In dit onderzoek bekijken we of de keuze voor bepaalde zorgmotieven samenhangt met ervaren stress en vreugde van mantelzorgers en met hun achtergrondkenmerken. Motieven die gericht zijn op gevoelens van verantwoordelijkheid voor de zorgontvanger en waarin de relatie met de zorgontvanger hoog gewaardeerd wordt, worden vaker door mantelzorgers als eerste gekozen dan motieven die zijn afgeleid van plichtgevoelens, individuele verlangens of een algemeen gevoel van geluk. Twee groepen mantelzorgers kunnen van elkaar worden onderscheiden, een groep met gemengde zorgmotieven en een groep met motieven gericht op wederkerige en gelijkwaardige relaties. De laatste groep bestaat vooral uit vrouwen die voor een partner of een kind zorgen. De eerste groep ervaart een sterke mate van stress. Op basis van de resultaten wordt een systeemgerichte aanpak voorgesteld bij het ondersteunen van mantelzorgers, gericht op de relatie tussen de mantelzorger en de zorgontvanger.
DOCUMENT
academisch proefschrift Wageningen Universiteit. Onderzoek naar motieven van vrouwelijke en mannelijke leerlingen in het middelbaar agrarisch onderwijs
LINK
Wat brengt een vrouw ertoe haar kind te doden of haar man neer te steken? En zijn vrouwen gewelddadiger dan vroeger? Vivienne de Vogel vertelt de verhalen van tien vrouwen die allemaal zijn veroordeeld voor ernstige (gewelds)misdrijven met soms de dood tot gevolg. Hun schokkende verhalen laten zien dat vrouwen net als mannen in staat zijn tot vreselijke daden, én dat daar vaak een treurige voorgeschiedenis aan ten grondslag ligt. Niet alleen de aard van het geweld door vrouwen verschilt van die van mannen, maar ook hun motivatie. Mede vanwege de desastreuze gevolgen voor hun slachtoffers en hun kinderen, pleit De Vogel voor meer inzicht en begrip zodat de schade beperkt blijft, of zelfs voorkomen kan worden.
LINK
Het Nieuwe Werken concept (HNW) kenmerkt zich onder andere door de grote mate van vrijheid voor medewerkers om tijd- en plaatsonafhankelijk te werken. Microsoft Nederland was in 2007 één van de eerste organisaties die dit concept vergaand doorvoerde. Zeven jaar na dato hebben wij onderzoek gedaan naar de mate waarin de vrijheid ten aanzien van werktijden het leef- en werkritme van de medewerkers heeft beïnvloed. Als eerste hebben we een klein kwantitatief onderzoek uitgevoerd om na te gaan in hoeverre medewerkers er nieuwe ritmes op nahielden. Daaruit bleek onder andere dat er op dit gebied geen grote veranderingen hebben plaatsgevonden. Naar aanleiding hiervan hebben we interviews gehouden om te achterhalen welke motieven er spelen bij het vasthouden aan traditionele werktijden. Uit het onderzoek bleek dat medewerkers weliswaar zeer tevreden zijn met de geboden vrijheid, maar dat verbindende factoren als familie, klanten en collega’s belangrijke factoren zijn bij het handhaven van een traditioneel leef- en werkritme.
DOCUMENT
Hardlopen is vandaag de dag een van de meest populaire bewegingsvormen bij volwassenen, gekoppeld aan een opvallende inhaalbeweging door vrouwen. Dit sluit aan bij ontwikkelingen in de algemene sportdeelname waarbij er een sterke groei is van vrije en ongeorganiseerde sporten die vaak individueel of in kleine groepen worden beoefend. Parallel aan deze groei van het hardlopen is er ook een opvallende toename van de deelname aan hardloopevenementen. Dit in combinatie met een enorme diversiteit aan deelnemers, onder meer wat betreft socio-demografische kenmerken, ervaring met het hardlopen en motieven. In deze bijdrage wordt dieper ingegaan op de meerwaarde van het segmenteren van evenementenlopers in deelnemerstypologieën. Een typologie op basis van hun houdingen, identificatie en motieven ten aanzien van de loopsport laat, in vergelijking met een segmentatie op basis van achtergrondkenmerken of hardloop gerelateerde kenmerken, toe om nog meer op maat in te spelen op de behoeften van een steeds gevarieerder publiek van evenementenlopers. Omwille van de opvallende inhaalbeweging in het hardlopen (en de deelname aan hardloopevenementen) door vrouwen wordt in dit artikel een deelnemerstypologie ontwikkeld van hardloopsters. Door middel van online enquêtes werden gegevens verzameld bij deelneemsters aan de Ladies Run Flow. Dit hardloopevenement, georganiseerd in de regio Eindhoven, richt zich exclusief op vrouwelijke hardlopers. Op basis van een principale componenten analyse gevolgd door een clusteranalyse werden de deelneemster ingedeeld in drie types: traditionele fitloopsters, sociale hardloopsters en individuele hardloopsters. De drie types zijn niet enkel onderscheidend voor wat betreft de beleving van het hardlopen, maar ook wat betreft socio-demografische kenmerken en loopsportgedrag. De drie groepen verschillen significant wat betreft interesses voor het gebruik van hardloop specifieke diensten. Deze resultaten hebben duidelijk implicaties voor beleidsmakers, aanbieders en organisatoren van hardloopevenementen en/of –producten en –diensten. Zo kunnen organisatoren een betere dienstverlening bieden door op maat in te spelen op de verwachtingen van deelnemers en kan op die manier bijgedragen worden aan een verantwoorde en duurzame beoefening van het hardlopen.
LINK
De lerarenopleidingen voor het voortgezet onderwijs zijn in Nederland gekoppeld aan een specifiek vakgebied. Met een nieuwe brede pedagogische lerarenopleiding biedt de Hogeschool van Amsterdam een route naar het leraarschap voor mensen die leraar willen worden zonder daarbij aan de start al een specifiek vak voor ogen te hebben. De aanname is hierbij dat er een doelgroep bestaat van studenten die voornamelijk gemotiveerd is voor generieke aspecten van het leraarschap. Het onderzoek waarover gerapporteerd wordt in dit artikel vergelijkt de motieven van eerstejaars voltijdstudenten van de brede pedagogische lerarenopleiding met die van andere tweedegraads lerarenopleidingen met behulp van de FIT-choice vragenlijst. Uit de analyses komt naar voren dat studenten van de brede pedagogische opleiding meer belang hechten aan het werken met adolescenten, de intrinsieke waarde van het beroep, en het bijdragen aan kansengelijkheid. Daarnaast scoren deze studenten hoger op ingeschatte bekwaamheid als leraar en weegt salaris minder mee als motief. Uit een tweetraps clusteranalyse bleek bovendien dat de brede pedagogische opleiding relatief veel studenten aantrekt behorende tot het intrinsiek gemotiveerde profiel dat volgens eerdere onderzoeken een voorspeller is voor behoud voor het leraarschap. De resultaten wijzen erop dat een generieke route naar het leraarschap inderdaad een andere doelgroep aanspreekt.
DOCUMENT
DOCUMENT
Welke motieven spelen bij Rotterdamse ouders met verschillende achtergrondkenmerken een rol bij de keuze voor een school in het basisonderwijs en voor ouders en leerlingen in het voortgezet onderwijs?
LINK
Vlees eten is geworteld in onze eetcultuur. Het minderen van vlees vraagt tijd. Ondanks campagnes die plantaardige diëten promoten eet volgens CBS nog zo’n 95% van de Nederlanders vlees, en de meeste daarvan doen dat meerdere keren per week als een stukje vlees bij de maaltijd. Om op kortere termijn een verschil te maken, zal het stimuleren van consumentenkeuzes voor duurzaam geproduceerd vlees in belangrijke mate bijdragen aan “minder en beter”. Dit vraagt om specifieke tactieken, wetende dat consumenten in hun gedrag niet altijd doen dan wat hun intentie is met betrekking tot duurzaamheid: de wil is er, maar vertaalt zich onvoldoende in koopgedrag. Om dit te overkomen zijn marketinginterventies nodig die de capaciteit, gelegenheid en motivatie van consumenten verhogen/versterken. Deze rapportage bevat de resultaten – op hoofdlijnen – van een kwalitatief onderzoek, waarin types en empathy maps van verschillende consumententypen en hun meest onderscheidende variabelen in kaart zijn gebracht.
DOCUMENT