In het eerste artikel in deze Terugkoppeling is uitgelegd waarom reparatie en onderhoud weinig aandacht krijgen in het techniekonderwijs in het algemeen vormend onderwijs (AVO) en waarom daar iets aan zou moeten veranderen. We haken hierop in door in dit artikel een lessenserie in groep 7 van het basisonderwijs te beschrijven. Deze serie ging over onderhoud, waarbij de taalontwikkeling van de leerlingen een speerpunt was. De titel van de lessenserie drukt eigenlijk al uit waar het over gaat: ‘lang leve je spullen’. Dat heeft natuurlijk betrekking op de waardering voor tastbare producten, op duurzaamheid en op je eigen portemonnee, en dat kwam in de lessen ook allemaal aan de orde. De lessen zijn online op video te bekijken. Die video’s laten zien met hoeveel plezier en diepgang er aan dit onderwerp werd gewerkt, met hoofd, hart en handen.
DOCUMENT
Saxion heeft in opdracht van woningcorporatie Welbions te Hengelo onderzoek gedaan naar de sociale veiligheid en leefbaarheid in Hengelose Es Noord. Het betreft een buurt bestaande uit 552 flatwoningen verdeeld over 8 gebouwen en 235 eengezinswoningen verdeeld over vijf woonhoven. De flats en woonhoven zijn gegroepeerd in een drietal ‘stempels’.De buurt wordt komende jaren aangepakt. Dit plan valt uiteen in een herstructureringsdeel en een deel waar groot onderhoud wordt uitgevoerd. Het middelste en oostelijke stempel, dat uit 5 flats bestaat, krijgt in 2016-17 groot onderhoud. In het westelijke stempel wordt herstructurering voorbereid: één flatgebouw wordt waarschijnlijk gesloopt, de andere twee worden ingrijpend gerenoveerd (voor een andere doelgroep).De woonhoven met de eengezinswoningen worden alle gesloopt en vernieuwd.Doel van het onderzoek was om Welbions adviezen aan te reiken om bij het ontwikkelen van plannen voor de aanpak van de buurt Hengelose Es Noord rekening te houden met sociale veiligheid en leefbaarheid, in het bijzonder adviezen om eventuele ‘valkuilen’ te vermijden. Positief gesteld: kansen benutten om de voorwaarden voor het kunnen uitoefenen van sociale controle in het ontwerp en in het beheer te bevorderen.In het onderzoek is allereerst de veiligheidssituatie in de buurt in kaart gebracht. Er is onder meer een bewonersenquête uitgevoerd waarin 48% zegt zich wel eens onveilig te voelen in de eigen buurt; dit is een relatief hoog percentage vergeleken met andere delen van Hengelo, waar het rond 16% ligt. De onveiligheidsbeleving vindt zijn oorzaak in concreet slachtofferschap, een verloederde omgeving, een matige sociale cohesie en ruimtelijke kenmerken van de omgeving die ongunstig zijn voor het uitoefenen van sociale controle.
MULTIFILE
A-das-PK; een APK-straat voor rijhulpsystemen Uit recent onderzoek en vragen vanuit de autobranche blijkt een duidelijke behoefte naar goed onderhoud, reparatie en borging van de werking van Advanced Driver Assistance Systems (ADAS), vergelijkbaar met de reguliere APK. Een APK voor ADAS bestaat nog niet, maar de branche wil hier wel op te anticiperen en haar clientèle veilig laten rijden met de rijhulpsystemen. In 2022 worden 30 ADAS’s verplicht en zal de werking van deze systemen ook gedurende de levensduur van de auto gegarandeerd moeten worden. Disfunctioneren van ADAS, zowel in false positives als false negatives kan leiden tot gevaarlijke situaties door onverwacht rijgedrag van het voertuig. Zo kan onverwacht remmen door detectie van een niet bestaand object of op basis van verkeersborden op parallelwegen een kettingbotsing veroorzaken. Om te kijken welke gevolgen een APK heeft voor de autobranche wil A-das-PK voor autobedrijven kijken naar de benodigde apparatuur, opleiding en hard- en software voor een goed werkende APK-straat voor ADAS’s, zodat de kansrijke elementen in een vervolgonderzoek uitgewerkt kunnen worden.
Anne4Care is een virtuele assistent ontwikkeld door Virtual Assistant BV. Zij biedt ondersteuning aan mensen met cognitieve problemen bij het behouden van dagstructuur, het onderhouden van sociale contacten en uitvoeren van betekenisvolle dagactiviteiten. De instructiematerialen zijn in de Nederlandse taal beschikbaar en gericht op gebruikers met een Nederlandse achtergrond. Anne4Care wordt op dit moment geïmplementeerd bij een dagbesteding van IMEAN Care in Almelo voor migrantenouderen. IT-professionals van Anne4Care en de zorgprofessionals van de dagbesteding van IMEAN hebben behoefte aan instructiematerialen en leermethoden die aansluiten op de behoeften van de groep migrantenouderen. Met als doel de introductie, acceptatie en het gebruik van Anne4Care zo optimaal mogelijk te laten verlopen. Dit zal resulteren in een betere ondersteuning van migrantenouderen en daarmee sociale inclusie en zinvolle dagbesteding bevorderen. Het consortium bestaat uit mbk-partners IMEAN Care (praktijk) en Virtual Assistant BV (technologieontwikkelaar) en de lectoraten Technology, Health & Care en Verpleegkunde van hogeschool Saxion. Samen met eindgebruikers (migrantenouderenouderen, hun mantelzorgers en zorgprofessionals) worden instructiematerialen en leermethoden ontwikkeld voor het gebruik van Anne4Care. Op basis van (1) observationeel en (2) literatuuronderzoek wordt een programma van eisen opgesteld. Vervolgens worden in co-creatie met eindgebruikers de instructiematerialen en leermethoden ontwikkeld en geëvalueerd. Tot slot zal virtuele assistent Anne4Care zelf een rol krijgen als instructrice waarbij een onboarding faciliteit wordt gecreëerd. De resultaten van dit project zijn: - Programma van eisen waaraan de instructiematerialen en leermethoden aan moeten voldoen - Instructiematerialen en leermethoden passend bij de wensen en behoeften van migrantenouderen, hun mantelzorgers en zorgprofessionals - Onboarding faciliteit op de tablet: Anne4Care als ‘instructrice’ in eigen (Turkse) taal - Inzicht in het gebruik en het gemak van Anne4Care en de instructiematerialen - Inzicht in de invloed van de instructiematerialen en leermethoden op het gebruik van Anne4Care.
Om tegemoet te komen aan de eisen die gesteld worden aan werknemers in de huidig snel veranderende samenleving heeft de NHL Stenden Hogeschool gekozen voor een nieuw onderwijsconcept, namelijk Design Based Education (DBE). DBE is gebaseerd op het gedachtegoed van Design Thinking en stimuleert iteratieve en creatieve denkprocessen. DBE is een student-georiënteerde leeromgeving, gebaseerd op praktijk-, dialoog-, en vraaggestuurde onderwijsprincipes en op zelfsturend, constructief, contextueel en samenwerkend leren. Studenten construeren gezamenlijk kennis en ontwikkelen een prototype voor een praktijkvraagstuk. Student-georiënteerde leeromgevingen vragen andere begeleidingsstrategieën van docenten dan zij gewend zijn. Van docenten wordt verwacht dat zij studenten activeren gezamenlijk kennis te construeren en dat zij nauw samenwerken met werkveldprofessionals. Eerder onderzoek toont aan dat docenten, zelfs in een student-georiënteerde leeromgeving, geneigd zijn terug te vallen op conventionele strategieën. De overstap naar een ander onderwijsconcept gaat dus blijkbaar niet vanzelf. Collectief leren stimuleert docenten de dialoog aan te gaan met andere docenten en werkveldprofessionals met als doel gezamenlijk te experimenteren en collectief te handelen. De centrale vraag van het postdoc-onderzoek is het ontwerpen en ontwikkelen van (karakteristieken van) interventies die collectief leren van docenten en werkveldprofessionals stimuleren. Het doel van het postdoconderzoek is om de overstap naar DBE zo probleemloos mogelijk te laten verlopen door docenten te ondersteunen DBE leeromgevingen te ontwikkelen in samenwerking met werkveldprofessionals en DBE te integreren in hun docentactiviteiten. De onderzoeksmethode is Educational Design Research en bestaat uit vier fasen: preliminair onderzoek, ontwikkelen van prototypes, evaluatie en bijdrage aan de praktijk. Het onderzoek is verbonden aan het lectoraat Sustainable Educational Concepts in Higher Education en wordt hiërarchisch en inhoudelijk aangestuurd door de lector. Docenten, experts, werkveldprofessionals en studenten worden betrokken bij het onderzoek. Dit onderzoek kan zowel binnen als buiten de hogeschool een bijdrage leveren omdat steeds meer hogescholen kiezen voor een ander onderwijsconcept.