Melkveehouders beschikken over alsmaar meer data van hun dieren. De uitdaging is om die datastromen op de juiste manier te gebruiken. Het lijkt erop dat de crux zit in het combineren van verschillende gegevens.
DOCUMENT
In 2010, the definition of cachexia was jointly developed by the European Society for Clinical Nutrition and Metabolism (ESPEN) Special Interest Groups (SIG) "Cachexia-anorexia in chronic wasting diseases" and "Nutrition in geriatrics". Cachexia was considered as a synonym of disease-related malnutrition (DRM) with inflammation by the ESPEN guidelines on definitions and terminology of clinical nutrition. Starting from these concepts and taking into account the available evidence the SIG "Cachexia-anorexia in chronic wasting diseases" conducted several meetings throughout 2020-2022 to discuss the similarities and differences between cachexia and DRM, the role of inflammation in DRM, and how it can be assessed. Moreover, in line with the Global Leadership Initiative on Malnutrition (GLIM) framework, in the future the SIG proposes to develop a prediction score to quantify the individual and combined effect(s) of multiple muscle and fat catabolic mechanisms, reduced food intake or assimilation and inflammation, which variably contribute to the cachectic/malnourished phenotype. This DRM/cachexia risk prediction score could consider the factors related to the direct mechanisms of muscle catabolism separately from those related to the reduction of nutrient intake and assimilation. Novel perspectives in the field of DRM with inflammation and cachexia were identified and described in the report.
DOCUMENT
Het horen, zien of ruiken van een roofdier kan stress veroorzaken bij prooidieren, zo blijkt uit onderzoek. Die stress zorgt voor negatieve veranderingen in het gedrag van het prooidier, en zou effect kunnen hebben op de voortplanting. Er is nog maar weinig bekend over het effect van meerdere roofdieren op de voortplanting van prooidieren. Probleem is, hoe tel je de effecten van kleine roofdieren en grote roofdieren bij elkaar op? En weten we dan genoeg om, via beheermaatregelen, bedreigde diersoorten te beschermen tegen een overmaat aan stress door meerdere roofdieren?
DOCUMENT
In de context van zorghuisvesting voor langdurige zorg wordt verondersteld dat, vanwege de specifieke doelgroep (kwetsbare mensen) die hierin gehuisvest is, aanvullende eisen voor luchtkwaliteit en het thermische binnenklimaat wenselijk zijn ten opzichte van de eisen voor de gemiddelde gezonde (jong) volwassene. Echter, in hoeverre dit vraagt om specifieke eisen ten aanzien van het binnenklimaat is onduidelijk en, indien dit het geval is, welke condities dan de voorkeur zouden hebben is eveneens niet bekend. Om hier antwoord op te vinden is onderzoek nodig dat in dit rapport is beschreven.
DOCUMENT
Voor u ligt de voorlichtingspublicatie "TIG- en plasmalassen". Deze voorlichtingspublicatie is bedoeld voor allen die te maken hebben of te maken krijgen met toepassing van de betreffende verbindingstechnieken. Daarbij moet worden gedacht aan bijvoorbeeld constructeurs, lastechnici, werkvoorbereiders, enzovoorts. Deze voorlichtingspublicatie is een update van de voorlichtingspublicaties VM 81 uit 1990. De updating was noodzakelijk daar zich in de afgelopen jaren een groot aantal belangrijke ontwikkelingen heeft voorgedaan op het gebied van deze technieken.
DOCUMENT
Onderzoek naar de belangrijkste gevolgen van koudmerken voor het welzijn en de gezondheid van de koe. Onderzoeksvragen Beschreven gevolgen voor de koe: · Wat is het directe effect (incidentie, ernst, duur) van de ingreep op het welzijn van de koe? · Zijn er andere dan directe effecten bekend of te verwachten van het al dan niet verbieden van koudmerken? Gebruik nationaal: · Welk percentage van de melkveehouders past koudmerken toe en welke bedrijfskenmerken zijn geassocieerd met het gebruik van koudmerken? · Welke alternatieve identificatiemethodes zijn er beschikbaar en in welke mate kunnen deze als gelijkwaardig worden beschouwd? Wetgeving en gebruik in Europa: · Welke regelgeving is beschikbaar in andere EU landen (welke landen) voor het identificeren dan wel het plegen van ingrepen bij melkkoeien. · Op welke schaal wordt koudmerken in het buitenland toegepast en in welke landen wordt er gebruik van gemaakt? · Welke alternatieven worden er in het buitenland gebruikt en in welke mate kunnen deze als gelijkwaardig worden beschouwd?
DOCUMENT
Deze publicatie is samengesteld door de werkgroep "Vonkerosie" van de vereniging FME-CWM en geeft gerichte theoretische en praktische informatie ten behoeve van respectievelijk de gebruikers van vonkerosiemachines, geïnteresseerden in vonkerosietechnieken, alsmede voor technische cursussen en opleidingen. Er bestaat een intensieve samenwerking met de "Contactgroep Fysisch Chemisch Bewerken (CFC)" van de Vereniging voor Produktietechniek - VPT. De inhoud van deze publicatie behandelt met name alle aspecten welke voor het vonkeroderen van belang zijn. Deze publicatie vervangt de voorlichtingspublicaties VM 76 "Zinkvonkerosie", VM 77 "Draadvonkerosie" en VM 79 "Numeriek bestuurd zinkvonken".
DOCUMENT
Het thema van deze handreiking is ‘Werken met de Wmo’. Het is bedoeld voor u als docent Social Work om u te ondersteunen bij het samenstellen van lesmateriaal rond het werken in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Deze handreiking is een mix van inhoudelijke informatie en informatie over materialen die ontwikkeld zijn binnen de Wmo-werkplaatsen ten aanzien van dit onderwerp, zodat u dit naar eigen inzicht en met eventuele aanpassingen kan toepassen in het onderwijs. Deze handreiking is als volgt opgebouwd. Eerst wordt kort inzicht gegeven in de hervormingen als gevolg van de invoering van de Wmo en toegelicht wat het verschil is tussen transitie en transformatie. Vervolgens worden aan de hand van zes thema’s onderwijsmodules en literatuur die aansluiten bij het thema genoemd en een aantal voorbeeldoefeningen gegeven. Daarbij is er aandacht voor de transitie oftewel de structuurveranderingen van de zorg en de transformatie, een andere visie op ondersteuning. Ten gevolge van de transitie is de organisatie van de zorg anders geregeld en de toegang tot zorg veranderd. De transformatie gaat over een andere visie op en wijze van ondersteunen.
DOCUMENT
Jeugdformaat biedt residentiële jeugdhulp aan in de regio Haaglanden, bestaande uit logeerhuizen, aanleunwoningen en zelfstandige studio’s (HAT). Jeugdformaat wil weten hoe het met jongeren gaat die de logeerhuizen hebben verlaten. Met dit onderzoek trachten we deze vraag te beantwoorden. In het onderzoek is het sociaal-competentiemodel als kader gebruikt, omdat Jeugdformaat in de logeerhuizen vanuit dit model werkt. Dit model gaat er vanuit dat er voor elke levensfase bepaalde ontwikkelingstaken zijn die een kind dient te volbrengen om zich goed te kunnen ontwikkelen. Jongeren kijken verschillend terug op de begeleiding door Jeugdformaat. De uitdaging voor Jeugdformaat zit vooral in het bieden van maatwerk: wat heeft welke jongere op welk moment aan begeleiding nodig? Jongeren zijn over het algemeen tevreden over de begeleiding bij onderwijs en werk, hun fysieke gezondheid en uiterlijke verzorging. Daarnaast vertellen enkele jongeren spontaan over de aandacht voor hun mentale gezondheid. Daarentegen is er volgens jongeren onvoldoende aandacht voor het onderhouden van vriendschappen en relaties en voor het zinvol invullen van hun vrije tijd. Alle jongeren hadden begeleiding nodig bij het vormgeven van de relaties met hun ouders en familie. Stimulering van het contact, begeleiding bij contactmomenten, reflectie op de contactmomenten en respect voor hun wensen rondom het contact hielpen daarbij. Wat betreft de veiligheid op de groep vinden jongeren het belangrijk dat algemene ruimtes schoon zijn en dat vriendschappen op de groep niet gestimuleerd worden. Daarnaast zeggen ze dat er streng gecontroleerd zou moeten worden op alcohol en drugs op de groep en op (seksuele) relaties tussen groepsgenoten, om zo ongewenste en onveilige situaties te voorkomen. Tenslotte vinden jongeren een goede voorbereiding op zelfstandigheid na hun verblijf bij Jeugdformaat belangrijk. Zij hebben hulp nodig bij het vinden van een geschikte woning, het leren omgaan met hun financiën en bij het vinden van hun weg naar instanties en regelingen die er zijn om hen te ondersteunen.
MULTIFILE
In 2008 heeft het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie (KNGF) de KNGF-beweegprogramma’s herzien; het warden de ‘Standaarden Beweeginterventies’, gericht op mensen met een chronische aandoening. Een dergelijke standaard stelt een voldoende competente fysiotherapeut in staat bij mensen met een chronische aandoening een actieve leefstijl te bevorderen en hun mate van fitheid te verhogen. Basis voor de herziening vormen de oorspronkelijk door TNO ontwikkelde beweegprogramma’s, van waaruit de tekst grondig is geactualiseerd. De gedetailleerde invulling van de programma’s in ‘kookboekstijl’ is niet opnieuw opgenomen. Gekozen is voor een actueel concept dat de fysiotherapeut de mogelijkheid biedt een ‘state-of-the-art’programma te ontwikkelen met respect voor de individuele patiënt en praktijkspecifieke randvoorwaarden
DOCUMENT