How can physics education be designed and enacted in such a way that it is in agreement with the Nature of Science (NOS) and fosters conceptual understanding in electricity? The results of the studies may have implications for practice. Teachers and teacher educators need to develop a balanced perspective on conceptual understanding in relation to inquiry and take into account the tensions that were identified. For the topic of electricity, teachers may learn from the local instruction theory and pedagogy developed in this dissertation. Both teacher education institutes and professionalization efforts need to prepare teachers for this type of instruction. This will be fostered if teachers and teacher educators develop an understanding of NOS. A noticeable classroom impact of teacher learning may be expected if teachers work cooperatively on the same issue, related to a concern about student learning, if expertise is available on the content and pedagogy, and if classroom coaching and feedback are part of the project. The criteria to evaluate textbooks may be helpful for authors of learning materials if they intend to foster model-oriented activities and inquiry, but also for practitioners for the selection of these materials and in teacher education to prepare for a systematic evaluation of learning materials for physics.
LINK
Dit proefschrift presenteert twee theoretische kaders voor het ontwerpen van games en beschrijft hoe game designers deze kunnen inzetten om het game ontwerpproces te stroomlijnen. Er bestaan op dit moment meerdere ontwerptheorie¨en voor games, maar geen enkele kan rekenen op een breed draagvlak binnen de game industrie. Vooral academische ontwerptheorie¨en hebben regelmatig een slechte reputatie. Het eerste kader dat game designers inzicht biedt in spelregels en hun werking heet Machinations en maakt gebruik van dynamische, interactieve diagrammen. Het tweede theoretische kader van dit proefschrift, Mission/Space, richt zich op level-ontwerp en spelmechanismen die de voortgang van een speler bepalen. In tegenstelling tot bestaande modellen voor level-ontwerp, bouwt Mission/Space voort op het idee dat er in een level twee verschillende structuren bestaan. Mission-diagrammen worden gebruikt om de structuur van taken en uitdagingen voor de speler te formaliseren, terwijl space-diagrammen de ruimtelijke constructie formaliseren. Beide constructies zijn aan elkaar gerelateerd, maar zijn niet hetzelfde. De verschillende wijzen waarop missies geprojecteerd kunnen worden op een bepaalde ruimte speelt uiteindelijk een belangrijke rol in de totstandkoming van de spelervaring.
Dit is alweer de vijfde editie van het congres Met het oog op behandeling. De afgelopen jaren hebben we gezien dat de maatschappelijke belangstelling voor mensen met een licht verstandelijke beperking (LVB) sterk toeneemt. Dit jaar is er zelfs een Interdepartementaal Beleidsonderzoek gedaan door diverse ministeries over de positie van mensen met een LVB in de Nederlandse samenleving. In het onderzoeksrapport wordt gepleit voor het verbeteren van de communicatie tussen algemene voorzieningen en deze burgers. Voor alle professionals in het brede sociaal domein wordt aanbevolen dat zij meer kennis en vaardigheden moeten hebben voor hun hulp- en dienstverlening aan mensen met een LVB. Dat geldt voor alle professionals in het sociaal domein en in het bijzonder voor professionals die werken voor cliënten met een LVB waarbij sprake is van ernstige gedragsproblematiek en psychische problemen. In dat geval moet je kunnen omgaan met ‘onbegrepen gedrag’ en agressie en wil je beschikken over de beste, actuele kennis op dat gebied.
Het onderwijs wordt voortdurend vernieuwd, maar niet altijd met succes. De klassieke projectrespons blijkt vaak inadequaat in complexe innovatieprocessen. Echter, een alternatieve verandermethodiek ontbreekt. In dit project ontwikkelen we een overzicht aan verandertechnieken voor complexe onderwijsinnovaties, weergegeven in de Veranderkaleidoscoop. Doel Doel van dit onderzoek was om een veranderrepertoire te ontwikkelen voor onderwijsinnovatie, door samen met veranderaars uit het hbo te onderzoeken welke aanpak, interventies en tactieken veranderaars inzetten en welke onderliggende mentale modellen aan die keuzes ten grondslag liggen. Resultaten De resultaten van het onderzoek zijn samengevat in wat we noemen ‘de Veranderkaleidoscoop’. De Veranderkaleidoscoop is: • een denkmodel waarmee je • kunt onderzoeken hoe je invloed uitoefent als veranderaar, waar nog • ontwikkelruimte zit en • welke aspecten ten grondslag liggen aan dat repertoire. Looptijd 01 september 2020 - 01 september 2022 Aanpak Ontwerponderzoek, waarin: (1) door middel van diepte-interviews is onderzocht welke interventies, tactieken en mentale modellen veranderaars inzetten (2) in een aantal rondes met veranderaars een denkmodel is ontwikkeld, de Veranderkaleidoscoop
Recommender systemen zijn kunstmatige intelligenties die hun gebruikers suggesties geven over bijvoorbeeld te kijken films, of over passende dating profielen. Dit project focust op recommenders die aanbevelingen geven over duurzaamheid (welke verduurzamingsmaatregel past het best) en gezondheid (advies over gezonde voeding, bewegen en medicijngebruik). Onderzoek toont aan dat als gebruikers een goed kloppend mentaal model hebben (een kloppend idee over hoe het recommender systeem werkt) de adviezen van dat systeem beter vertrouwd worden en daardoor vaker opgevolgd. Een deel van dat mentale model construeren mensen op basis van de gebruikersinterface van de recommender. Een interface is de manier waarop gebruikers een recommender bedienen, bijvoorbeeld een scherm met knoppen. Echter, de designers van die interfaces geven aan niet goed te weten hoe een mentaal model dat gebruikers hebben van een intelligent systeem effectief en efficiënt achterhaald kan worden, welke elementen van de interface bijdragen aan het construeren van het model, of hoe ze hun weg in het bestaande onderzoek naar recommenders moeten zoeken. Als gevolg ontwerpen zij interfaces voor recommenders vaak intuïtief. Om effectieve interfaces te ontwerpen voor recommenders die gedrag van mensen op het gebied van gezondheid en duurzaamheid veranderen, is het daarom cruciaal dat designers grip hebben op wat wel en niet goed werkt - en waarom – in de interfaces voor dit soort recommenders. Terwijl er veel onderzoek is gedaan naar de wiskundige kant van recommenders, en het onderzoek naar mentale modellen begint toe te nemen, is het vormen van mentale modellen nog niet vaak gerelateerd aan het interface design. Dit onderzoek neemt juist interface design als uitgangspunt. Het resultaat moet zijn een voor het werkveld goed toegankelijk en systematisch overzicht van methoden om mentale modellen te achterhalen, en een overzicht van interface elementen en hoe zij bijdragen aan het construeren van een mentaal model.
De Verenigde Naties heeft als streefdoel vastgesteld om voedselverspilling te halveren in het jaar 2030 ten opzichte van 2015. Als lid van de Europese Unie heeft Nederland zich verbonden aan het realiseren van dit streefdoel. Bedrijven in de voedselketen hebben behoefte aan inzichten en handelingsperspectieven om voedselverspilling te voorkomen in de praktijk. Het verkrijgen van inzichten in de (indirecte) effecten van handelingen, timing en besluiten tijdens het productieproces zijn van cruciaal belang. Om een concrete invulling te geven aan het voorkomen en verminderen van voedselverspilling, hebben de hogescholen Aeres, Inholland, HAS en HZ en MBO Lentiz samen met bedrijven en platform- en maatschappelijke organisaties dit projectvoorstel opgesteld. In dit project worden bedrijven uit de AGF-, zuivel- en vleesketen actief betrokken om inzicht te krijgen in de mate en oorzaken van voedselverspilling op ketenniveau. Vervolgens worden er praktische handelingsperspectieven toegepast om op ketenniveau maatregelen te nemen om voedselverspilling te voorkomen. Opgedane kennis en tools worden benut door het werkveld en onderwijs. Hiermee levert het groene onderwijs een bijdrage aan de actualisatie van het curriculum; studenten worden hierdoor bewust en competent gemaakt als duurzame agrarische ondernemers en professionals in de agri-foodsector.