Een enthousiast publiek van ondernemers, sprekers en kritische vrienden kwam tijdens de MKB Ondernemersavond samen om kennis te maken met de Kritische Vriend Methode. Wat is de meerwaarde van kritische vrienden? Hoe helpt het ondernemers vooruit in hun business? En hoe zijn de eerste bevindingen met de kritische vrienden? We blikken samen met ondernemers, sprekers en kritische vrienden terug op deze veelbelovende avond...
DOCUMENT
In november hebben de Kritische Vrienden van de Lerarenagenda een advies uitgebracht aan de bewindslieden van OCW over ontwikkelmogelijkheden en loopbaanpaden voor leraren. De kritische vrienden is een groep leraren, schoolleiders en lerarenopleiders die door de minister en staatssecretaris is ingesteld met als doel om de ontwikkeling en implementatie van de Lerarenagenda 2013-2020 kritisch te volgen. In het nieuwste advies gaan Marco Snoek en de andere leden van de Kritische Vrienden in op het belang van een samenhangende visie op ontwikkeling en loopbaanpaden van leraren, waarbij het perspectief van de leraar, ondersteuningsstructuren, loopbaanstructuren, competentiestructuren en lokale schoolculturen en –structuren in samenhang bekeken worden. Tevens schetsen de Kritische Vrienden drie modellen voor loopbaanpaden van leraren: Een model waarbij het individuele ondernemerschap van een leraar centraal staat Een model waarin sprake is van gestructureerde loopbaanpaden gekoppeld aan gerichte scholingstrajecten die daar op aansluiten (vergelijkbaar met het model in Singapore, zie het rapport van Louise Elffers hierover: Versterking van de loopbaanladder van leraren: wat kunnen we leren van Singapore? ) Een model waarbij teams centraal staan en waar binnen teams afspraken gemaakt worden wie voor welke periode een bepaalde rol op zich neemt. Dit laatste model heeft de voorkeur van de Kritische Vrienden omdat het minder statisch en meer flexibel is dan de bestaande loopbaanpaden via de functiemix. Het advies sluit nauw aan bij een rapport vanuit de Europese Commissie over de ontwikkeling van leraren: ‘Shaping career-long perspectives on teaching’
DOCUMENT
Vanuit de visie dat (a) mogelijkheden voor een vraagstuk samen onderzocht moeten worden en dat (b) verkennen gepaard gaat met ondernemend gedrag, verwondering en verrassing, is deze uitgave geschreven. Deze verhaalt over één initiatief in het bijzonder: de labs Ontdekkingsstraten. Deze hebben plaatsgevonden in Assen en Hardenberg met ondernemers, overheden en studenten van de Hanzehogeschool Groningen en het Alfa-college Hardenberg.De labs Ontdekkingsstraten willen de retail in de binnenstad van Assen en Hardenberg versterken. De labs zijn gerelateerd aan het landelijke project Future-Proof Retail, een initiatief van 23 samenwerkende organisaties met steun van Stichting Detailhandelsfonds. Bij de labs wordt de methode kritischevriend gebruikt; deze is ontwikkeld door middel van design-based onderzoek door het lectoraat Ondernemen in Verandering van de Hanzehogeschool Groningen en het Alfa-college. De kritischevriendmethode bestaat uit een drietal fasen die samen met de proloog de structuur van deze uitgave vormen.
DOCUMENT
Marco Snoek - Bij het schrijven van de Lerarenagenda 2013-2020 heeft het ministerie van OCW geprobeerd om de wurggreep van wantrouwen en cynisme te doorbreken die de laatste jaren in de Nederlandse onderwijspolder is ontstaan.
LINK
Voor de derde keer op rij organiseren we een lunchlezing als een gecombineerd initiatief van het Kennisprogramma Complexiteit van Hogeschool Utrecht (lectoraten Normatieve Professionalisering en Methodologie van Praktijkgericht Onderzoek) en de Musework van het lectoraat Kunst en Professionalisering van Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU). Het thema van Musework 2021 is Kritische Kwaliteit. De lunchlezing richt zich hierbinnen op het essentiële principe van 'critical friends'. In onze werkpraktijk ontwikkelen we ons, we maken dingen, we leggen relaties, we drukken ons uit. Wie zijn in dit proces onze kritische vrienden geweest? Wat hebben we van wie geleerd? Door ondersteuning? Of juist (ook) door schuring? Hoe brengen kritische vrienden ons verder in onze praktijk? In onze persoonlijke en professionele ontwikkeling? In onze verhouding tot het leven? Wat betekent dit voor de onderlinge vriendschap? Deze lunchlezing zet dit thema letterlijk op het podium. We worden getuigen van kritische vrienden (vier vrienden en hun instrumenten) die al enkele jaren samenwerken vanuit de HKU en de HU en elkaar hebben ondersteund en uitgedaagd. Samen pakken de sprekers het thema 'kritische vriendschap' nader uit.
YOUTUBE
Demand Driven Care plays a key role in the modernization of the Dutch health care system. This modernization is needed because a) clients needs for care increases quantitatively as well as in diversity, b) the financial means for collective services are inadequate, c) the accessibility of health care will depend on clients own responsibility, and d) shortage of professional care givers is foreseen. In the Netherlands, the need for professional care givers increases with an average of 2% every year. Demand Driven Care is an instrument for liberalization of public activities. The Faculty Chair Demand Driven Care focuses on those activities that will contribute to sufficient care supply. Within the program of the chair, activities are executed under the theme of Integrated Care, Substitution, Patient Centred Care, and Home Care Technology with an emphasis on gerontechnology. The Faculty Chair wants to contribute to a better integration and coherence in care. So that clients live and function independently as long as possible and are able to enhance their self management. In addition, health care professionals should be aware of demand driven processes and should have a demand driven attitude towards clients.
DOCUMENT
Boekbespeking van Sherrie Turkle, 2011, Alone Together: Why We Expect More from Technology and Less from Each Other. New York: Basic Books. Mails, sms’jes, instant messages, tweets, Skype, voicemails, Facebookberichten – via smartphones en andere apparaten zijn we vrijwel non-stop in contact met vrienden en anderen. Via chatboxen en games ontmoeten we nieuwe vrienden en voor wie graag nog meer contact wil zijn er de elektronische apparaten die graag met ons willen praten. In Amerikaanse verzorgingshuizen kletsen sociable robots lekker aan tegen demente bejaarden. Het Japanse hotel Ohnoya biedt tweepersoonskamers aan voor alleenstaande mannen en hun digitale vriendin, inclusief dubbel gedekte dinertafels. In Nederland (en elders) speelden kinderen reeds eind jaren negentig met robothuisdieren als Furby en Tamagotchi, en laat de nieuwste iPhone-knuffel Talking Carl na een aai over zijn buikje graag merken hoezeer hij is gesteld op zijn relatie met jou.
DOCUMENT
Eindrapportage Doel van het project is om kennis te genereren om zorg en ondersteuning rond mensen met NAH te verbeteren. Het gaat hier in het bijzonder om de ondersteuning van familieleden als mantelzorgers en andere informele inzet, zoals van vrienden en buurtgenoten
DOCUMENT
Het onderzoek in dit proefschrift richt zich op de introductie van onderzoek in het curriculum van een pabo. Het doel was om een aantal theoretisch en empirisch onderbouwde design-principes te genereren die ten grondslag zouden moeten liggen aan een introductiecursus 'onderzoek' gericht op de ontwikkeling van onderzoekskennis en -vaardigheden, positieve opvattingen en en een positieve houding ten aanzien van onderzoek bij tweedejaars pabostudenten. Bij de opzet van het onderzoek is een ontwerpgerichte aanpak gebruikt. Er heeft een literatuurstudie plaatsgevonden met als doel design-principes te formuleren die in theorie een positieve invloed hebben op het leren van studenten over onderzoek. Deze principes zijn als uitgangspunt genomen om de introductiecursus te ontwikkelen. Deze cursus is twee keer uitgevoerd en onderzocht: in een pilotstudie en een tweede studie één (studie)jaar later. De centrale onderzoeksvraag van dit promotieonderzoek luidde als volgt: Welke design-principes van een introductiecursus in onderzoek in een pabocurriculum dragen bij aan de ontwikkeling van onderzoekskennis en -vaardigheden, positieve opvattingen en een positieve houding ten aanzien van onderzoek, en op welke manier dragen zij daaraan bij? Studentvragenlijsten, concept maps en groepsinterviews zijn gebruikt om de bijdrage van de introductiecursus aan de doelen (ontwikkeling van positieve opvattingen/houding, kennis en vaardigheden m.b.t. onderzoek) vast te kunnnen stellen. Samenvattend kan geconcludeerd worden dat het mogelijk is om in een pabo een introductiecursus 'onderzoek' te ontwikkelen waarin pabostudenten onderzoekskennis en -vaardigheden ontwikkelen, tezamen met positieve opvattingen en een positieve houding ten aanzien van onderzoek. De bevindingen van de studies in dit proefschrift geven aan dat het belangrijk is om onderzoek in het begin van de opleiding te introduceren. Er lijken twee 'karakteristieken' voor het slagen van een dergelijke cursus essentieel te zijn. Ten eerste is het van belang om zoveel mogelijk voorbeelden van onderzoek uit de onderwijspraktijk te gebruiken. Niet alleen voorbeelden van onderzoek door leraren, maar ook voorbeelden van hoe onderzoek en onderzoeksvaardigheden een plek hebben in de dagelijkse praktijk van de leraar (zoals bij het analyseren van leerlinggegevens of het construeren van een goede toets). Ten tweede noemden de studenten de 'onderzoeksmatige' opzet van de bijeenkomsten in de cursus als waardevol. Het stimuleren van het delen van voorkennis en concepties, daarover discussiëren en het 'moeten' onderbouwen van meningen en opvattingen droegen niet alleen bij aan de kennisontwikkeling, maar ook aan de ontwikkeling van een kritische houding en inzichten in de waarde en toepassingsmogelijkheden van onderzoek in de onderwijspraktijk. Docenten in lerarenopleidingen die zich bezighouden met onderzoeksactiviteiten zouden volgens de studenten niet alleen experts moeten zijn op het gebied van onderzoek, maar ook in staat moeten zijn om deze expertise door te vertalen naar een 'onderzoeksmatige' leeromgeving tijdens de cursusbijeenkomsten.
DOCUMENT
Deze paper geeft antwoord op de vraag welke betekenis toegang tot recht heeft in wetenschappelijke literatuur, hoe dit in de wet verankerd en in beleid vorm krijgt en hoe zich dit verhoudt tot andere landen. Daartoe wordt ook beschreven welke ontwikkelingen er zijn in de manieren waarop burgers toegang tot recht in praktijk (proberen te) realiseren. Het doel is inzicht te krijgen in de betekenis van toegang tot recht en ‘de staat van’ toegang tot recht in Nederland. De paper heeft de volgende structuur. Hij vangt aan met een verkenning van wetenschappelijke literatuur over de betekenis en het belang van toegang tot recht als ideaal in een moderne rechtsstaat. Dan een beschrijving van de juridische achtergrond en de ontwikkelingen in beleid. Er lijkt grote consensus over de wenselijkheid van toegankelijkheid van het recht voor burgers in algemene zin, maar er zijn recent veel wettelijke en beleidsmatige veranderingen doorgevoerd die invloed hebben op de toegankelijkheid van het recht. Ten slotte volgen enkele kritische kanttekeningen bij ontwikkelingen die deze toegankelijkheid beperken. Er zitten risico’s aan de huidige nadruk op (juridische) zelfredzaamheid van burgers in een complexe samenleving met zoveel regeldrukte als de onze.
DOCUMENT