Het eenduidige antwoord op de onderzoeksvraag ‘Hoe bereiden jongsenioren zich voor op hun mogelijke kwetsbaarheid in gezondheid en welzijn op de lange termijn’ is dat jongsenioren zich nauwelijks voorbereiden op hun kwetsbaarheid in de toekomst en het beste benaderd kunnen worden vanuit hun situatie in het heden rond de dimensies van Positieve Gezondheid 5 . Deze zijn gebaseerd op de methode goed-gevoel-stoel 6 en weergegeven in de vier stoelpoten van een kwalitatief goed seniorenleven te weten 1) Levensloopbestendig wonen, 2) Mobiliteit/ vitaliteit, 3) zingeving en 4) gezondheid. Financiën kunnen bij alle stoelpoten een sub-thema zijn, evenals technologische innovaties om de stoelpoten stevig te houden. De doelgroep jongsenioren tussen 60 en 70 jaar kan verbreed worden naar vitale senioren, de zogenoemde 3e generatie ouderen. De betrokken jongsenioren willen, naast het bezig zijn met de eigen situatie, ook betrokken worden bij vrijwillige ondersteuning van kwetsbare generatiegenoten. De drie cycli in het onderzoeksproces en de daarbinnen gehanteerde methodieken binnen het Design Thinking proces hebben inzicht gegeven in de vragen, behoeften en wensen van de jongsenioren. De uitkomsten van het onderzoek hebben geresulteerd in de drie werkgroepen (proeftuinen) met de 1) Levensloopbestendig wonen, 2) Mobiliteit/ vitaliteit en 3) Zingeving. Vanwege de coronacrisis zijn in april 2020 de drie proeftuinen, met in totaal 20 jongsenioren, online van start gegaan. Wat betreft het ontwikkel-/ innovatieproces komt naar voren dat het werken met op elkaar aansluitende onderzoekcycli binnen het Design Thinking proces een goede weg is om te komen tot uitkomsten gedragen door de doelgroep. De initiatiefgroep van betrokken jongsenioren (eindgebruikers) functioneert als drijvende kracht om samen met de partners van het Living Lab, proeftuinen op te zetten en hierbinnen tot concrete sociaal-technologische producten te komen. Het Living Lab (voorheen klankbordgroep) met vertegenwoordigers van alle betrokken partijen initieert opdrachten en is verantwoordelijk voor afstemming, samenwerking, facilitering en beleidsmatige ondersteuning van zowel het overkoepelend onderzoek van het Living Lab als het toewerken naar concrete producten in de proeftuinen. Uit de reflectie met alle betrokkenen komt naar voren dat er binnen het Design Thinking proces (DT) minstens 4-6 weken beschikbaar moeten zijn om vragen, behoeften en wensen van bewoners te verzamelen. Betrokken studenten hebben pas dan voldoende tijd om zich te verbinden met respondenten om hun vragen ‘op te halen’ en te doorgronden. Naar het onderwijs wordt daarom aanbevolen dat er binnen projecten of minors twee onderwijsperiodes (20 weken) beschikbaar zijn voor de fasen Empathize, Define, Ideate en Prototype. In de afstudeerfase kunnen studenten zich verbinden met het Living Lab door het uitwerken van een deelvraag van het hoofdonderzoek binnen de DT-methodiek. Voor de continuïteit van het onderzoekproces dient de hoofdonderzoeker zelf betrokken te zijn bij de uitvoering. Daardoor is hij of zij beter in staat het vervolgonderzoek te initiëren, met betrokken partijen de kwaliteit van het ontwikkel-/innovatieproces te bewaken, studentonderzoekers te coachen in het te doorlopen proces, continuïteit te realiseren m.b.t. het doorgeven van de onderzoekcycli en met docentbegeleiders de methodiek van datavergaring, verslaglegging en terugkoppeling te bespreken en te regelen dat studenten die hierin nog niet vaardig zijn toegespitste training en instructie krijgen. Om co-creatie te bevorderen en verbinding met eindgebruikers te borgen, wordt het nodig geacht dat het Living Lab zowel online als fysiek toegankelijk is voor alle betrokkenen met een centrale rol van bewoners daarin. Een fysieke locatie in de wijk, dichtbij de leefwereld van de bewoner maakt het mogelijk om actieonderzoek op maat en samen met de jongsenioren uit te voeren, te faciliteren en veiligheid, privacy en participatie te optimaliseren. Aanbevolen wordt om het mobiele experimenteerhuis van de gemeente Zoetermeer, dat nu nog bij de Dutch Innovation Factory (DIF) staat, hiervoor als pilot te gebruiken.
MULTIFILE
Wijk en Participatie (WeP) groeide in tien jaar uit tot een vertrouwde sociale interventiemethode in Amersfoort, eerst bij mensen met psychische kwetsbaarheid en nah en nu ook bij mensen met lvb en ouderen. Hoe is het succes te verklaren?
LINK
De geestelijke gezondheidszorg is op veel vlakken in beweging. Financiële herstructurering heeft grote impact op vorm en inhoud van de zorg. Een groeiend aantal zorgvragers zonder uitbreiding van financiële middelen vraagt om innovatie en effectieve interventies. De visie op psychiatrie verandert waarbij meer aandacht komt voor de gevolgen van psychiatrische symptomen op het functioneren. De focus wordt verlegd van ziekte naar positieve gezondheid waarmee thema’s als bevorderen van zelfmanagement en herstelondersteunende zorg centraal komen te staan. Deze veranderingen hebben grote impact op de zorg voor mensen met een psychische kwetsbaarheid en vraagt daarmee andere competenties van professionals. Het lectoraat Zorg & Innovatie in de Psychiatrie richt zich op het ontwikkelen en onderzoeken van effectieve interventies die bijdragen aan het verbeteren van de zorg voor mensen met een psychische kwetsbaarheid binnen deze veranderende context
Steeds meer (ex-)dakloze mensen wonen in de wijk met ambulante ondersteuning. Wijkbewoners ervaren hier vaak weerstand tegen. Onderzoek laat zien dat (ex-)dakloze mensen te maken krijgen met stigma en sociale uitsluiting. Een belemmering bij het herstel van dakloosheid. Met de ontwikkelwerkplaats ‘Zachte landing in de wijk’ gaan we op zoek naar wat er nodig is om prettig samen te leven in de wijk en hoe we stigma's kunnen tegengaan. Dit doen we samen met lokale partners uit ’s-Hertogenbosch.Doel Binnen de ontwikkelwerkplaats onderzoeken we hoe we prettig samenleven in de wijk kunnen bevorderen. De landelijke organisatie Samen Sterk Zonder Stigma heeft het concept 'bewustwordingsbijeenkomsten' ontwikkeld voor mensen met psychische kwetsbaarheid. Binnen onze ontwikkelwerkplaats bekijken we hoe we dit concept kunnen richten op mensen met een achtergrond van dakloosheid. Gezamenlijk kijken we hoe we deze bijeenkomsten kunnen organiseren in de wijk. We proberen deze uit in twee wijken, onderzoeken wat de succes- en faalfactoren zijn en passen de bijeenkomsten zo nodig aan. Resultaten Draaiboek met beschrijving van de inhoud van de bijeenkomsten dat bruikbaar is voor de borging en verspreiding; Informatieblad met beschrijving van de resultaten en werkzame elementen van de bijeenkomsten; Plan voor implementatie en borging van de bijeenkomsten binnen de regio. Looptijd 01 mei 2021 - 28 februari 2022 Aanpak Tijdens de ontwikkelwerkplaatsbijeenkomsten wordt de (ervarings)kennis van alle deelnemers benut en ontwikkeld. De leefwereld van (ex-) dakloze mensen en andere wijkbewoners vormt de leidraad voor het gesprek dat we met elkaar voeren. De uitgangspunten van de ontwikkelwerkplaats zijn: Ontmoeting; Uitwisseling van (ervarings)kennis; Leren van elkaar; Contact en duurzame verbinding tussen de deelnemers aan de ontwikkelwerkplaats.