Uit het onderzoek naar outreachend werken bij Maatschappelijke Dienstverlening Alexander komt onder meer naar voren, dat de professionals van MDA zorgen hebben over het vasthouden van de kwaliteit van hun aanpak binnen het werken in sociale wijkteams. In overleg met MDA is daarom gekozen voor het samen ontwikkelen van een werkwijze voor groeiend kwaliteitsbewustzijn die past bij de aard van outreachend werken. Inspiratie daarvoor werd gevonden in een werkwijze die Andries Baart en anderen ontwikkelde met professionals in organisaties voor ouderenzorg. Kern van de werkwijze van Baart en zijn team is, dat een open serie gesprekken tussen professionals wordt georganiseerd over wat goede zorg is, hoe men die wil bereiken en hoe die ook verantwoord zou kunnen worden (op manieren die aanvullend zijn voor de formele verantwoording die subsidiegevers vragen). Vanuit de Wmo werkplaats Rotterdam is een vergelijkbare serie gespreksbijeenkomsten georganiseerd voor medewerkers van MDA die in verschillende sociale wijkteams actief zijn. De gesprekken gingen bijvoorbeeld over: - welke deugden streef je na met het outreachend werken? - hoe en wanneer deze deugden in het werken met cliënten ingezet worden; - hoe kun je nóg beter reflecteren op de situatie en de context van de cliënt; - of de begeleiding in die specifieke situatie met deze cliënt ’goede begeleiding’ is; - hoe deze kwaliteit binnen een wijkteam een (geborgde) plaats kan krijgen. De uitwisseling van ervaringen en het samen bouwen aan kwaliteitsbewustzijn vonden de deelnemers waardevol. Tijd voor dialoog en reflectie wordt weinig gemaakt. Dit proces heeft geleid tot twee resultaten voor de Wmo werkplaats: een procesevaluatie en een handreiking waarin de werkwijze overdraagbaar wordt gemaakt.
DOCUMENT
Tot voor kort was het in Nederland taboe om hulp te verlenen aan mensen die daar niet zelf om gevraagd hadden. Maar sinds is vastgesteld dat outreachend werk bijzondere resultaten kan opleveren voor de cliënt en zijn omgeving, zijn de belangstelling en het enthousiasme voor deze vorm van hulpverlening sterk toegenomen. De discussie gaat nu niet meer over de vraag of hulp- en dienstverleners zich ongevraagd met mensen mogen bemoeien maar over de vraag hoever ze daarin mogen gaan. Met dit handboek kunnen (aankomende) eerstelijnwerkers in sociale beroepen zich voorbereiden op het outreachend werken. Het bevat een analyse van de recente aandacht voor deze werkwijze en het belang ervan in de huidige tijd. Maar er is ook een praktisch gedeelte, waarin het methodisch handelen wordt beschreven. Aan de orde komen vragen als: Hoe organiseer je outreachend werk en hoe legitimeer je het? Welke vaardigheden en gedragskenmerken heb je nodig om dit werk te kunnen doen? Hoe treed je de cliënt tegemoet? En hoe organiseer je de samenwerking met signaleerders, het sociale netwerk rondom de cliënt of instanties waar je de cliënt naar doorverwijst? Outreachend werken is zeer praktisch en didactisch van opzet. Op de bijbehorende website is een uitgebreide verzameling van studiemateriaal beschikbaar, met onder meer videofragmenten, brochureteksten, opdrachten. formulieren, links en een interactief schema. Met behulp hiervan leren (aankomende) social workers, maar ook bijvoorbeeld SJD'ers, politieagenten of medewerkers van een woningbouwvereniging, hoe zij goed beslagen ten ijs kunnen komen in deze uitdagende werkvorm.
DOCUMENT
Hoe doen sociaal werkers hun werk in coronatijden? Wat betekent het beeldbellen voor de kern van hun beroep: contact onderhouden? Het wordt moeilijker voor ze om onder deze omstandigheden hun professionele verantwoordelijkheid waar te maken, zo blijkt uit een peiling van het Kenniscentrum Sociale Innovatie van Hogeschool Utrecht.
LINK
De Amsterdamse Wmo-werkplaats heeft tussen 2009 en 2012 onderzoek verricht naar vijf beloftevolle outreachende praktijken. De resultaten laten zien wat burgers en sociaal werkers anders moeten doen om de transformatie van verzorgingsstaat naar participatiesamenleving tot een succes te maken. Dit is in de eerste plaats: voorkomen dat burgers in de meest kwetsbare situaties hieronder lijden. Het onderzoek is uitgevoerd onder leiding van het lectoraat Outreachend werken en innoveren van de Hogeschool van Amsterdam. De vijf onderzochte praktijken zijn: - Participatie jonge moeders - Daklozen in zelfbeheer - Project Loket"Verslaafden" - Maatschappelijk steunsysteem - Project Veilig en sociaal
DOCUMENT
Wie problemen ervaart wordt graag open, direct en met compassie benaderd. Niet door iemand die zich opstelt als functionaris, maar door een medemens die oprecht interesse toont. Alle beroepen waarin het omgaan met mensen belangrijk is, zijn meer effectief uit te oefenen wanneer dit de grondhouding is. In dit boek hebben we uitgelegd hoe outreachende professionals in het sociaal werk professionele medemensen kunnen zijn.
DOCUMENT
Deze publicatie betreft de lectorale rede van dr. Martin Stam, uitgesproken op 3 september 2013. Deze openbare les gaat over de rol van outreachend sociaal werk. Outreachend werkers kiezen beroepshalve principieel voor mensen in precaire omstandigheden,voor wie de verzorgingsstaat in de eerste plaats bedoeld was, maar die desondanks vaak van effectieve steun verstoken blijven. Met wie horen verzorgingsstaat en het sociaal werk zich te bemoeien en hoe ver moet die bemoeienis gaan? Op deze vragen zoeken politiek en wetenschap een antwoord. Met die vragen zijn ook outreachend werkers dagelijks bezig. Outreachend werkers mengen zich nu nog te weinig in dit maatschappelijk debat. Dat komt zeker ook omdat ze het al druk genoeg hebben. Ze zijn immers tegelijkertijd bezig hun werk uit te voeren en uit te vinden. Tot wat voor antwoord ze komen, daarover deze lectorale rede.
LINK
Bij Vroeg Eropaf zoekt de gemeente contact met inwoners over wie een betaalachterstand is gemeld om hulp aan te bieden. Onderzoekers van Bureau Bartels, Verwey-Jonker Instituut, Centraal Bureau voor de Statistiek en Hogeschool Utrecht hebben samen met de Gemeente Amsterdam de Vroeg Eropaf-aanpak in Amsterdam tegen het licht gehouden: wat werkt? Wat zijn volgens dit onderzoek succesfactoren van de Vroeg Eropaf-aanpak? - Het outreachend werken/proactief benaderen van inwoners met betaalachterstanden. Dus: niet wachten tot inwoners zelf op zoek gaan naar hulp. - Combineren van meerdere vormen van communicatie (‘gecombineerde aanpak’). Dus: benaderen van inwoners via huisbezoek, telefoon, e-mail, WhatsApp, en alle andere manieren die je kunt bedenken. - Duidelijk en eerlijk zijn over mogelijke dienstverlening. Dus: verwachtingsmanagement. - Maken van écht contact. Dus: luisteren naar de inwoner en horen welke vragen, twijfels, angsten of oplossingen de inwoner heeft.
DOCUMENT
SIMONE is een intramurale voorziening nieuwe stijl waar kwetsbare mishandelde vrouwen en hun kinderen, vaak met meervoudige problemen, via de WMO instromen in een eigen woonvoorziening met een eigen voordeur. Deze aanpak vraagt van groepswerkers om meer vakinhoudelijk maatwerk te leveren en pro-actief te zijn. De werkwijze van SIMONE is gevolgd via bestudering van kerndocumenten, interviews met professionals en bewoners, en observaties. Op grond daarvan zijn in samenspraak met de staf leidende principes en klantbeloftes geformuleerd die gaan over waarden als gelijkwaardigheid, bejegening, compassie en talentontwikkeling. In deze handreiking wordt beschreven hoe het werken in de nieuwe voorziening van Arosa, medewerkers en cliënten richting kan geven bij de overgang van een leefgroep- en groepsgerichte aanpak naar een individueel en systeemgerichte maatwerk aanpak. De nieuwe voorziening biedt per 1 februari 2018, 20 appartementen - zelfstandige woonruimten - voor vrouwen met en zonder kinderen
DOCUMENT
Er verandert veel in het welzijnswerk. Dit heeft gevolgen voor de sociaal werkers en de wijkbewoners die zij ondersteunen. Ondernemen in Welzijn laat zien welke veranderingen er gaande zijn, wat de gevolgen daarvan zijn en welke rol ondernemender gedrag en ondernemerschap daarbij kunnen spelen. Het brengt de ontwikkelingen in kaart als gevolg van de nieuwe kaders voor het werk (Wmo en Welzijn Nieuwe Stijl) en de bezuinigingen. Met uitgebreid casusmateriaal wordt deze andere aanpak tot op het niveau van de dagelijkse praktijk uitgewerkt. Ondernemen in Welzijn is daarmee geschikt voor studenten sociaal werk, welzijnswerkers in de praktijk en belangstellenden, bijvoorbeeld beleidsmedewerkers, die geïnformeerd willen worden over de gehele sector. Voor leidinggevenden en hrm-ers maakt Ondernemen in Welzijn inzichtelijk dat intern ondernemend werken ook een organisatieverandering vergt. Een individuele welzijnswerker kan wel ondernemend willen werken, maar bij blokkades door de organisatie, bijvoorbeeld een egalitaire teamcultuur, top-down management of te strakke procedures, lukt dit niet. Een omslag in de aanpak van het werk is echter hard nodig. Versterkte inzet van HRM-instrumenten en een andere stijl van leidinggeven zijn onontbeerlijk.
LINK
Zelfregie, participatie en sociale samenhang zijn kernbegrippen in de uitvoering van de Wmo. Sociale professionals staan daarom voor een pittige opgave; van hen worden andere vaardigheden gevraagd. Deze uitgave beschrijft een set van tien competenties waar de nadruk op ligt in het werk. Een veldonderzoek in acht gemeenten en 87 initiatieven om sociaal werkers opnieuw te profileren, hebben geleid tot de totstandkoming van deze competenties. Deze competenties zijn opgesteld in nauwe samenwerking met brancheorganisaties, vakbonden, beroepsverenigingen en beroepsonderwijs.
DOCUMENT