Maatjesprojecten zijn er in alle soorten en maten. Volgens de geinterviewde ama's verruimen deze projecten hun leefwereld door contacten en activiteiten buiten het opvangcentrum. De rol van hun maatje is hen niet altijd duidelijk. Weten wat ze van een maatje en het contact kunnen verwachten wordt belemmerd door de taalbarriere, maar ook door onbekendheid met de mores en gewoontes van professionele en vrijwillige begeleiders in Nederland. Vanuit het perspectief van de jongeren is niet de rol of kwaliteiten van het maatje doorslaggevend, maar de daadwerkelijke betrokkenheid bij hun situatie. Zowel leeftijdgenoten kunnen als maatje van betekenins zijn, maar ook volwassenen - professionals en vrijwilligers - die aandacht geven, hen stimuleren en ondersteunen.
DOCUMENT
Maatjes- en mentorprojecten zijn er in alle soorten en maten. Vaak bedoeld om kwetsbare jongeren een steuntje in de rug te geven. Maatjestrajecten zijn tijdelijk, dat weten mentoren en mentees. Maar wat gebeurt er met de mentee na het afscheid? Wat betekent dat afscheid voor de jongeren die vaak maar een heel klein netwerk hebben?
DOCUMENT
De vooronderstelling is dat, in het licht van deze transformatie van zorg er bij professionals en organisaties grote behoefte is aan kennis en handvatten om gerichte ondersteuning te geven aan informele zorg. Hoewel er al veel gepubliceerd is over mantelzorg, vrijwillige zorg en netwerkontwikkeling is deze kennis nog niet altijd bij uitvoerende instanties terecht gekomen. Tegelijkertijd zijn er goede praktijken waarbij de kennis niet verder reikt dan de eigen organisatie. Binnen het project Samenspel formele en informele zorg is door professionals, informele zorg en docent- en studentonderzoekers gewerkt aan het verzamelen en ontwikkelen van professionele kennis, vaardigheden en attitude om de professionele ondersteuning van informele zorg effectief te laten zijn en te weten aan welke voorwaarden voldaan moet worden. Binnen het project richten we ons op specifiek op de ondersteuning van informele zorg wanneer er sprake is van dementie, niet-aangeboren hersenletsel (NAH) of een licht verstandelijke beperking (LVB). We hebben daarbij gezocht naar overeenkomsten en verschillen tussen deze drie sectoren. In dit rapport zullen de resultaten worden beschreven. Hoewel we in het project uitgaan van een integrale benadering zullen er verschillende perspectieven worden uitgelicht
DOCUMENT
Het PD-voorstel richt zich op het verbeteren van de ondersteuning van mannen met ongeneeslijke prostaatkanker in de palliatieve fase. De stip op de horizon is een samenleving waarin deze patiënten thuis optimaal worden ondersteund in gezondheid en welzijn, met een soepele samenwerking tussen zorgprofessionals, sociaal werkers, naasten en vrijwilligers – zonder versnippering of bureaucratie. Vanwege het dreigende zorginfarct in 2040 en een toenemende zorgvraag, is integrale samenwerking tussen de domeinen gezondheid en welzijn noodzakelijk. Patiënten met uitgezaaid prostaatkanker worden geraakt op alle levensgebieden; daarom is naast medische zorg ook sociale ondersteuning cruciaal. Sociaal werkers zijn betrokken via individuele begeleiding en het versterken van de sociale basis in wijken (zoals maatjesprojecten en gezamenlijke activiteiten). Verpleegkundigen hebben vaak beperkte kennis van deze sociale basis, waardoor samenwerking met sociaal werkers onvoldoende van de grond komt. Zonder deze integratie dreigt versnippering, overbelasting en verminderde kwaliteit van leven voor patiënten. Met samenwerking ontstaat gezamenlijke verantwoordelijkheid en versterking van de sociale basis, wat leidt tot betere kwaliteit van leven en zorg. Het PD-traject beoogt systemische veranderingen op drie niveaus: 1. Verandering van systeemkenmerken: samenwerking tussen zorg en welzijn stimuleren, inclusief een verandering in beroepshouding. 2. Verandering op systeemniveau: ondersteuning anders organiseren door laagdrempelig samenwerken te bevorderen en beleidsmatige invloed aan te wenden. 3. Aanpassingen in de praktijk: interprofessionele samenwerking verankeren in opleidingen en praktijk, o.a. via proeftuinen, MDO’s en co-creatie.
In een maatjesproject wordt een deelnemer met een ondersteuningsbehoefte gekoppeld aan een vrijwilliger die deze ondersteuning kan bieden. Een professionele organisatie zorgt voor de werving, training, koppeling en ondersteuning van de maatjes. In een tijd van toenemende druk op de formele zorg en een toegenomen beroep op vrijwilligers, is de groeiende populariteit van maatjesprojecten niet verrassend. En juist in een tijd waarin leefwerelden steeds meer van elkaar gescheiden zijn, bieden maatjesprojecten mensen de mogelijkheid om ‘buiten de eigen bubbel’ te komen en ‘anderen’ te leren kennen. De ambitie van maatjesprojecten is om positieve veranderingen te realiseren. Maar welke impact hebben zij nu eigenlijk en hoe kunnen ze deze impact vergroten? Meerdere maatjesprojecten gaven aan dat hier een belangrijke kennisbehoefte voor hen ligt. Waar eerder onderzoek uitkomsten beschrijft voor deelnemers met een ondersteuningsbehoefte – zoals beter welbevinden, meer sociaal contact, en horizonverbreding – is er veel minder bekend over de uitkomsten voor vrijwilligers die hen ondersteunen. En hoewel bredere maatschappelijke impact vaak aannemelijk wordt geacht, is onderzoek hiernaar beperkt. In dit onderzoeksvoorstel, met als titel ‘Maatjes met Impact’ beschrijven we hoe wij aan deze kennisbehoefte willen bijdragen, met als centrale onderzoeksvraag: Welke impact hebben de maatjesprojecten op de deelnemers, de vrijwilligers en de bredere samenleving, en hoe kunnen de organisaties van de maatjesprojecten deze impact vergroten? We kijken op drie manieren naar impact. Eerst bekijken we impact vanuit 1) doeltreffendheid, dat gaat over vooropgestelde en beoogde doelen en 2) betekenisgeving, dat de bredere veranderingen omvat die betrokkenen zelf ervaren. Vervolgens stappen we over naar 3) vakmanschap: hoe kunnen maatjesprojecten verder professionaliseren en hun impact vergroten. We zetten hiervoor verschillende methoden in, zoals Theory of Change sessies, de Effectencalculator, interviews en vragenlijsten. Regelmatige leersessies faciliteren dat maatjesprojecten leren hoe zij hun eigen impact kunnen vergroten, en leren van elkaars ervaringen.