Het doen van co-design en co-research samen met de mensen in het betreffende maatschappelijk domein kan veel beweging in gang zetten. Het is zaak om ook juist deze functie van applied design research als ‘key enabling methodology’ verder te ontwikkelen, evenals een repertoire van cases te verzamelen om uit te kunnen putten.
LINK
Dit onderzoek heeft de beleving van ziekenhuisverpleegkundigen over betekenis en toepassing van leiderschapscompetenties in verpleegkundig handelen in kaart gebracht. Daarnaast was het onderzoek gericht op bewustwording van de ontwikkeling van verpleegkundig leiderschap. METHODE: Het betreft een mixed-methods onderzoeksdesign met kwalitatieve data van 75 diepte-interviews en 24 focusgroepen over een periode van 2 jaar en kwantitatieve data van 430 verpleegkundigen. RESULTATEN: Verpleegkundig leiderschap blijkt vooral gerelateerd aan opkomen voor patiënten vanuit expertise waarvan concrete voorbeelden werden gevonden. Tegelijk blijkt dat verpleegkundigen zich niet volledig bekwaam achten op bachelor niveau; op competenties zoals evidence based practice (EBP), zelfmanagement bevorderen en gezamenlijke besluitvorming is sprake van kennistekorten. Factoren die de ontwikkeling van leiderschap bevorderen zijn werkcultuur-gebonden. DISCUSSIE EN CONCLUSIE: Inzetten op vergroten van bewustwording van zowel onbewuste bekwaamheid als onbekwaamheid naast een veilige teamsfeer zijn belangrijke stappen in de ontwikkeling van klinisch leiderschap. Hierin zijn reflectie en uitwisseling van goede voorbeeldsituaties ondersteunend. Het onderzoek levert een model voor verpleegkundig leiderschap op dat laat zien hoe persoonlijke leiderschapscompetenties door alle verpleegkundigen, ongeacht het functieniveau, worden ingezet in combinatie met expertise die aan het functie en opleidingsniveau is gekoppeld en waarbij gedeeld leiderschap als een gezamenlijke opdracht in teamverband wordt beoefend.
MULTIFILE
Studenten opleiden tot professionals die kunnen leven en werken in de huidige complexe en diverse samenleving. Kunnen acteren met mensen van verschillende achtergronden en de verhoudingen in de wereld kennen. Wereldburgers opleiden die zelfbewust zijn en met een kritische en empathische blik naar de wereld om hen heen kijken. Zodat ze na hun opleiding professionals zijn die begrijpen dat onderwerpen door henzelf en anderen vanuit verschillende invalshoeken kunnen worden aangevlogen. En in staat zijn om oplossingen te vinden voor ingewikkelde vraagstukken. Dat is een leven lang leren! Aan die ontwikkeling draag jij als onderwijsprofessional, op jouw manier, bij. Maar, dat vraagt ook van jou om steeds meer te acteren op het snijvlak van de interne leeromgeving van school en een externe (leer)omgeving, waarbij het cocreëren met verschillende stakeholders steeds belangrijker wordt voor het slim vormgeven van leerprocessen. De afgelopen periode onderschrijft des te meer dat we in een sneltreinvaart toe bewegen naar het ‘nieuwe normaal’, waarbij van ons wordt verwacht om anders te werken én te denken. Ingesleten denk- en werkpatronen volstaan niet meer in onze internationale samenleving die steeds complexer en onvoorspelbaarder wordt. Je ontkomt pas aan die patronen door opnieuw te gaan denken, te leren afstand nemen van vooropgestelde ideeën over wat er zou moeten zijn en ontstane situaties als kansen voor ontwikkeling te zien. Juist in deze tijd is flexibilisering van het onderwijs en cocreatie hard nodig om bij te dragen aan het ‘nieuwe normaal’. Design Thinking is een gedachtegoed, aanpak en onderwijsmethodiek die hierbij kan helpen. Het is een manier om vanuit een mens-perspectief te kunnen vernieuwen. In deze Design Thinking ‘proeverij’ hebben we gepoogd onze ervaringen met Design Thinking in living labs voor business en management studenten te bundelen met ervaringen van anderen en theorie. Daarvoor hebben we ervaringen van andere hogeschooldocenten die Design Thinking reeds toepas sen in hun onderwijsomgevingen en een praktische vertaling van de theorie over Design Thinking & Doing gebruikt. Met als doel dat jij voor jezelf kunt gaan ontdekken of Design Thinking (& Doing) iets is voor jou, en voor jouw studenten. Wie weet, misschien ontdek je zelfs dat je al een onbewust, bekwame Design Thinker bent.
Binnen het project ‘Cirkelen rond je onderzoek’ gaan we aan de slag met een nieuwe aanpak voor het maken van een onderzoeksvoorstel. Centraal in de aanpak staat een model met de acht belangrijke invalshoeken waar aandacht aan besteed moet worden bij het schrijven van een goed onderzoeksplan. Ook is in de aanpak veel aandacht voor de inbreng van alle relevante betrokkenen, zoals ervaringsdeskundigen. We proberen een nieuwe aanpak “Cirkelen rond je onderzoeksopzet’ uit met zeven samenwerkingsverbanden in oprichting die ieder een eigen subsidievoorstel hebben geschreven. Wij begeleiden hen daarbij en we onderzoeken wat de effecten zijn van deze aanpak op het te ontwikkelen voorstel en op het samenwerkingsverband-in-oprichting zelf. Het onderzoek in Nederland op het terrein van gezondheid en zorg is van hoog niveau. Toch is verbetering mogelijk onder andere op de volgende drie punten (Janssens, 2016): onderzoeksvragen kunnen beter aansluiten bij de kwesties in de praktijk; de inclusie van voldoende cliënten; de resultaten worden nog onvoldoende in de praktijk toegepast. Een succesvolle strategie om deze problemen het hoofd te bieden, lijkt het uitvoeren van het onderzoek in een samenwerkingsverband van een groot aantal partijen die bij de praktijkkwestie zijn betrokken (Janssens, 2016). Succesvolle samenwerkingsverbanden ontstaan echter niet vanzelf. Er is een aantal succesfactoren en valkuilen waarmee rekening dient te worden gehouden (Janssens, 2016; Van der Linden, Cox, & Holleman, 2010; Wehrens et al., 2011): elke partner brengt zijn eigen belangen mee. In een goed functionerend samenwerkingsverband is er ruimte om in een veilige sfeer te praten over belangen, waarden en normen en afstemming te bereiken; in een vroeg stadium moeten afspraken over doelen en producten van het onderzoek op papier worden gezet; daarbij moet er ook aandacht zijn voor wat het samenwerkingsverband niet gaat doen om overbelasting van de partners te voorkomen; een enthousiaste projectleider die de partijen bij elkaar kan brengen en de energie kan hooghouden is van groot belang voor het welslagen van het netwerk; een onderzoek dat primair dient om de praktijk te dienen vraagt om een passende manier van onderzoek die zowel zorgt voor praktische resultaten als voor wetenschappelijk verantwoorde kennisontwikkeling. Zo’n onderzoek ontwerpen is vaak methodologisch uitdagend; lokale factoren spelen een grote rol bij het daadwerkelijk toepassen van de resultaten in de praktijk. Iedere context vraagt om een eigen veranderstrategie om onderzoeksresultaten onderdeel te laten worden van de werkprocessen van zorgprofessionals; dit heeft ook gevolgen voor wie als partners in het samenwerkingsverband worden betrokken. Zo kan het verstandig zijn lokale leidinggevenden erbij te betrekken om te werken aan draagvlak en gevoel van urgentie. Doel Met dit onderzoek streven we vier doelen na: Kennisdoel Het onderzoek heeft als doel kennis te ontwikkelen over de bijdrage van de aanpak ‘Cirkelen rond je onderzoek' aan het vormen van een samenwerkingsverband voor het indienen en uitvoeren van een onderzoek binnen het Programma Langdurige Zorg en Ondersteuning (LZO) en Gewoon Bijzonder (GB) van ZonMw. Daarbij wordt gekeken naar de volgende drie niveaus van samenwerking: inhoud proces relatie Veranderdoel Ons onderzoek heeft als doel verandering te helpen realiseren bij de samenwerkingsverbanden in oprichting maar ook willen we binnen ZonMw bijdragen aan een andere manier van werken. Professionaliseringsdoel Het onderzoek heeft als doel verschillende doelgroepen te ondersteunen bij het vergroten en versterken van kennis en vaardigheden: de leden van de samenwerkingsverbanden-in-oprichting te helpen om een samenwerkingsverband op te zetten en goede onderzoeksopzetten te ontwikkelen; medewerkers en commissieleden van ZonMw te helpen ondersteuning te bieden aan consortiumvorming en de ontwikkeling van passende onderzoeksdesigns en tevens de passendheid van onderzoeksvoorstellen beter te beoordelen. Ontwerpdoel Het onderzoek heeft als doel de volgende producten te ontwerpen: een proces bestaande uit vier workshops met individuele activiteiten ertussen, waarin potentiële leden van een consortium gezamenlijk een onderzoeksopzet ontwikkelen; hulpmiddelen die gebruikt kunnen worden tijdens dit proces voor het cirkelen rondom het onderzoek; een handreiking voor onderzoekers, commissieleden en ZonMw medewerkers voor het ontwikkelen van een passende onderzoeksopzet voor praktijkgericht onderzoek. Deze zal open access beschikbaar worden gemaakt. Resultaten De resultaten zijn te lezen op de projectpagina Cirkelen rond je onderzoek light. Looptijd 18 januari 2021 - 31 december 2023 Aanpak Onze aanpak voor het ontwikkelen van een onderzoeksopzet ‘Cirkelen rond je onderzoek’ (Andriessen & Ganzevles, n.d.) helpt samenwerkingsverbanden in oprichting bij het adresseren van bovenstaande invalshoeken. De aanpak is ontwikkeld op basis van een serie workshops die ZonMw en het Lectoraat Onderzoekend Vermogen van Hogeschool Utrecht in 2018 hebben gehouden en waarin prototypes van de aanpak zijn uitgeprobeerd. Centraal in de aanpak staat het idee dat je bij het ontwikkelen van een onderzoeksopzet moet kijken vanuit acht invalshoeken (zie afbeelding ..). Deze invalshoeken zijn belangrijk om te komen tot een onderzoek dat zowel wetenschappelijk valide resultaten oplevert als ook direct bijdraagt aan verbetering van de praktijk. In een serie van bijeenkomsten bespreken de consortiumpartners de invalshoeken en nemen ze gezamenlijk besluiten over de opzet van hun onderzoek. Meer informatie
In Nederland zijn tienduizenden mensen die leven met dementie ondervoed. Het merendeel van deze mensen woont thuis. Ondervoeding leidt tot gezondheidsproblemen, een sneller ziekteverloop, eerdere opname in een verpleeghuis en een toename van ziekenhuisbehandelingen. Voedingsinterventies zouden op maat ingezet moeten worden, rekening houdend met persoonlijke wensen en behoeften van de personen met dementie en hun omgeving. Het KIEM-hbo project “COOK3R” onderzoekt hoe zelfstandig wonende mensen met (beginnende) dementie en hun omgeving zo goed mogelijk kunnen worden ondersteund bij het bereiden van warme, gebalanceerde maaltijden. Hiertoe wordt een slimme, interactieve kookplaat (de COOK3R) ontwikkeld, die hen op een ‘empathische’ manier bij het kookproces begeleidt. De COOK3R zich kan aanpassen aan en anticiperen op de persoonlijke wensen en behoeften van de diverse groep gebruikers bij het koken. De COOK3R kan op deze manier bijdragen aan het tegengaan van ondervoeding van mensen met (beginnende) dementie, hun zelfredzaamheid vergroten en zorgprofessionals en mantelzorgers ontlasten bij hun zorgtaak voor deze kwetsbare doelgroep. Het onderzoeksdesign is gebaseerd op het conceptueel kader voor het verrichten van onderzoek naar een empathische woonomgeving: In een vier-stappenproces worden (1) de behoeften van de doelgroep verkend, deze worden (2) vertaald naar passende ontwerp-strategieën om vervolgens in een proces van co-creatie met de doelgroep, mantelzorgers en zorgprofessionals te worden (3) verwerkt tot een experimenteel prototype van de COOK3R. Dit prototype wordt ten slotte (4) gevalideerd in de dagelijkse praktijk. In deze fase wordt nagegaan of het systeem technisch functioneert en aansluit bij de eerder geformuleerde behoeften van de doelgroep. De opgedane inzichten worden direct gebruikt om handreikingen te doen voor de ontwikkeling van hulpmiddelen bij voedselbereiding voor mensen met (beginnende) dementie in de thuissituatie. Hierdoor draagt het project bij aan het verbeteren van hun kwaliteit van leven en het verminderen van de zorglast voor deze groep.
Het doel van ons SIA RAAK-PRO onderzoek is methodieken ontwikkelen voor het op maat begeleiden van mbo-studenten in hybride leeromgevingen. De directe aanleiding voor dit project zijn vragen van begeleiders uit de beroepspraktijk en van roc’s. In het onderzoek hebben we tot nu toe inzicht gekregen in leerprocessen van studenten en begeleidingsstrategieën van begeleiders in hybride leeromgevingen. Deze inzichten lijken voor veel begeleiders iets toe te voegen aan hun bestaande kennis (fase 1, werkpakketten 1-3). Oorspronkelijk was ook het idee om methodieken te ontwikkelen via ontwerponderzoek (fase 2) samen met special design teams. Daarnaast zou de doelmatigheid van de methodieken voor studenten worden onderzocht. Door de COVID19-crisis zijn de mengvormen van school en werkplek, dus het leren en begeleiden in hybride leeromgevingen, nagenoeg onmogelijk geworden. Veel hybride leeromgevingen liggen stil of nemen geen studenten aan. Daarom hebben we tijd en energie moeten stoppen in het herontwerpen van dit gedeelte van het onderzoek. Omdat de inzichten die wij met het onderzoek ophalen voor veel begeleiders een meerwaarde zijn, hebben we doelmatigheid anders gedefinieerd. We hebben tools gemaakt die begeleiders inzicht geven in leerprocessen én hun eigen begeleiding. Echter, omdat we ons onderzoeksdesign en focus op doelmatigheid hebben moeten aanpassen en omdat de special design teams niet verder kunnen door de pandemie, hebben we als onderzoekers veel werk moeten verrichten. Deze tijd was eigenlijk bedoeld voor kennisbenuttingsactiviteiten. Zoals het er nu uitziet lukt het ons om de methodieken in tools te vervatten en daar de bruikbaarheid van te testen. Maar we zien dat we vervolgens geen tijd en ruimte hebben deze tools en de kennis die daaraan ten grondslag ligt te verspreiden en te verduurzamen. In deze RAAK-Impuls-aanvraag doen we het voorstel hoe we de kennisbenutting van dit project, dat voor begeleiders waardevolle inzichten heeft opgeleverd, alsnog kunnen realiseren via introductieactiviteiten.