Bij het onderzoek naar mogelijke effecten van een windmolenpark in het IJsselmeer is ETFI uitgegaan van de vele onderzoeken die er inmiddels, in Nederland maar ook internationaal, bestaan. Op deze manier zijn conclusies en oordelen, zowel geïnspireerd door voorvechters van windenergie als van tegenstanders, zowel bij geplande als bij reeds aangelegde windmolenparken, geïnventariseerd. De conclusie van dit literatuuronderzoek luidt dat de studies onvoldoende bewijs leveren, zowel voor het ontstaan van schade aan de toeristische sector als voor het ontbreken van die schade. Dit onderzoek moet dan ook niet gelezen worden als een aanbeveling vóór of tegen windmolenparken. De waarde van het onderzoek is dat het de publiek toegankelijke studies uit binnen en buitenland met betrekking tot de relatie tussen windparken en toerisme bijeen brengt en systematisch analyseert. Zodoende brengt het de risico’s en mogelijkheden beter in beeld zodat in alle scenario’s —met of zonder windmolens— afwegingen gemaakt kunnen worden waarin alle belangen gerespecteerd worden.
DOCUMENT
DOCUMENT
Volgens investeerders is een sluitende business case voor offshore windparken onmogelijk. “Ze willen weer subsidie. Evenzo willen investeerders in wind op land en zon-PV voortzetting van de SDE, terwijl in Klimaatakkoord was afgesproken daarmee in 2026 te stoppen. De ontwikkeling van zon-PV op woningdaken is ingestort na het einde van de salderingsregeling. Eigenaren van gascentrales willen een capaciteitsmarkt, waarbij zij een vergoeding krijgen, noem het subsidie, bovenop de opbrengst van verkochte stroom. Kommer en kwel dus in elektriciteitsproductieland. De baten wegen niet op tegen de kosten.”
LINK
Tijdens de rede behandelt Gerard Schepers een aantal actuele ontwikkelingen in de windenergie wereld omdat deze ontwikkelingen de randvoorwaarden bepalen waarbinnen het lectoraat opereert. Vervolgens wordt een aantal speerpunten gedefinieerd waar het lectoraat zich mee bezig houdt. Ook houdt het lectoraat zich bezig met de Human Capital Agenda waarvoor op verzoek van het Topconsortium voor Kennis en Innovatie (TKI) Wind op Zee, een plan van aanpak is gedefinieerd. Tijdens de rede wordt het feit dat windenergie gewoon een leuk en interessant vak is, zeker niet onberoerd gelaten!
MULTIFILE
De huidige donkere wolken boven de Noordzee zijn onder andere de reden de huidige Noordzeeplannen nog eens goed tegen het financiële en uitvoeringstechnische licht te houden. “Idealiter samen met België en Duitsland, die immers een flink deel van de Nederlandse Noordzee energie zullen gaan afnemen en daarvoor hun fair share moeten gaan betalen. Doorgaan op de bestaande weg dreigt veel te traag te gaan en is ook veel te duur geworden. We eindigen dan wel met een power house, maar zonder industrie.”
LINK
Podcastserie ENTRANCE ONDER DE LOEP (in het kort):Dr. ir. Gerard Schepers is afgestudeerd aan de TU Delft bij de afdeling Luchtvaart en Ruimtevaart Techniek. Daarna werkte hij als onderzoeker en coördinator aan meerdere grote (internationale) projecten bij de afdeling Windenergie van het Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN). Hij is in november 2012 gepromoveerd aan de TU Delft op de ontwikkelingen die de daaraan voorafgaande 25 jaar hebben plaatsgevonden op het gebied van zogenaamde ‘engineering modellen’ voor windenergie-aerodynamica.Sinds november 2018 werkt Schepers als lector Windenergie bij ENTRANCE - Centre of Expertise Energy van de Hanze. Hij wil de kosten van windenergie verlagen, de sociale acceptatie van windenergie vergroten en toekomstige professionals opleiden. Hoe? Dat vertelt hij je in deze aflevering!
LINK
We moeten goed beseffen dat het voor individuele spelers, van overheid tot buitenlandse private partijen, om vele redenen aantrekkelijk is besluiten uit te stellen, ook bij positieve business cases. “Dat afgesproken doelen daardoor in gevaar komen is duidelijk. Dat kunnen we accepteren of niet. In het eerste geval is het goed daar duidelijk over te zijn. Dus niet zowel de plaatsing van windturbines afwijzen en tegelijk beweren 100% duurzaam te willen zijn, wat ik recent op de radio hoorde. Want dat doet de geloofwaardigheid van de transitie veel kwaad.”
LINK
"Windpark Borssele: het goedkoopste ter wereld". Aldus een juichend persbericht van het Ministerie van Economische zaken. En dat is terecht. De lage kosten betekenen een meevaller voor de Nederlandse belastingbetaler en een doorbraak voor offshore wind. Voor een groot deel is dit succes te danken aan minister Kamp en zijn ambtenaren. Toch jammer dat er naast het fenomeen "Kamervragen" niet zoiets als "Kamercomplimenten" bestaat
DOCUMENT
Het rapport “Actualisatie en beleidsevaluatie Zeeland in Stroomversnelling” (Berenschot, 2020) geeft aan dat “Zeeland heeft veel kansen op gebied van duurzame opwek van elektriciteit en waterstof. De Zeeuwse industrie investeert al in de transitie naar groene waterstof. De eerste installaties voor de productie van ‘groene’ waterstof staan gepland voor oplevering in 2025. De gebruikte technologie, “elektrolyse”, waarbij men duurzaam opgewekte elektriciteit gebruikt, wordt echter nu nog niet toegepast in Zeeland of Nederland. Kennisinstellingen HZ University of Applied Sciences en Scalda bieden al praktijkgericht onderzoek en onderwijs aan op het gebied van Offshore Wind en ontwikkelen samen met de industrie programma’s voor groene waterstof. In Zeeland werken de kennisinstellingen nauw samen met de industrie vanuit Smart Delta Resources en North Sea Ports. Met Orsted is een MoU ondertekend om samen voor de regio onderwijs en onderzoek voor groene waterstof op te zetten. Vanuit kennis- en innovatienetwerken zoals Energy Port Zeeland wordt de learning community opgezet om samen te werken, leren en innoveren en de groene waterstoftransitie optimaal te ondersteunen. De kennisinstellingen willen zich met regio Zeeland op drie focusgebieden richten: 1. Human capital voor een praktijkgericht onderzoeksprogramma gericht op het ondersteunen van de industrie in de energietransitie (Flex Intensity) 2. Een human capital programma gericht op ontwikkeling van de onderwijsinfrastructuur die nodig is om de gevraagde kennis en capaciteit voor de energietransitie te leveren 3. Een human capital programma gericht op ontwikkeling van een innovatieprogramma om de regio te ondersteunen met innovaties die voor de energietransitie nodig zijn. Doel van dit programma is dat Zeeland in 2025 zelfvoorzienend is in (1) het uitvoeren van praktijkgericht onderzoek en (2) het aanleveren van medewerkers die het gebruik van de nieuwe technologie voor groene waterstof en systeemintegratie operationeel tot stand brengen en (3) nieuwe projecten rondom groene waterstof helpen realiseren.