Jeugdsport draagt bij aan een groot aantal positieve aspecten waaronder gezondheid, zelfvertrouwen en sociale contacten. Dit gaat alleen niet vanzelf. Om de positieve aspecten van jeugdsport te vergroten en probleemgedrag te verminderen moet er een pedagogisch sportklimaat gecreëerd worden. Een pedagogisch sportklimaat is een sportklimaat waarbij het kind centraal staat. Daarnaast moet, vanuit een zorgzame en sociaal veilige basis, de focus liggen op plezier en op de persoonlijke en sociale ontwikkeling van het kind in en door de sport. Het doel van het Kids First, towards a pedagogical sport climate-project is het ontwerpen en invoeren van een hulpkader om dit pedagogisch sportklimaat op clubniveau te realiseren. Het project is gesubsidieerd vanuit het ZonMw programma 'Sport en Bewegen 2017-2020'.
DOCUMENT
Vanuit de transitie die nodig is in de sport wordt Boundary crossing als een van de hefbomen uitgewerkt in een pilot onderzoek, daarna gaat de schrijver in op een lerend netwerk om tot geslaagde interventies te komen en sluit af met en de wijze waarop je daar leiding aan geeft.
LINK
Het creëren van een veilig leerklimaat op schoolvraagt om een gerichte organisatiebrede aanpakvan alle professionals die daar werkzaam zijn.Ook binnen een sportvereniging moet er sprakezijn van een organisatiebrede aanpak om tot eenverenigingsbreed gedragen veilig sportklimaatte komen. Kan de uit het onderwijs afkomstigemethodiek van Positive Behaviour Support (PBS)een helpende hand bieden bij de sportvereniging?
DOCUMENT
In deze casestudy wordt verslag gedaan van de ontwikkelingsgang van hoe eenvoetbalvereniging uit Zwolle stappen maakt op weg naar een pedagogisch sportklimaat. Deze casestudy beschrijft het veranderverhaal binnen een sociale innovatie (narrative of change). Deze verhalen helpen om het gat tussen de beoogde toekomst en de activiteiten en ontwikkelingen in het hier en nu te overbruggen (Wittmayer et al 2019). De gekozen projectmatige insteek bleek al snel onhoudbaar en niet geschikt voor dit complexe verenigingsvraagstuk met veel ingesleten cultuuraspecten. Door te kiezen voor de meer werkende weg-benadering van sociale innovatie verminderde de voorspelbaarheid maar werd het eigenaarschap en het lerend vermogen van de vereniging des te groter.
DOCUMENT
Van Jeugdzorg naar oplossingen beschrijft de mogelijkheden om door samenwerking met jeugdzorg en onderwijs het product te verbeteren en tevens de waarde van de sportvereniging te verhogen voor alle belanghebbenden. Sport is een plezierige belevenis door Physieke Prestaties met Partners. Daarnaast bevat sport een groot scala van additionele producten waarmee de persoonlijke ontwikkeling van kinderen kunnen worden verbeterd, alsmede de socialisatie en nog veel maatschappelijke bijproducten. Door de verbetering van deze additionele waardes ontstaat vanzelf een beter hoofdproduct. Onderwijs en Jeugdzorg kunnen hier een belangrijke bijdrage in leveren. Anderzijds kan de sportvereniging een belangrijke tegenprestatie leveren ten gunste van de ontwikkeling en het geluk van kinderen. Hierdoor krijgt de subsidie een draagvlak waarmee verenigingen beoordeeld kunnen worden. Synergie is hierbij het sleutelwoord, door samenwerking ontstaan nieuwe processen of leiden ze tot kostenreductie. De productiviteit en dus de meerwaarde van verenigingen kan toenemen door deze verhoogde effectiviteit en efficiency. Organisatorisch zal er ruimte moeten worden gemaakt voor de pedagogisch- en zorg-coördinator. Met een beter informatiesysteem krijgt jeugd een meer centrale positie die sturend kan worden voor de ontwikkeling. Per regio of zorggebied kan een intensieve samenwerking worden gestimuleerd van zelfsturende teams met doelstellingen op projectbasis. Vanuit het onderwijs en de jeugdzorg kan de participatie bij jeugdverenigingen worden gestimuleerd. Verenigingen krijgen nu veel, volle en vaste leden/ vrijwilligers die vaker komen waarmee de positionering duidelijker wordt.
MULTIFILE
Wat is de kracht van sport?’ Dat was de uitdagende, prikkelende vraag die wij aan 25 studenten hebben voorgelegd. Het beantwoorden van deze vraag bleek een complexe en soms frustrerende exercitie. Tijdens de zoektocht naar het antwoord moest steeds de balans tussen breedte en diepte van de vraag in de gaten gehouden worden. Daarnaast bleken de studenten soms onzeker over wat zij, als ‘slechts’ studenten, konden bijdragen aan het beantwoorden van deze moeilijke vraag waar vele wetenschappers zich op stuk hebben gebeten. Naar onze mening is de bijdrage van deze studenten heel groot. Zij hebben een compleet en actueel beeld gegeven van hun perceptie over de kracht van sport.
DOCUMENT
Sportverenigingen staan momenteel voor grote uitdagingen zoals bijvoorbeeld vermeend consumentgedrag van leden (Van der Roest, 2015), steeds meer eisen vanuit de overheid om bij te dragen aan maatschappelijke vraagstukken (Waardenburg, 2016) en teruglopende ledenaantal in krimpregio’s. Enkele honderden verenigingsondersteuners werkzaam vanuit sportbonden, gemeenten, sportservices en vanuit de private sector staan voor de uitdaging om deze verenigingen te helpen vitaliseren. Veel ondersteuners nemen hierbij een expertrol in waarbij generieke interventies op thema’s als vrijwilligersbeleid, sponsoring en veilig sportklimaat worden toegepast. Sommige ondersteuners neem een meer procesgerichte rol in waarbij een holistische strategische verandering als uitgangspunt genomen wordt voor duurzame ontwikkeling van de organisatie (Schein, 1999). Doel van dit onderzoek is om inzicht te krijgen hoe de verschillende stakeholders betekenis geven aan deze ontwikkelingsgerichte aanpak en de gebruikte competenties en interventies door de ondersteuner/procesbegeleider.
DOCUMENT
Binnen V.V. De Meern is in 2010 een maatschappelijke tak binnen de vereniging in het leven geroepen, V.V. De Meern Betrokken genaamd, met als motto: ‘Ontwikkel jezelf, ontwikkel je club’. Middels deze tak binnen de vereniging levert V.V. De Meern op verschillende manieren een brede maatschappelijke bijdrage. Door een subsidie van het Oranje Fonds zag de vereniging de mogelijkheid om in een pilot een aanpak te ontwikkelen die past bij kwetsbare jongeren en bij de vereniging. Dit project, Trainerskracht genaamd, heeft als doelstelling om jongeren tussen de 16 en 27 jaar die laag op de participatieladder staan de mogelijkheid te bieden om op basis van hun passie (voetbal) hun sociale en maatschappelijke vaardigheden te ontwikkelen. Inzet van het project is het leveren van een bijdrage aan het vergroten van de competenties van de deelnemende jongeren zodat zij op een of meerdere leefgebieden hun situatie verbeteren. Door vaardigheden die de jongeren ontwikkelen binnen het project kunnen ze wellicht ook op andere leefgebieden beter gaan functioneren; bijvoorbeeld doordat zij meer vertrouwen krijgen in eigen kunnen, zetten ze mogelijk de stap om weer naar school te gaan. In het project doen de jongeren als hulptrainer praktische ervaring op in het geven van trainingen aan kinderen die op de wachtlijst staan bij V.V. De Meern, een groeiende vereniging. Ook krijgen zij een trainerscursus aangeboden. Indien nodig is er ondersteuning op andere leefgebieden bijvoorbeeld in de vorm van huiswerkbegeleiding. De werving en de begeleiding van de jongeren wordt gedaan door stagiairs van de Hogeschool Utrecht onder begeleiding van de combinatiefunctionaris van de vereniging.
DOCUMENT
Publicatie bij de rede van Jasmijn Holla, in verkorte vorm uitgesproken bij de aanvaarding van de functie van lector Kracht van Sport en Bewegen aan Hoogeschool Inholland in Haarlem op 23 juni 2022. Het lectoraat Kracht van Sport en Bewegen richt zich met praktijkgericht onderzoek op het benutten van de potentiële gezondheidswaarde en sociaal-maatschappelijke waarde van sport, bewegen en een gezonde leefstijl. In aansluiting op de uitstroomprofielen van de bacheloropleiding Sportkunde, waaraan het lectoraat nauw verbonden is, heeft het lectoraat speciale aandacht voor het stimuleren van sport, bewegen en een gezonde leefstijl in de zorg, de wijk en op het werk. In dit boekje worden de onderzoekslijnen 'Aangepast Sporten en Bewegen', 'Sport en Maatschappij' en 'Gezondheidsmanagement' beschreven. Aan de hand van de overkoepelende onderzoeksthema's leefstijl, technologie en inclusie worden de achtergrond en visie gepresenteerd van waaruit het lectoraat werkt.
DOCUMENT