Rond 40% van de mbo-studenten van niveau 4 kiest na diplomering voor doorstuderen in het hbo. Een overgang die voor menigeen problemen oplevert. Het percentage uitvallers in het eerste jaar is aanzienlijk. Hoe komt dat, waar liggen de struikelblokken en: wat te doen om die transitie soepeler te laten verlopen? Zijn mbo’ers wel ‘weerbaar en wendbaar’ genoeg voor het hbo?
DOCUMENT
Full text via link. MBO Utrecht Academie Welzijn (niveau 3 en 4) en de Utrechtse buurtteamorganisatie Lokalis willen komen tot een samenhangende aanpak voor MBO-studenten met psychische problemen, gericht op inclusie en het voorkomen van uitval. Hiervoor is allereerst een gezamenlijke visie op de integrale begeleiding en ondersteuning van MBO-studenten met psychische problemen ontwikkeld, met de jongeren en ouders zelf, studieloopbaanbegeleiders en andere MBOmedewerkers, medewerkers van het Buurtteam MBO, en andere externe hulpverleners en betrokkenen. In deze visie worden de verschillende perspectieven (student, onderwijs, hulp en gemeente) in één conceptueel kader verenigd, als gemeenschappelijke basis voor een samenhangende aanpak.
LINK
Dit is de publieksrapportage van 4,5 jaar onderwijsonderzoek naar kritisch burgerschapsonderwijs in het mbo. In deze publieksrapportage worden bevindingen en geleerde lessen gedeeld. Er is, met hulp van subsidie van het Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek, gewerkt aan een doordachte weergave van onderwijs waar burgerschapsvorming, bildung en beroepsvorming samenkomen door kritisch denken. Er is onderwijsmateriaal ontwikkeld, gewerkt aan docentprofessionalisering en stevig ingezet op kennisdeling. De wisselwerking tussen het mbo, hbo en wo is zeer vruchtbaar geweest. Het mbo was leidend en er is veel kennis ontwikkeld voor beide ROC’s. Daarnaast heeft het lessen opgeleverd voor lerarenopleidingen, voor mbo-partners en het verdere onderwijsfilosofische discours. Dit delen we in deze publieksrapportage.
DOCUMENT
De leidraad ondersteunt mbo-instellingen om zich tot lerende organisaties te ontwikkelen. In een mbo-school als lerende organisatie verbeteren docenten, opleidingsteams en schoolleiders hun onderwijs op een onderbouwde en duurzame manier. Door zich te verdiepen in bestaande kennis, ervaringen te delen, van elkaar te leren en samen te werken. Het doel van deze leidraad is om docenten, opleidingsteams en schoolleiders kennis en handvatten te bieden om zich tot een lerende organisatie te ontwikkelen. We verbinden kennis uit onderzoek aan kennis en ervaringen van docenten. Ook bieden we handvatten om de manier van duurzaam werken aan kwaliteitsverbetering te kunnen verankeren in de cultuur van de mbo-instelling. Aan de hand van de zes aanbevelingen in deze leidraad, werk je toe naar een lerende organisatie. In aanbeveling 1 en 2 focus je op het onderzoeksmatig en cyclisch werken aan onderwijsverbetering en in aanbeveling 3 t/m 6 werk je aan het creëren van een onderzoekscultuur: Kom tot een onderbouwd en gedragen verbeterplan Zorg voor een proces van uitvoeren, monitoren, bijstellen en borgen Stimuleer een onderzoekende houding Stimuleer samen leren in het team Benut kennis en expertise Creëer een schoolklimaat waarin leiderschap wordt gespreid
MULTIFILE
De leidraad ondersteunt mbo-instellingen om zich tot lerende organisaties te ontwikkelen. In een mbo-school als lerende organisatie verbeteren docenten, opleidingsteams en schoolleiders hun onderwijs op een onderbouwde en duurzame manier. Door zich te verdiepen in bestaande kennis, ervaringen te delen, van elkaar te leren en samen te werken. Het doel van deze leidraad is om docenten, opleidingsteams en schoolleiders kennis en handvatten te bieden om zich tot een lerende organisatie te ontwikkelen. We verbinden kennis uit onderzoek aan kennis en ervaringen van docenten. Ook bieden we handvatten om de manier van duurzaam werken aan kwaliteitsverbetering te kunnen verankeren in de cultuur van de mbo-instelling. Aan de hand van de zes aanbevelingen in deze leidraad, werk je toe naar een lerende organisatie. In aanbeveling 1 en 2 focus je op het onderzoeksmatig en cyclisch werken aan onderwijsverbetering en in aanbeveling 3 t/m 6 werk je aan het creëren van een onderzoekscultuur: Kom tot een onderbouwd en gedragen verbeterplan Zorg voor een proces van uitvoeren, monitoren, bijstellen en borgen Stimuleer een onderzoekende houding Stimuleer samen leren in het team Benut kennis en expertise Creëer een schoolklimaat waarin leiderschap wordt gespreid
MULTIFILE
In Groningen werken twee grote mbo-instellingen, het Noorderpoort en het Alfa-college, samen om mbo-studenten kennis en mogelijkheden te bieden voor een gezonde leefstijl. De Hanzehogeschool leidt professionals op die studenten kunnen ondersteunen bij en motiveren voor een gezonde leefstijl. De afgelopen jaren heeft het mbo een steeds sterkere positie gekregen binnen de afstudeermogelijkheden van de ALO in Groningen. Deze mogelijkheden worden versterkt door de Innovatiewerkplaats Vitaal MBO. Binnen de Innovatiewerkplaats geven studenten, docenten, onderzoekers en andere betrokken partijen samen handen en voeten aan de gezonde leefstijl van mbo-studenten en een gezonde leef- en werkomgeving voor de mbo-studenten. Daarbij moeten niet alleen gezondheidsprofessionals, maar ook andere professionals met elkaar gaan samenwerken, zodat er meerdere aspecten van leefstijl tegelijkertijd ondervangen kunnen worden. Deze jeugd komt daarmee niet alleen in beweging, maar kan zich op meerdere vlakken van vitaliteit en gezondheid ontwikkelen.
DOCUMENT
The focus of the thesis is an exploration into students’ vocational knowledge in the context of Dutch vocational education and training (VET). The reason students’ vocational knowledge requires exploration is because there is no consensus among scholars in the field of VET about how to theorise the nature of students’ vocational knowledge; most (not all) scholars rely on dichotomous conceptualisations, such as theory versus practice, general versus specific or explicit versus implicit. However, such commonly used dichotomies are not very helpful to understand the complex nature of vocational knowledge. Vocational knowledge is more than putting bits of theoretical and practical knowledge together, it is characterised by sometimes-intimate relationships between knowledge and actions. As a result of the above-mentioned gap in the VET literature, there is little empirical research on how VET students develop vocational knowledge and the extent to which this is occupation-specific knowledge. To understand students’ vocational knowledge, four different aims are formulated and carried out in four studies. The aim of the first study is to identify powerful vocational learning environments to enable the selection of a case that represents high quality vocational learning and teaching. With an eye on analysing students’ vocational knowledge, the second study aims to conceptualise the nature of vocational knowledge that avoids dichotomies. Therefore, two conceptual frameworks are integrated; the idea of contextualising is introduced which is based on cultural-historical theory to highlight the crucial role activity plays in knowledge development and to understand the relationships between the mind (i.e., what people think (and feel)), and action (i.e., what people do). Secondly, the theory is supplemented with ideas from inferentialism, a philosophical semantic theory of meaning to provide a useful way to focus on students’ processes of knowing and to reveal students’ vocational knowledge in terms of ongoing reasoning processes. The third study uses the conceptualisation of vocational knowledge to explore how students develop vocational knowledge in occupational practice, and to illustrate the process of contextualising. The forth study aims to describe what characterises students’ vocational knowledge using an analytic framework that distinguishes between occupation-specific knowledge components and qualities. This thesis contributes to research scholarship in the field of VET and an understanding of students’ vocational knowledge in practice. The theoretical framework of contextualising supplemented with inferentialism provides an alternative way to focus on students’ processes of knowing and helps to reveal students’ vocational knowledge in terms of reasoning processes. The empirical explorations and illustrations of students’ vocational knowledge contribute to the scholarly literature and practice on understanding the nature of vocational knowledge, how students develop vocational knowledge and what characterises their vocational knowledge. The intention to introduce the idea of contextualising is not about reinventing the wheel but rather an attempt to understand how it turns and how it functions. The intention of this thesis is to encourage dialogue and move the debate about the nature of vocational knowledge further, and hence, to provide some “food for thought”.
DOCUMENT
Currently, various higher education (HE) institutes develop flexible curricula for various reasons, including promoting accessibility of HE, the societal need for more self-regulated professionals who engage in life-long learning, and the desire to increase motivation of students. Increasing flexibility in curricula allows students to choose for example what they learn, when they learn, how they learn, where they learn, and/or with whom. However, HE institutes raise the question of what preferences and needs different stakeholders have with regard to flexibility, so that suitable choices can be made in the design of policies, curricula, and student support programs. In this workshop, we focus on student preferences and share recent insights from research on HE students' preferences regarding flexible education. Moreover, we use participants’ expertise to identify new (research) questions to further explore what students’ needs imply for several domains, namely curriculum-design, student support that is provided by educators/staff, policy, management, and the professional field. Firstly, a conceptual framework on flexible education and student’s preferences will be presented. Secondly, participants reflect in groups on student personas. Then, discussion groups have a Delphi-based discussion to collect new ideas for research. Finally, participants share the outcomes on a ‘willing wall’ and a ‘wailing wall’.
MULTIFILE
Uit onderzoek blijkt dat jongeren met psychische problemen vastlopen in het beroepsonderwijs omdat zij onvoldoende maatwerk en samenwerking ondervinden tussen school en hulpverleners binnen én buiten de school. Ze vallen voortijdig uit en behalen geen startkwalificatie. Hierdoor hebben zij zeer beperkte mogelijkheden om een baan te verwerven. Het doel van dit project is het ontwikkelen en bestendigen van een integrale en effectieve werkwijze voor de begeleiding en ondersteuning van MBO-studenten met psychische problemen. De werkwijze gaat uit van hun eigen mogelijkheden en wensen en is gericht op het voorkomen van schooluitval, de-stigmatisering en het vergroten van hun kans op arbeidsdeelname en maatschappelijke participatie van deze jongeren. De methodiek Begeleid leren vormt de basis van deze werkwijze.
DOCUMENT