Dit is alweer de vijfde editie van het congres Met het oog op behandeling. De afgelopen jaren hebben we gezien dat de maatschappelijke belangstelling voor mensen met een licht verstandelijke beperking (LVB) sterk toeneemt. Dit jaar is er zelfs een Interdepartementaal Beleidsonderzoek gedaan door diverse ministeries over de positie van mensen met een LVB in de Nederlandse samenleving. In het onderzoeksrapport wordt gepleit voor het verbeteren van de communicatie tussen algemene voorzieningen en deze burgers. Voor alle professionals in het brede sociaal domein wordt aanbevolen dat zij meer kennis en vaardigheden moeten hebben voor hun hulp- en dienstverlening aan mensen met een LVB. Dat geldt voor alle professionals in het sociaal domein en in het bijzonder voor professionals die werken voor cliënten met een LVB waarbij sprake is van ernstige gedragsproblematiek en psychische problemen. In dat geval moet je kunnen omgaan met ‘onbegrepen gedrag’ en agressie en wil je beschikken over de beste, actuele kennis op dat gebied.
DOCUMENT
Over de maatschappelijke participatie door (jonge) mensen met een licht verstandelijke beperking, lange problematische gezinssituaties, de outliers van de samenleving. Inaugurele rede lectoraat, In verkorte vorm uitgesproken op 9 februari 2011
DOCUMENT
Steunend Relationeel Handelen (SRH) is een methodiek waarmee je mensen met een bepaalde kwetsbaarheid ondersteunt bij de door hen gewenste kwaliteit van leven. In dit boekje gaat het over mensen met een verstandelijke beperking.
DOCUMENT
Wat is essentieel in de samenwerking tussen schuldhulpverleners en ketenpartners in de begeleiding van mensen met een licht verstandelijke beperking (LVB)? Dit artikel gaat in op deze vraag. Om eerst wat meer context te geven wordt ter introductie ingegaan op wat een LVB is en hoe groot deze groep is. Daarna worden concrete tips geven over de samenwerking voor als cliënten gediagnostiseerd zijn met een LVB.
DOCUMENT
Voor jongvolwassen met een licht verstandelijke beperking (LVB) is het leven niet altijd makkelijk, zeker niet als ze in een stad wonen. Wooncommunity’s zouden weleens een goed sociaal vangnet voor hen kunnen zijn.
MULTIFILE
Mensen met een verstandelijke beperking worden steeds ouder. Deze veroudering gaat vaak samen met inactiviteit, ongezonde voedingspatronen en gezondheidsproblemen die al op jongere leeftijd ontstaan. Dit leidt bij mensen met een verstandelijke beperking tot een groter risico op leeftijds- en leefstijlgerelateerde aandoeningen. Leefstijlverbetering is dus belangrijk! Maar welke leefstijlondersteuning past bij hen? In dit artikel gaan we hier op in.
LINK
Achtergrond In de psychiatrie zijn er nog té weinig aandacht voor en kennis over lichte verstandelijke beperking (lvb). Agressieproblemen komen regelmatig voor bij patiënten met een lvb die in de ggz behandeld worden en/of opgenomen zijn. Doel Verhelderen van achtergronden van agressieproblemen en adviezen voor voorkómen ervan. Methode Bespreken literatuur en praktijkervaring. Resultaten Agressieproblemen worden niet alleen veroorzaakt door factoren die te maken hebben met de lvb of met psychische stoornissen, maar ook door factoren in de therapeutische context van de patiënt. Dit betreft bijvoorbeeld de bejegeningsstijl van de begeleider en diens persoonlijke kenmerken, het behandelklimaat, en het werk- en organisatieklimaat. Conclusie De behandeling van opgenomen agressieve patiënten met een lvb kan effectiever worden als gericht aandacht wordt besteed aan het herkennen van de lvb en aan de kwaliteit van de pedagogische bejegening door de begeleiders, aan het vormgeven van een open leefklimaat en door te investeren in een goed werkklimaat.
LINK
De Leefstijltraining-PLUS is een module voor behandeling en begeleiding van mensen met een Lichte Verstandelijke Beperking (LVB) en problematisch middelengebruik. De training is gebaseerd op de Achilles Leefstijltraining 2 (De Wildt, 2006) en ontwikkeld door het lectoraat GGZ-verpleegkunde van Hogeschool Inholland, Brijder Verslavingszorg, Esdégé-Reigersdaal en 's Heeren Loo Noord-Holland. De training is gedurende een half jaar getest op bruikbaarheid en uitvoerbaarheid en is geëvalueerd door het lectoraat GGZ-verpleegkunde van Hogeschool Inholland.
MULTIFILE
Inleiding: Bij mensen met verstandelijke beperkingen (VB) is obstipatie een van de meest voorkomende gezondheidsproblemen en de gevolgen kunnen groot zijn. Dit onderzoek beoogt een overzicht te geven van de prevalentie van, risicofactoren voor en (niet-)medicamenteuze behandeling van obstipatie bij mensen met VB. Daarnaast wordt de relatie tussen obstipatie, dysfagie en medicatie geanalyseerd.Methode: Het onderzoek bestond uit literatuur- en dossieronderzoek. Voor het systematische literatuuronderzoek werden de databases PubMed en Scopus doorzocht. Het dwarsdoorsnede (cross-sectionele) dossieronderzoek werd uitgevoerd bij zorginstelling Alliade. Data over aanwezigheid van obstipatie, laxantiagebruik, inzet van niet-medicamenteuze behandelingen en risicofactoren, waaronder dysfagie en medicatiegebruik, werden verzameld.Resultaten: De literatuur toonde sterk variërende obstipatie-prevalenties van 6 tot 94%. Het dossieronderzoek liet zien dat 24,3% van de cliënten een obstipatiediagnose heeft en 55% chronisch laxantia gebruikt. Risicofactoren voor obstipatie werden in de literatuur weinig gevonden. Risicofactoren gevonden in de dossiers waren mate VB, dysfagie en medicatie. Niet-medicamenteuze behandelingen voor obstipatie werden zelden gerapporteerd en betroffen fysiotherapeutische behandelingen, buikmassage en voedingssupplementen. Conclusie: De prevalentie van obstipatie en chronisch laxantiagebruik bleek hoog. Er is nog veel onduidelijk over risicofactoren en over de inzet van alternatieve behandelmethoden naast laxantia. Gezien de grote impact die obstipatie kan hebben op mensen met VB is verder onderzoek naar deze aandoening en de behandelmethoden wenselijk.
LINK
Onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) in samenwerking met de Hogeschool van Amsterdam (lectoraat Community Care) onder twee specifieke groepen mantelzorgers van mensen met psychiatrische problematiek en met een verstandelijke beperking. Onderzoeksvragen: – Wat zijn de aard en de omvang van de mantelzorg aan mensen met een verstandelijkebeperking of psychiatrische problematiek? – Wat is de ondersteuningsbehoefte van mantelzorgers van mensen met eenverstandelijke beperking of psychiatrische problematiek? In het onderzoek is een secundaire analyse uitgevoerd op het datamateriaal uit het door het SCP in 2007 uitgevoerde onderzoek onder mantelzorgers. Ook is er een kwalitatief onderzoek verricht in de vorm van semi-gestructureerde interviews onder vertegenwoordigers van deze twee groepen in Amsterdam en omgeving. Uit het onderzoek wordt geconcludeerd dat mantelzorgers uit deze groepen ontlast kunnen worden door betere aansluiting van het voorzieningenaanbod op de diverse levensterreinen en een volwaardige betrokkenheid bij de hulpverlening.
DOCUMENT