Combinatie van laagconjunctuur en vergrijzing dwingt organisaties om structurele, integrale en wellicht onorthodoxe maatregelen te gaan nemen op het gebied van de werkomgeving, waarbij met name het rendement verder moet worden verhoogd. Het aantal kenniswerkers neemt toe. Door de huidige trends en ontwikkelingen is er meer aandacht voor het rendement van de werkomgeving in relatie tot de performance van de organisatie en de medewerkers in de vorm van een zoektocht naar de eigen ideale werkomgeving. Scriptie masteropleiding Real Estate Management (University of Greenwich)
MULTIFILE
Combinatie van laagconjunctuur en vergrijzing dwingt organisaties om structurele, integrale en wellicht onorthodoxe maatregelen te gaan nemen op het gebied van de werkomgeving, waarbij met name het rendement verder moet worden verhoogd. Het aantal kenniswerkers neemt toe. Door de huidige trends en ontwikkelingen is er meer aandacht voor het rendement van de werkomgeving in relatie tot de performance van de organisatie en de medewerkers in de vorm van een zoektocht naar de eigen ideale werkomgeving. Scriptie masteropleiding Real Estate Management (University of Greenwich)
MULTIFILE
Dit artikel is een bewerking van het proefschrift. Hoewel dit artikel is toegespitst op het onderwijs omdat daar het promotieonderzoek heeft plaatsgevonden, lijken de opbrengsten ook bruikbaar in andere organisatiecontexten waar kenniswerkers zich geplaatst zien voor allerlei veranderingen.
Dit project betreft een haalbaarheidsonderzoek met als centrale vraag: Welke data zijn precies nodig om kenniswerkers te ondersteunen om een duurzame gezonde gedragsverandering binnen de werkomgeving vorm te geven en moeten die worden verwerkt en geanalyseerd om tot bruikbare informatie te komen?
Wereldwijd werken steeds meer mensen in een flexkantoor, met een mix van verschillende werk- en overlegplekken voor verschillende werkzaamheden. De opmars zet zich naar verwachting versterkt voort na de coronatijd. Of je dit moet vrezen of toejuichen, hangt af van je werk, je psychologische behoeften en je gedragspatronen, zo blijkt uit dit promotieonderzoek. Het werkplekconcept past goed bij stereotypische kenniswerkers: mensen in functies met diverse werkzaamheden en een hoge mate van autonomie en sociale interactie. Zij maken soepel gebruik van verschillende plekken om te werken, zowel binnen als buiten het kantoor. Deze groep ervaart een betere match tussen hun werk en de werkomgeving dan mensen met een ander profiel. De onderzoeksresultaten laten zien dat de ervaren 'fit' zich vertaalt naar tevredenheid en werkprestaties.Er valt in de praktijk nog veel te verbeteren bij de implementatie van het flexconcept, zodat meer mensen een goede match kunnen ervaren tussen hun werk en hun werkomgeving. De belangrijkste verbeterpunten betreffen de ondersteuning van concentratiewerk. Hiervoor zijn doorgaans veel te weinig geschikte werkplekken beschikbaar. Bovendien worden deze plekken vaak niet optimaal gebruikt, vanwege praktische en psychosociale barrières. Het gevolg is dat er veelvuldig concentratiewerk wordt uitgevoerd in open werkomgevingen. Dat is voor niemand optimaal en vooral hinderlijk voor mensen met een sterke psychologische behoefte aan privacy. De inzichten uit dit onderzoek kunnen in de praktijk worden gebruikt om de werkomgeving beter af te stemmen op de uiteenlopende behoeften binnen een organisatie.
Voldoende bewegen, genoeg slapen en de hoeveelheid zitten en beeldschermgedrag beperken is een vereiste voor een gezonde groei en ontwikkeling van jonge kinderen. Daarnaast wordt in de jongste levensfase de basis gelegd een leven lang bewegen door de ontwikkeling van motorische vaardigheden en het aanleren van actieve beweegroutines. De afgelopen jaren zijn de beweegpatronen van (jonge) kinderen steeds ongezonder geworden en de WHO heeft de toenemende fysieke inactiviteit wereldwijd bestempeld als een urgent probleem. Het doel van dit project is het ontwikkelen van een tool (checklist) om via een ‘whole systems approach’ een gezond 24-uurs beweeggedrag te stimuleren voor kinderen van 0 tot 6 jaar. Deze tool, bedoeld voor meerdere stakeholders zoals gemeenten, kinderopvang- en schooldirecteuren of leerkrachten en pedagogisch professionals, kan de basis vormen voor bewustwording, het ondernemen van actie, toetsing en mogelijk wet- en regelgeving. Items op de checklist zullen onder andere gericht zijn op beleid, scholing van leerkrachten en pedagogisch professionals, interactievaardigheden en de fysieke omgeving. De voorgestelde samenwerking tussen kennispartners in Nederland, Noorwegen en België in combinatie met de adviesraad zorgt voor een unieke basis om de ontwikkeling, implementatie, duurzame inzet en borging van deze tool succesvol te laten verlopen. Het project sluit daarbij ook naadloos aan bij de opgestelde landelijke kennisagenda rondom ‘van jongs af aan vaardig in beweging’ en is in lijn met de Europese onderzoek en innovatieagenda van Horizon Europe 2025-2027. De krachtige internationale netwerkvorming voorziet in een duurzaam karakter door een inhoudelijke expertise matching waarin partners van elkaar kunnen leren en hierdoor een sterke wisselwerking kan plaatsvinden, waarmee een krachtige (inter)nationale positie op het gebied van gezond, actief opgroeien van jonge kinderen kan worden ingenomen. Daarnaast heeft de (kennis)netwerkvorming een positieve weerslag op de regionale ‘twee-snelheden-uitdaging’ waarmee de Brainportregio kampt door een sterke internationale instroom van kenniswerkers.