Een beweegbaan als motoriektest voor schoolleerlingen tussen de 12-15 jaar is er nog niet. Echter is gebleken dat de motoriek binnen deze leeftijdsgroep nog volop in ontwikkeling is. Dit onderzoek richt zich op de vraag of het mogelijk is een extra beweegbaan aan de huidige MQ scan toe te voegen die toepasbaar is binnen het voorgezet onderwijs. Hierdoor wordt het mogelijk de gehele motorische ontwikkeling van een kind te volgen.
DOCUMENT
In de afgelopen jaren hebben De Haagse Hogeschool en de Vrije Universiteit Amsterdam samen onderzoek gedaan naar een motoriektest die praktisch toepasbaar is in de gymles. In dit onderzoek is nauw samengewerkt met LO-docenten en buurtsportcoaches. Het resultaat is de MQ Scan; een wetenschappelijk verantwoorde en praktisch toepasbare motoriektest. In dit artikel wordt het belang van meten van motoriek, de inhoud van de MQ Scan en het onderzoek naar de MQ Scan besproken.
DOCUMENT
Er zijn aanwijzingen dat niet alleen de kwantiteit, maar ook de kwaliteit van bewegen van kinderen achteruit is gegaan de afgelopen decennia. Om succesvolle beweegkansen in de toekomst te genereren, is het belangrijk dat kinderen vroeg in het leven fundamentele motorische vaardigheden aanleren. Het bewegingsonderwijs kan een grote rol spelen in het ontwikkelen en monitoren van deze vaardigheden. De huidige leerlingvolgsystemen en motorische testen zijn echter kostbaar en nemen veel tijd in beslag. Er moeten speciale testmaterialen en software aangeschaft worden.
DOCUMENT
Kinderen zijn beduidend zwaarder en minder actief dan vroeger. Docenten Lichamelijke Opvoeding (LO) zouden een belangrijke rol kunnen spelen in het ombuigen van deze trends, onder andere door zich meer te richten op de motorische vaardigheid van kinderen, een belangrijke voorspeller van een meer actieve leefstijl op latere leeftijd. Uit de Nulmeting Bewegingsonderwijs (Reijgersberg et al., 2013) komt naar voren dat niet duidelijk is in hoeverre docenten LO bijdragen aan de motorische vaardigheid van kinderen. Om hier meer inzicht in te krijgen is behoefte aan een valide, betrouwbaar en praktisch toepasbaar meetinstrument. In dit artikel wordt ingegaan op het meten van de motorische vaardigheid binnen de context van de lichamelijke opvoeding met een nieuw meetinstrument: het Athletic Skills (AS)-beweegparcours.
DOCUMENT
Er zijn steeds meer kinderen die te dik zijn en te weinig bewegen. Ook zijn er steeds meer kinderen met een motorische achterstand. Op allerlei manieren wordt hier aandacht aan besteed. Wat zijn de trends rondom gezondheid? En wat is het belang van de ontwikkeling van motorische vaardigheden en de wijze waarop de motorische ontwikkeling gemonitord kan worden in de lichamelijke opvoeding?
DOCUMENT
Het Europese project Sport Empowers Disabled Youth (SEDY) heeft als doel een bijdrage te leveren aan het verhogen van sportparticipatie van kinderen met een beperking door de sportwens en het aanbod beter bij elkaar te brengen. De sportparticipatie van kinderen met een beperking blijft achter bij hun leeftijdgenoten zonder beperking (Von Heijden et al, 2013). Deelnemen aan sportactiviteiten heeft een positief effect op de sociaal emotionele ontwikkeling van kinderen met een beperking (Crawford, 2015). Voor dit kwantitatieve onderzoek is een enquête afgenomen op drie sportdagen in Nederland voor cluster 3 en 4 scholen (n=89). Gemiddelde leeftijd was 14 jaar (SD 2,2). 65% tevreden is over het huidige sportaanbod, 48% zegt genoeg keus te hebben en 54% zegt dat sporten meer zelfvertrouwen geeft. Als ze een sport zouden willen doen in je vrije tijd dan blijkt dat 62% in een groep wil sporten en 55% wil sporten voor het plezier.
DOCUMENT
In Amsterdam pakken diverse basisscholen de motorische achterstanden van leerlingen aan met de Ondersteuningsroute Bewegen en Motoriek. Twee intern begeleiders en twee gymleraren vertellen over de voordelen van samen optrekken en de samenwerking in het netwerk rondom het kind. ‘Hoe vroeger je erbij bent, hoe beter voor de algehele ontwikkeling van een kind.’
DOCUMENT
Wereldwijd, maar ook in Nederland zijn er meer kinderen met minder goede motorische vaardigheden en minder kinderen met goede motorische vaardigheden (Bolger et al., 2021). Goede motorische vaardigheden zijn de sleutel tot meedoen in verschillende bewegingssituaties, wat de kans op een leven lang met plezier bewegen vergroot. Het lectoraat Bewegen in en om School (BioS, Hogeschool van Amsterdam), samen met de gemeente Amsterdam en schoolbesturen, werken daarom aan de implementatie van de ‘Ondersteuningsroute Bewegen en Motoriek’ (OBM) op basisscholen in Amsterdam. Het doel van de OBM is om tijdig kinderen met een motorische achterstand te signaleren en vervolgens om passend bewegingsonderwijs, extra beweegaanbod en waar nodig zorg te kunnen bieden.
DOCUMENT
In 2014 is het lectoraat Bewegingswetenschappen van de ALO (HvA) gestart met het MAMBO-project. MAMBO staat voor Meten Amsterdamse Motoriek Basisonderwijs. Daaruit vloeide Gymmermansoog voort, een onderzoeksproject waarbij we de 4–vaardighedenscan van Van Gelder onder de loep nemen en proberen het onderbuikgevoel van de gymleerkracht te objectiveren.Deze factsheet geeft alvast een voorproefje van de resultaten.
DOCUMENT