In dit artikel (en keynote) schetst Nigten enkele grote veranderingen in onze samenleving en dagelijks leven en hoe dit samenhangt met onze kijk op techniek. Zij signaleert een verschuiving van techniek gestuurde innovatie naar innovatie door en met de eindgebruiker en hoe dit zich verhoudt tot technisch onderwijs. Vervolgens vergelijkt Nigten het procesverloop van grote sociale maatschappelijke innovaties met innovatie trajecten zoals we die kennen op het gebied van producten of diensten. Grote sociale innovatie trajecten vragen, net als radicale product- en diensteninnovaties, om andere organisatiemodellen dan het model waarin een product steeds verder verfijnd of verbeterd wordt. Om ons heen zien we dat de ROC opleidingen en de Hogescholen, moeite hebben met snel schakelen. De grote organisaties, de instituten hebben meestal niet de armslag om risico, een belangrijk aspect van innovatie, te nemen. Desondanks is het van groot belang dat de studenten toekomstbestendig onderwijs krijgen. Aan de hand van innovatie projecten van The Patching Zone, een transdisciplinair innovatie laboratorium in Rotterdam en het lectoraat PI aan de Hanze Hogeschool wordt er in dit artikel nader in gegaan op bruikbare innovatie modellen voor het technisch onderwijs. Hiervoor hanteert Nigten twee sleutelbegrippen: co-creatie en creativiteit en hoe deze die naadloos op elkaar aan kunnen sluiten.
MULTIFILE
In een pluriforme en democratische samenleving is het leren omgaan met diversiteit en verschillen een belangrijke burgerschapscompetentie. Vanuit de contacttheorie kan worden verondersteld dat contact tussen leden van verschillende sociale groepen hier een positieve bijdrage aan levert doordat het vooroordelen en discriminatie kan verminderen. Een onderwijsomgeving met weinig diversiteit in opvattingen en sociale achtergronden beperkt daarmee de mogelijkheid om vanuit de contacttheorie positieve effecten te genereren. Het doel van dit onderzoek is om meer inzicht te krijgen in de pedagogisch-didactische handelingen van docenten Burgerschap om studenten – binnen een homogene onderwijsomgeving – te leren omgaan met verschillen. Hiertoe zijn zowel mbo-docenten als mbo-studenten geïnterviewd. Uit de resultaten blijkt dat docenten hiervoor gebruik maken van verschillende werkvormen, zoals dialogische didactiek, rollenspellen, samenwerkingsopdrachten en excursies. Deze werkvormen komen gedeeltelijk overeen met de uitgangspunten van de contacttheorie. Er kan dus worden geconcludeerd dat er diverse opties zijn om het leren omgaan met verschillen te bevorderen binnen een homogene onderwijsomgeving.
MULTIFILE
Binnen dit project werken we als onderzoekers samen om een beeld te krijgen hoe Nederlandse burgers met een migratieachtergrond worden gerepresenteerd in sport, kunst en cultuur, maar ook hoe we via educatie het thuisgevoel kunnen bevorderen. Hierbij staat de volgende vraag centraal: hoe kunnen we sociale cohesie bevorderen in een diverse, pluriforme samenleving?