zowel uitgangspunt als doel van het jeugdbeleid en de praktijk. Welke theoretische en ideële concepten liggen hieraan ten grondslag? Is Nederland ‘over-geprofessionaliseerd’ als het gaat om opvoeden en opgroeien? Kan je simpelweg een deel van de professionals door vrijwilligers vervangen? Zijn we op zoek naar (nieuwe) opvoedingsidealen: van actief burgerschap tot alles eruit halen wat er in het individuele zelf zit? Of is het een vertaling van een steeds dominantere maatschappij- en mensvisie: iedereen kan alles, en wanneer dat niet lukt ben je zelf verantwoordelijk? Of is de roep om zorg voor onszelf toch niet meer dan een dekmantel voor bezuinigingen? En biedt jeugdbeleid en praktijk gericht op eigen kracht en zorg vanuit de directe omgeving, meer of juist minder kansen voor jeugdigen en de samenleving? Deze vragen hebben Jumelet & Wenink voorgelegd aan een keur aan schrijvers, onderzoekers en professionals die in de dagelijkse opgroei- en opvoedpraktijk werkzaam zijn. Met ‘Het meisje en het konijn’ en 24 andere essays krijgt u een kleurrijk palet van analyses, overdenkingen en overtuigingen. Stuk voor stuk geschreven door gepassioneerde spelers in de jeugdsector. Bekeken met pedagogische, bestuurlijke, filosofische, onderwijskundige en sociologische ‘brillen’. De antwoorden bieden u een mogelijkheid uw visie aan te scherpen en u te behoeden voor al te klakkeloze overname van richtinggevende concepten in het jeugdveld.
LINK
Het is alweer ruim een half jaar geleden dat Hervormingsagenda Jeugd eindelijk het levenslicht zag. Na heel veel en heel lang praten, zetten de betrokken partijen er in juni 2023 echt een handtekening onder. Met stevige implicaties voor gemeenten, aanbieders van jeugdhulp, professionals in de jeugdhulp én voor de rijksoverheid. Maar ook voor domeinen en sectoren die buiten de jeugdhulp liggen - denk aan het onderwijs. De ambities zijn hoog. Realisatie van de ambities heeft, zo zegt de Hervormingsagenda in ronkend ambtelijke taal, een besparingspotentieel van uiteindelijk € 1 mld. in 2027, met tot dat jaar een ingroeipad: de besparingen worden in de jaren tot 2027 lager ingeschat. Hoe dan ook, gemeenten moeten het de komende jaren met minder geld zien te redden. Gemeenten moeten het tij nu echt keren! Zij moeten het lef hebben om de komende jaren stevig te investeren in de basis, vanuit een stevige visie op integraal jeugdbeleid. De gelden van GALA en IZA kunnen benut worden voor langjarige investeringen in de pedagogische (en sociale) basis. Er is voldoende informatie voorhanden die hen daarbij kan ondersteunen. Zo is het faciliteren van ontmoeting belangrijk. Het inzetten op laagdrempelige inloopplekken voor jeugdigen en ouders. Of het inzetten op groepsgerichte vormen van preventie. Investeren gemeenten niet, dan voeren we over een aantal jaren opnieuw hetzelfde gesprek. Ja, het vraagt lef en het zal pijn doen. Het is de vraag of gemeenten daadwerkelijk hun nek uitsteken en kiezen voor dat waar het bij de Jeugdwet al om ging. Wie durft?
MULTIFILE
Aan het begin van deze eeuw lijken de eigen kracht van jeugdigen en ouders en de kracht van hun omgeving zowel uitgangspunt als doel van het jeugdbeleid en de praktijk. Welke theoretische en ideële concepten liggen hieraan ten grondslag? Is Nederland ‘over-geprofessionaliseerd’ als het gaat om opvoeden en opgroeien? Kan je simpelweg een deel van de professionals door vrijwilligers vervangen? Zijn we op zoek naar (nieuwe) opvoedingsidealen: van actief burgerschap tot alles eruit halen wat er in het individuele zelf zit? Of is het een vertaling van een steeds dominantere maatschappij- en mensvisie: iedereen kan alles, en wanneer dat niet lukt ben je zelf verantwoordelijk? Of is de roep om zorg voor onszelf toch niet meer dan een dekmantel voor bezuinigingen? En biedt jeugdbeleid en praktijk gericht op eigen kracht en zorg vanuit de directe omgeving, meer of juist minder kansen voor jeugdigen en de samenleving? Deze vragen hebben Jumelet & Wenink voorgelegd aan een keur aan schrijvers, onderzoekers en professionals die in de dagelijkse opgroei- en opvoedpraktijk werkzaam zijn.
MULTIFILE
De jeugd in Nederland ligt onder vuur. In een niet aflatende stroom van artikelen en commentaren wordt een beeld opgeroepen van grote groepen jongeren, die ongeïnteresseerd en belust op rottigheid de straat en de stad onveilig maken. Zo staat de Diamantbuurt symbool voor de sociale onrust rondom Marokkaanse en Antilliaanse jongeren. Het VMBO heeft een negatieve naam en wordt afgeschilderd als de vergaarbak van het Nederlandse onderwijs. De positie van allochtone jongeren op de arbeidsmarkt is slecht, ja schokkend volgens het Sociaal en Cultureel Planbureau (Volkskrant, Bussemaker, 2006). De werkloosheid is in vier jaar meer dan verdubbeld. In de steden zit 40 procent van de allochtone jongeren zonder werk. De berichten spreken verder van criminaliteit, teenmoeders, kindermishandeling en gebrek aan normen en waarden. Wat gaat er mis met de Nederlandse jeugd? Luid wordt geroepen om een ministerie voor jeugdbeleid, maar is dat het antwoord? En moeten we, voordat we zomaar in het wilde weg antwoorden formuleren, niet eerst onderzoeken welke oorzaken aan te wijzen zijn? Luid wordt geroepen om een ministerie voor jeugdbeleid, maar is dat het antwoord? En moeten we, voordat we zomaar in het wilde weg antwoorden formuleren, niet eerst onderzoeken welke oorzaken aan te wijzen zijn?
DOCUMENT
Dit artikel behandelt de eerste vier transformatiedoelen van de Jeugdwet. Hoe ver zijn we met de realisatie van deze transformatiedoelen, en wat zijn de dilemma’s en knelpunten bij de realisatie ervan? Wat maakt dat het wonderwoorden zijn? Bij elk transformatiedoel schetst de auteur een aantal van zijn observaties, mede geïnspireerd door onderzoek dat hij samen met anderen de afgelopen jaren heeft gedaan. Afsluitend gaat hij in op de implicaties voor het wonderwoord ‘professionele ruimte’, het vijfde transformatiedoel. “This is a post-peer-review, pre-copyedit version of an article published in 'Jeugdbeleid'. The final authenticated version is available online at: https://doi.org/10.1007/s12451-019-00218-7. LinkedIn: https://www.linkedin.com/in/robgilsing/
MULTIFILE