'Onderzoek naar de meerwaarde van het wijkservicepunt in Amsterdam-Noord. Hoe een laagdrempelige, sociale voorziening de verbinding kan zijn tussen informele en formele zorg.'
In de rapportage die voor u ligt wordt verslag gedaan van een project dat zich ten doel stelt om sociale professionals die werkzaam zijn in de hulpverlening aan adolescente moeders, meer handvatten te bieden voor morele reflectie. Twee constateringen vorm-den de aanleiding voor dit project. 1. De werkpraktijk van sciale professionals zou meer ruimte kunnen bieden voor morele reflectie 2. Adolescent moederschap in een onderwerp dat met veel morele oordelen omgeven is
De uitdagingen voor de (toekomstige) professionals zijn groot. Voor de innovatie van juridische dienstverlening en de morele dillema’s binnen de juridische beroepspraktijk, zijn hbo’ers nodig die verder kunnen kijken dan de regels en de toepassing ervan; mensen die altijd de mens blijven zien en horen en kunnen reflecteren op hun professioneel handelen. Er zijn meer toegankelijke en rechtvaardige oplossingen nodig die zorgen voor de toegang tot recht. Dat vergt behalve het kunnen inleven in mensen ook maatwerk, praktische wijsheid en creatief denken. Waarbij praktische wijsheid staat voor het zoeken naar antwoorden in concrete situaties waarvoor geen standaardantwoorden uit regelgeving, leerboeken en protocollen te vinden zijn
Achtergrond en theorie Veel forensische cliënten hebben (complexe) schulden. Deze schulden hangen sterk samen met andere problemen – zoals werk, huisvesting en (mentale/fysieke) gezondheid –, ontregelen het leven, belemmeren resocialisatie en vergroten het risico op terugval in criminaliteit. Cliënten én begeleidend professionals – zoals (forensisch) sociaal professionals – ervaren in de aanpak van schulden veel belemmeringen. Om schulden vroegtijdig en in samenhang met andere problemen te kunnen aanpakken is systematische samenwerking tussen ketenpartners belangrijk. Effectief aanpakken van schulden onder forensische cliënten vraagt daarom interdisciplinaire samenwerking vanuit zowel justitieel als sociaal domein. Dit vereist inzicht in de rol van betrokken organisaties – zoals gevangeniswezen, reclassering, gemeentelijke nazorg en schuldhulpverlening – alsmede werkzame factoren in de samenwerking en hoe deze kunnen worden versterkt. Een consortium van partnerorganisaties in het (forensisch) sociaal domein, Universiteit Leiden en Hogeschool Utrecht wil daarom onderzoeken hoe de schuldenaanpak onder forensische cliënten door justitiële en sociale ketenpartners gezamenlijk kan worden versterkt. Onderzoeksdoel en -vragen Onderzoeksdoel is samen met praktijkpartners de samenwerking in het (forensisch) sociaal domein in de schuldenaanpak onder forensische cliënten effectief vorm te geven en zo de begeleiding van cliënten met schulden te verbeteren, door ontwikkeling van een vernieuwde werkwijze gebaseerd op inzicht in belemmerende en werkzame factoren. Centrale onderzoeksvraag daarbij is: Aanpak Deze onderzoeksvraag zal worden beantwoord middels een design van verschillende kwalitatieve onderzoeksmethoden, waaronder observaties, interviews en focusgroepen (fase 1) en ontwikkelbijeenkomsten (fase 2) in meerdere samenwerkingsverbanden. Beoogd resultaat Het onderzoek levert concrete handvatten op – zoals praktische handreikingen en visuele tools – ter versterking van de samenwerking rond forensische cliënten met schulden. Deze handvatten worden vertaald naar onderwijsmateriaal voor (toekomstige) (forensisch) sociaal professionals en gedeeld met de (inter)nationale onderzoeksgemeenschap.
Eerstelijns gesubsidieerde rechtshulp door professionals van Het Juridisch Loket (HJL) sluit niet goed aan op de behoeften van cliënten met multiproblematiek en hun dienstverlening sluit onvoldoende aan bij andere disciplines in het sociale domein. Daarom willen rechtshulpprofessionals van HJL samen met Hogeschool Utrecht, diverse professionals van gemeenten en organisaties voor maatschappelijke dienstverlening praktijkgericht onderzoek uitvoeren naar een integrale aanpak, waarmee cliënten met multiproblematiek doeltreffend kunnen worden gesignaleerd en ondersteund bij wat zij werkelijk nodig hebben. De vraag is of zo’n integrale aanpak implementeerbaar is, daadwerkelijk voorziet in oplossingen voor problemen van de doelgroep en hun rechtshulpvragen afnemen. In dit onderzoek wordt het vraagstuk van optimale dienstverlening door HJL, benaderd vanuit ‘klantwaarde’ ofwel de ‘opbrengsten van de dienstverlening’ voor de cliënt. Dit in de marketingwetenschap vergaand ontwikkeld concept leent zich goed voor vraagstukken in het publieke domein omdat hiermee het klantperspectief voorop wordt gesteld. Dat is in dienstverlening niet altijd vanzelfsprekend. Professionals van HJL kijken nog teveel door hun ‘juridische bril’ naar cliënten met multiproblematiek waardoor ‘andere’ problemen nauwelijks worden opgemerkt. Met dit project wordt getracht om professionals innovatieve methoden en instrumenten aan te reiken waarmee een goede inbedding van HJL in locale hulpverleningsinfrastructuren kan worden gerealiseerd. De centrale onderzoeksvraag in het project luidt: hoe kunnen eerstelijns rechtshulpprofessionals van HJL hun dienstverlening aan cliënten met multiproblematiek verbeteren? Het onderzoek wordt (deels) uitgevoerd in de vorm van een parallelle casestudie. Vestigingen van HJL en sociale netwerkpartners vormen de cases. Onderdeel van deze casestudie is dat van elkaars praktijken wordt geleerd door middel van een crosscase-analyse. Beoogde opbrengsten van het project zijn nieuwe kennis over cliënten met multiproblematiek, diagnostisch instrumentarium voor eerstelijns rechtshulpprofessionals, een nieuwe klantgerichte en integrale aanpak van dienstverlening en state-of-the-art onderwijsmateriaal. De projectopbrengsten worden in publicaties, workshops en conferenties gedissemineerd en geborgd in de juridische opleidingen aan Hogeschool Utrecht.