In order to deliver good work, professionals need agency – the ability to act and decide on the course of one’s actions. The agency of professionals in the public sector is however increasingly under pressure. Research suggests that these limitations on the agency of public professionals in turn limit their ability to create and sustain positive outcomes for the people and populations they serve.In this chapter, we discuss findings resulting from a longitudinal bottom-up action research approach in the Dutch education sector. The approach is aimed at strengthening the agency of public professionals, using professional dialogue as a central concept. We present and discuss both the methodology used and the results of that methodology in strengthening the agency of public professionals in 11 teams in 3 educational institutions.The results suggest that there are clear benefits of a tailor-made support for teams of professionals, such as employed in the action research. In varying degrees and dependent on context, this started or accelerated reflection on and improvement in setting goals, cooperation in the team and quality of work, thus at least partly increasing the agency of public professionals in the teams. In varying degrees, the lack of sufficient team and organizational conditions were found to often hinder the development of agency of public professionals.
DOCUMENT
In het programma ‘Agency arrangeren’ onderzoeken we welke elementen in activiteiten voor en met jongeren (12-18 jaar) deze jongeren ondersteunen in het ontwikkelen van ‘agency’. We richten ons daarbij op jongeren die in een achterstandspositie verkeren en/of anderszins kwetsbaar zijn. Het ervaren van agency draagt bij aan zowel het persoonlijke welzijn als de maatschappelijke participatie en betrokkenheid van jongeren. In hoofdstuk 2 komen we op basis van literatuur tot een eigen definitie van en visie op agency. In hoofdstuk 3 gaan we in op de vraag hoe omgevingen gearrangeerd kunnen worden die ruimte bieden voor agency van jongeren en die de ontwikkeling van agency stimuleren, Tot slot brengen we in hoofdstuk 4 kort samen hoe we uit te literatuur tot een onderzoeksfocus komen voor de volgende fasen van dit programma.
MULTIFILE
In een veranderende arbeidsmarkt is het noodzakelijk om je als professional wendbaar op te stellen, in te spelen op nieuwe rollen en je loopbaan doelbewust vorm te geven. In het hoger beroepsonderwijs sluiten steeds meer onderwijsinnovaties hierop aan met leeromgevingen, waarin van studenten verwacht wordt dat ze hun leerproces autonoom en bewust kunnen construeren. De vraag is hoe student agency in een dergelijke onderwijsleeromgeving wordt gestimuleerd. presentatie Onderwijs Research Dagen
MULTIFILE
Voor zorgprofessionals die met kinderen met overgewicht werken, zoals kinderdiëtisten en -fysiotherapeuten, is het moeilijk om optimale ondersteuning te bieden aan deze kinderen en hun ouders. Dit heeft te maken met de multifactoriële aard van overgewicht, de beperkte vergoede behandeltijd en de benodigde tijd die leefstijlverandering vraagt. Een waardevolle toevoeging voor de huidige zorgpraktijk zou een mHealth-applicatie zijn die zowel voor kinderen en ouders als de professionals ondersteunend werkt bij het ontwikkelen en adopteren van een duurzaam gezondere levensstijl door kinderen. Door deze ‘blended care’ aanpak te ontwikkelen wil De Haagse Hogeschool, DIO Agency, Lijfstijl Diëtisten en TiM Fysiotherapie bijdragen aan het stabiliseren of reduceren van overgewicht van kinderen. Dergelijke leefstijlinterventie-ondersteunende applicaties bestaan al voor volwassenen, maar nog niet voor kinderen in de basisschoolleeftijd. Er bestaan wel enkele stand-alone applicaties voor deze doelgroep. De Supereters app van DIO Agency is hier een voorbeeld van. Deze app is de afgelopen jaren, in samenwerking met studenten Voeding & Diëtetiek van HHS, gevuld met evidence-based leefstijl informatie. Zorgprofessionals hebben deze app positief geëvalueerd voor integratie in gecombineerde leefstijlinterventies. In dit project willen we gezamenlijk onderzoeken hoe de reguliere zorgaanpak door digitale ondersteuning verrijkt kan worden tot een blended care aanpak. Dit doen wij door in een iteratief cocreatie proces met kinderen, ouders en zorgprofessionals informatie over de wensen, behoeften en leefwereld van de verschillende gebruikers, inhoudelijke kennis over leefstijl en gedragsverandering en technische en ethische randvoorwaarden, te integreren in de Supereters app en blended care aanpak. Hiermee leggen we een goede basis voor het implementeren van de applicatie in de zorgpraktijk en het evalueren van de effecten daarvan in een opvolgend project. Daarnaast krijgt een toekomstige generatie ontwerp- en zorgprofessionals hands-on ervaring met het cocreëren van eHealth oplossingen door te participeren in dit project.
Dubbele vergrijzing en toenemende druk op de zorg maken de vraag om toekomstgerichte, toepasbare en werkende oplossingen op het gebied van gezondheid, zorg en welzijn steeds urgenter. Een gedeeltelijke verschuiving van de zorg voor mensen (met dementie) van de formele zorg naar het informele netwerk in de wijk is noodzakelijk. Woonzorgcentra worden meer onderdeel van de wijk met beleid dat gericht is op ‘leven in vrijheid en veiligheid’ in een inclusieve, dementievriendelijke, samenleving. Dat betekent dat wijken daarop moeten worden toegerust Dit speelt ook bij zorgorganisatie Treant. Zij wil samenwerken met de wijk en meebewegen met de kracht en mogelijkheden die de gemeenschap biedt. In het project staat de volgende vraag centraal: ‘Op welke manier kunnen innovatieve sociaal-ruimtelijke interventies bijdragen aan toegankelijkheid en ‘social guiding’ als facilitator van laagdrempelige informele ontmoetingen in het belang van een inclusieve wijk waarin ouderen (met dementie) veilig en in vrijheid kunnen wonen?’ Er wordt gebouwd aan een gezamenlijke basis voor het verandertraject, door vanaf de start samen te werken met professionals en bewoners in de wijk en in het zorgcentrum. Om zo met elkaar toe te groeien naar een inclusieve wijk en dit te verankeren in bestaande waarden van de wijk en de organisaties die daarbinnen actief zijn.
De maatschappij verandert continu en vraagt om leraren die zich blijven ontwikkelen en nadenken over de vraag hoe ze hun onderwijs met de kennis van nu kunnen verbeteren. Van hen wordt gevraagd om zelf sturing te geven aan en verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen professionele ontwikkeling. In de literatuur wordt in dit verband gesproken over ’agency’ (Eteläpelto, Vähäsantanen, Hökkä, & Paloniemi, 2013). Bij agency gaat het om het bewust uitoefenen van invloed op de eigen professionele ontwikkeling en de vormgeving van de onderwijspraktijk door het maken van keuzes en nemen van initiatieven. Een verbijzondering van het begrip agency is voortgekomen uit het promotieonderzoek van de postdoc-kandidaat (Van der Heijden, 2017). Uit dit onderzoek blijkt dat binnen het begrip agency vier hoofdcategorieën zijn te onderscheiden, namelijk meesterschap, samenwerken, ondernemerschap en levenslang leren. Deze hoofdcategorieën zijn onder te verdelen in negen agency-kenmerken: - Meesterschap: (1) focus op leerlingen, (2) focus op het leren van leerlingen, (3) vertrouwen in eigen kunnen, (4) beroepsmotivatie, - Samenwerken: (5) professionele collegialiteit, - Ondernemerschap: (6) focus op innovatie op klasniveau, (7) focus op innovatie op schoolniveau, - Levenslang leren: (8) focus op de eigen kennisontwikkeling en (9) focus op het professioneel handelen. Voor lerarenopleidingen is het van belang van om agency van studenten te ontwikkelen zodat zij regie nemen over hun eigen professionele ontwikkeling en in de beroepsuitoefening doelbewust initiatieven nemen om onderwijspraktijken te veranderen met het oog op het bevorderen van de (brede) ontwikkeling en het leren van leerlingen. In het voorgestelde onderzoeksproject wordt in een lerarenopleiding (Hogeschool de Kempel) een interventie uitgevoerd die erop is gericht dat Pabo-studenten agency ontwikkelen met betrekking tot de uit het promotieonderzoek voortgekomen negen agency-kenmerken. De centrale onderzoeksvraag heeft betrekking op welke wijze waarop de opleiding tot leraar basisonderwijs kan bijdragen aan agency van studenten en onder welke condities.