Dit boek geeft fysiotherapeuten een actueel overzicht van kennis en vaardigheden om (kwetsbare) ouderen adequaat te onderzoeken en behandelen. Uitgaande van gezond ouder worden en de daarbij beinvloedende factoren zal de transfer worden gemaakt naar de oudere bij wie het allemaal wat moeizamer en gecompliceerder verloopt
LINK
Dit boek geeft fysio- en kinesitherapeuten een actueel overzicht van kennis en vaardigheden om (kwetsbare) ouderen adequaat te onderzoeken en behandelen met oog voor de fysieke aspecten én voor de psychische, sociale en omgevingsfactoren.Deze tweede, geheel herziene editie van Geriatrie in de fysiotherapie en kinesitherapie bestaat uit twee delen: een boek en een online beschikbaar deel. In het eerste deel komt de kennis aan bod over de reguliere veroudering, de rol en kracht van de therapeut, en het klinisch redeneren. Ook worden de veranderingen in de grofmotorische eigenschappen beschreven (spierfunctie, mobiliteit, posturale controle en uithoudingsvermogen) en een twaalftal bijzondere aandachtsgebieden zoals onder andere dementie, vallen, hulpmiddelen en farmacotherapie.Online volgen in het tweede deel de vaardigheden op het gebied van onderzoek en behandeling. Daarin staat veelvoorkomende casuïstiek op cardiovasculair, respiratoir, orthopedisch, neurologisch en oncologisch vlak. Dit digitale deel is een heus ‘groeiboek’. Aan de basiscasuïstiek worden de komende jaren telkens nieuwe casussen toegevoegd.Het boek richt zich op fysio- en kinesitherapeuten, oefentherapeuten, ergotherapeuten en alle andere zorgprofessionals die betrokken zijn bij de zorg voor ouderen.
LINK
Jaarboek fysiotherapie met als thema psychosomatiek/psychologische benaderingen binnen de fysiotherapie
DOCUMENT
Het proces waarmee de fysiotherapeut/kinesitherapeut tot een eigen diagnostiek komt, heet klinisch redeneren of in het Engels ‘clinical reasoning’ of ‘diagnostic reasoning’. Klinisch redeneren wordt gedefinieerd als het proces waarin de therapeut, in interactie met de patiënt en anderen (zoals familie en andere zorgprofessionals), tot een goed onderbouwde fysiotherapeutische/kinesitherapeutische diagnostiek komt waarin evidence-based of evidence-informed practice is geïntegreerd
LINK
In dit hoofdstuk staat de plaats van klinische expertise binnen Evidence-based practice centraal. Allereerst wordt een korte schets gegeven van de ontwikkeling van EBP. Vervolgens wordt ingezoomd op de bijdrage van klinische expertise aan EBP. In het bijzonder wordt stilgestaan bij instrumenten om klinische expertise te expliciteren en te toetsen.
LINK
Objective. There are no Dutch language disease-specific questionnaires for patients with patellofemoral pain syndrome available that could help Dutch physiotherapists to assess and monitor these symptoms and functional limitations. The aim of this study was to translate the original disease-specific Kujala Patellofemoral Score into Dutch and evaluate its reliability. Methods. The questionnaire was translated from English into Dutch in accordance with internationally recommended guidelines. Reliability was determined in 50 stable subjects with an interval of 1 week. The patient inclusion criteria were age between 14 and 60 years; knowledge of the Dutch language; and the presence of at least three of the following symptoms: pain while taking the stairs, pain when squatting, pain when running, pain when cycling, pain when sitting with knees flexed for a prolonged period, grinding of the patella and a positive clinical patella test. The internal consistency, test–retest reliability, measurement error and limits of agreement were calculated. Results. Internal consistency was 0.78 for the first assessment and 0.80 for the second assessment. The intraclass correlation coefficient (ICCagreement) between the first and second assessments was 0.98. The mean difference between the first and second measurements was 0.64, and standard deviation was 5.51. The standard error measurement was 3.9, and the smallest detectable change was 11. The Bland and Altman plot shows that the limits of agreement are 10.37 and 11.65. Conclusions. The results of the present study indicated that the test–retest reliability translated Dutch version of the Kujala Patellofemoral Score questionnaire is equivalent of the test– retest original English language version and has good internal consistency. Trial registration NTR (TC = 3258). Copyright © 2015 John Wiley & Sons, Ltd.
DOCUMENT
Wat kun je doen om de participatie van burgers in de Nederlandse samenleving te bevorderen? En welke rol spelen sociale professionals daarbij? Het lectoraat Participatie en Maatschappelijke Ontwikkeling doet onderzoeknaar deze vragen. ‘Het kan gaan om de participatie van kwetsbare en niet kwetsbare mensen’, zegt lector Stijn Verhagen. ‘In veel gevallen benaderen we het vraagstuk vanuit de preventie en niet vanuit het zoeken naar oplossingen van problemen die er al zijn. Het werkveld voor ons lectoraat is heel breed, sport is hier maar één van de thema’s. Centraal staat steeds de vraag met welke interventies je ervoor kunt zorgen dat mensen meedoen aan de samenleving.
DOCUMENT
DOCUMENT
In de periode 2008-2010 hebben onderzoekers en studenten de vaktherapie onderzocht die wordt gebruikt in de behandeling van jonge delinquenten in zes justitiële jeugdinrichtingen en instellingen voor gesloten jeugdzorg. Ze ontwikkelden interventies voor beeldende therapie, dansbewegingstherapie, dramatherapie, muziektherapie en psychomotorische therapie.
DOCUMENT
"Het thema ‘resonanties’ van Creatieve Therapie staat centraal. Maar hoe valt dat resoneren filosofisch te begrijpen? Twee aspecten ervan worden belicht: een inhoudelijke en een organisatorische. Wat betreft de inhoudelijke kant wordt gepleit voor een specifiek denken van relationele lichamelijkheid in de verhouding therapeut-cliënt bij het inzetten van kunstzinnige therapie. Daartoe passeren verschillende Franse denkers de revue: Merleau-Ponty (fenomenologie) en Nancy respectievelijk Lyotard (differentiedenken). Wat betreft de organisatorische kant wordt betoogd dat even zo goed sprake kan zijn van resonanties van creatieve therapie. De etymologie van het woord ‘organiseren’ wijst al in die richting. Denken in metaforen is dan nodig. Aldus wordt bijgedragen aan de ontwikkeling van een onderliggende filosofie van de betekenis en het belang van kunstzinnige therapie, in het bijzonder haar resoneren. Voorgesteld wordt, om daarbij uit te gaan van het filosofische concept van lichamelijke verbondenheid in beweging." - Uit het programma
DOCUMENT